Zonder inspraak van de burgers in de Tweede Kamer blijft de verpaupering en sociale ontworteling doorgaan

Deurwaarders moeten uitsluitend in dienst van de overheid zijn en daar op de loonlijst staan

Stidag . . . SDN . . . Klokkenluiders . . . Antecedenten Juristen . . . Deurwaarder . . . Rechtspraak

Voorstel voor Kamermotie voor wetswijziging m.b.t. invordering van schulden

Aan alle Kamerfracties

Deurwaarders moeten uitsluitend in dienst van de overheid zijn en daar op de loonlijst staan. Particuliere incasso als nevenactiviteit moet bij wet verboden zijn en deurwaarders- en incassokosten uitgesloten. Het leggen van beslag op inkomen of goederen is meer dan genoeg om tot resultaat te komen.

De zogenaamde incassokosten van deurwaarderskantoren zijn niets anders dan een vorm van afpersing die de problemen van armen alleen maar nog groter maakt. Deze afpersing wordt nog steeds gedoogd door rechters die geen idee hebben wat armoede is. Die verpaupering is door politiek Den Haag heel bewust vanaf Keerpunt '81 gecreëerd. De schade die het rechtssysteem aanricht o.a. bij executie van de huisraad en huisuitzetting is een schending van mensenrechten.

Alleen bij onwil en fraude is een liquidatie zoals bij faillissement acceptabel, maar bij verarming of ontsporing zeker niet. De Tweede Kamerleden dienen op dit punt als vertegenwoordiger van het volk beschaving als leidraad te nemen; en niet alleen het belang van het kapitaal en die in wetgeving te implementeren, juist om economisch zwakken te beschermen tegen neveneffecten.

(mail dit voorstel tot wetswijziging naar de fractievoorzitters in de Tweede Kamer
Zie ook enkele andere relevante zaken m.b.t. het functioneren van het rechtssysteem

Huizen, 8 juli 2008

Wetsvoorstel om de incassokosten te beperken en maximeren.

Omroep Max bood brood en spelen als indoctrinatie voor de Europese grondwet

Nieuwe pagina 1

Stichting Diensten Aan Gefailleerden                                            

Dollard  11        8032 KA - Zwolle

Vrijstelling        0b. 04 - 01280

Tel.                  038.45.30.205

Fax.                 038.45.48.466

 

Cell.                 06.13.56.08.34.

Gironr.             333 63 43

Website            www. stidag.nl

e-mail              voorzitter @ stidag.nl

Register           Zwolle   05073800

Fiscaal             NL8129.84.961.B01

Zwolle             maandag 15 december 2008

                          0008.   Commissie verzoekschriften
                                      Tweede kamer.
                                      Postbus 20018
                                      2500 EA Den Haag
                                      Uw dossier nummer
                                      Ons dossiernummer 2008 - 2085

Betreft   “het verweer”

 

 

Geachte Commissie,

Onlangs en wel op 9 december 2008 verkreeg Stidag een afschrift, akte van betekening, uitspraak op een beroepschrift art. 22 invorderingswet.

Zowel de Stichting Diensten Aan Gefailleerden en rechtsvoorgangers als de Coöperatie Studio Totaal UA. verkrijgen of verkregen landelijk inboedelgoederen van particulieren gelijk elke kringloopwinkel in den lande deze verkrijgt of verkreeg. Het is maar zelden een Amerikaanse dubbeldeur koelkast of een pakje van Channel.

Zowel de Stidag als wel de Coöp lenen deze inboedelgoederen vervolgens uit aan mensen die via voedselbank, kerkelijke instanties, gemeente- of maatschappelijk werk een beroep op ons doen, mensen van wie het meeste eerder al ontnomen is geweest door deurwaarder of fiscus.

Het gebruiksrecht, eigendom, onderhoud en omvang worden vervolgens vastgelegd in een overeenkomst welke geregistreerd wordt. Kortom geen koop of verkoop, maar slechts het lenen en belenen van noodzakelijke huisraad, aankleding en gereedschappen om een boterham te verwerven.

