Angst aanjagen voor de staatsschuld met onnodige bezuinigingen, drijft honderdduizenden de armoedeval in

Wie van de Drie

Geldpolitiek . . Kamerzetel 151 . . Klokkenluiders <===> SDN . . Crisisdebat

Ik herinner me het debat over de regeringsverklaring van Lubbers 1



van 17 oktober 1996

door Marcel van Dam


Zou het dan toch waar zijn wat een groeiend aantal politici beweert: dat de kwaliteit en de betrouwbaarheid van de parlementaire journalistiek achteruitholt?

Vorige week zaterdag congresseerde de Partij van de Arbeid in Zwolle. Ik mocht daar zelf een rol spelen door een debat te leiden tussen het Kamerlid Adelmund, werkgeversvoorzitter Blankert, minister Melkert en FNV-voorzitter Stekelenburg over de vernieuwing van de Sociale zekerheid die op dat congres aan de orde was. Het was de bedoeling van de organisatoren dat ook minister-president Kok aan het debat zou deelnemen, maar die hield liever zijn kruit droog voor later. Om toch acte de présence te geven, werd hij aansluitend aan het debat door mij geïnterviewd.

De berichtgeving over het bovenbeschreven onderdeel van het PvdA-congres lijkt dat groeiend aantal politici gelijk te geven: op een paar punten klopte van de berichtgeving geen hout. Zo meldde NOS-teletekst dat Kok had gezegd dat hij vasthoudt aan de herkeuring van WAO'ers. Ik had hem gevraagd of het niet beter zou zijn om voor oudere WAO'ers die keuring maar te staken, omdat toch niemand van die groep na herkeuring werk zou kunnen vinden.

Omdat het debat in de Tweede Kamer nog moet plaatsvinden en het kabinet nog wat wisselgeld in de zak moet houden, riep Kok niet onmiddellijk voluit ja. Maar hij liet wel duidelijk merken dat er over het staken van de herkeuring voor oudere WAO'ers wat hem betreft wel te praten viel. Er hangen natuurlijk geen mensenlevens van af, maar er zijn toch een paar honderdduizend mensen in Nederland voor wie een correcte berichtgeving over deze zaak van wezenlijk belang is. Daarvoor waren ze dus bij NOS-teletekst aan het verkeerde adres.

Naar aanleiding van hetzelfde gesprek met Kok wist NRC Handelsblad te melden dat de minister-president als voorwaarde stelt aan een voortzetting van de 'paarse' coalitie na de Tweede Kamerverkiezingen van 1998, dat de PvdA de grootste partij blijft. Precies het tegenovergestelde was waar.

Kok maakte duidelijk dat hij niets ziet in de vroeger in PvdA-kringen zo populaire meerderheidsstrategie, en dat hij die voorwaarde niet wil stellen. Ook maakte hij duidelijk dat hij er niets voor voelt om minister te worden onder een andere premier als dat het gevolg zou moeten zijn van de verkiezingsuitslag. Dat laatste is maar al te begrijpelijk na het volkomen mislukte experiment van Den Uyl als minister van Sociale Zaken in het kabinet Van Agt II. Het zou ook een potsierlijk gezicht zijn: minister Kok onder premier Bolkestein.

Maar minstens zo veel vraagtekens zet ik bij een deelname van de PvdA aan een kabinet-Bolkestein met Wim Kok als fractievoorzitter van de PvdA in de Tweede Kamer. De PvdA heeft electoraal een grote prijs betaald voor deelname aan het kabinet-Lubbers III. Vooral door de kortingen die werden doorgevoerd op de sociale zekerheid, maar indirect ook omdat daarmee de ombuigingen die tijdens de oppositie-periode van de PvdA door de kabinetten Lubbers 1 en II waren doorgevoerd als gegeven werden geaccepteerd.

In deze kabinetsperiode, onder Kok, werd het keerpunt bereikt en beginnen de bezuinigingen hun vrucht af te werpen. Het wordt nu tijd om de sociale infrastructuur meer nadruk te geven en een dam op te werpen tegen de uitwassen van de oprukkende marktideologie. De kans dat de PvdA gestalte zou kunnen geven aan zo'n beleid in een paars kabinet onder Bolkestein is nihil. Daarom moet Kok oppassen met het openlaten van de mogelijkheid dat de PvdA aan een volgend 'paars' kabinet kan deelnemen zonder hem als premier.

Wat mij betreft zou voor de volgende verkiezingen niet de vraag centraal moeten staan: wie wordt de grootste partij, maar wie wordt minister-president. Omdat ook de lijsttrekker van het CDA in principe kandidaat-premier is, zou het een strijd kunnen worden tussen Bolkestein, Heerma en Kok. Geen slechte uitgangspositie voor de PvdA. Beleidsmatig maakt de keus tussen VVD en CDA nauwelijks verschil. Alleen voor wat betreft de schijnheiligheid scoort het CDA nog steeds veel beter dan de VVD. Neem nu de zogenaamde steun van het CDA voor de publiciteitsstunt van bisschop Muskens als promotor van diefstal uit armoede. De partij die in de eerste plaats verantwoordelijk is voor de ontstane armoede in Nederland is nu juist het CDA.

Ik herinner me nog heel goed het debat over de regeringsverklaring van het kabinet Lubbers 1 in 1982. Toen werd met zoveel woorden en daden het beleid ingezet om de laagste inkomensgroepen de prijs te laten betalen voor de sanering van onze economie. Onder Lubbers hebben de armoedzaaiers in ons land nog eens 15 procent ingeleverd. Ik heb de bisschoppen toen nooit horen roepen dat de mensen niet op het CDA moesten stemmen. Daarom moeten ze nu niet janken dat Jan Splinter niet door de winter komt.