Het doet ons pijn dat art. 22 van de invorderingswet kennelijk zo bedoelt is, of althans zo wordt uitgelegd, om de meest kwetsbare onder ons af te knijpen, hen de spullen wederom te ontnemen en onze activiteiten, het uitlenen van inboedel goederen, welhaast als ongewenst bestempeld.

Gaarne verneem ik van u of de wet hier te nauw en te kortzichtig wordt uitgelegd en zo ja, wat u daar aan gaat doen, zo neen dienen wij dan het Nederlandse volk te mobiliseren en te confronteren met deze welhaast meedogenloze uitleg, wetgeving en/of politici ?

Vertrouwende u correct te hebben geïnformeerd, te hebben verzocht en rekenend op een snelle en voortvarende beslissing verblijf ik met vriendelijke groet.

 

Arnold N.M. van der Voort, voorzitter Stidag Zwolle,

bijlagen 3.

 

 

STIDAG.nl is als belangen behartiger en artikel 24 stichting voor het eerst opgericht in 1979 en heeft inmiddels meer dan twintigduizend ondernemende mensen in financiële problemen bijgestaan. STIDAG.nl is een niet commerciële stichting zonder kapitaalstorting en/of winstoogmerk en maakt geen reclame. Er worden geen salarissen betaald, slechts enkel de vergoeding van onkosten. STIDAG.nl wordt belangeloos gerund voor door en met (oud-) ondernemers. De jaarlijkse bijdrage en donaties worden besteed aan de meest noodzakelijke kosten, zoals voorlichting, postzegels, telefoon, printer en drukwerkkosten, kopieën, uittreksels van KvK, banken en Rechtbank, registratie, legalisatie of a postille van overeenkomsten en/of vaststellingen en koffie, kortom uitsluitend bureau kosten. De aansluiting bij STIDAG.nl is voor hulpvragers alleen mogelijk als de toegang tot de rechtspraak om technische, praktische of financiële reden moeizaam is of dat onmogelijk blijkt te zijn. Dit ter goedkeuring van het bestuur of diens voorzitter. STIDAG.nl kan daarbij best nog wel wat belangeloze hulp of inzet gebruiken.

 

ANNEMARIEVANGROEZEN JOURNALIST*
Op pad met de gerechtsdeurwaarder
Meer dan een onheilsbode

Zijn stoffige image schudt hij langzaam van zich af. Want naast openbaar ambtenaar is hij ook een moderne zelfstandig ondernemer. Een dagje op pad met de gerechtsdeurwaarder.

“Het is altijd weer spannend wat je binnen aantreft. Is het huis al leeg, of komen de kakkerlakken je tegemoet?” Gerechtsdeurwaarder Paul van Roon (42) heeft vandaag weer een aantal ontruimingen op zijn programma staan. Het is half negen in de ochtend als hij komt aanrijden bij het adres van een nalatige huurder in Amsterdam-Zuidoost. De verhuiswagens staan al voor de deur. Naast Van Roon zit inspecteur van politie Hans Bulters, in uniform. “Volgens de wet moet eigenlijk de burgemeester hierbij aanwezig zijn, om de belangen van de bewoners in de gaten te houden”, legt Van Roon uit. “Maar die taak is gedelegeerd aan de commissaris van politie en die laat het weer over aan een inspecteur.” De gerechtsdeurwaarder is ‘de baas’ tijdens de ontruiming, maar de inspecteur mag ingrijpen als hij vindt dat dingen te ver gaan. “Dat komt niet vaak voor”, zegt Bulters. Ik heb zelf één keer ingegrepen. Toen wilde de deurwaarder voor een bedrag van driehonderd gulden aan niet betaalde omroepbijdrage, een deur intrappen. Dat vond ik in strijd met de proportionaliteit, dus dat heb ik niet toegestaan.”
 
In het huis zijn de rolgordijnen naar beneden. Van Roon drukt een paar keer op de deurbel en als er niet wordt gereageerd geeft hij de slotenmaker een seintje dat hij zijn werk mag doen. Het gaat om een achterstallige huur van vierduizend gulden, Bulters gaat akkoord. Paul van Roon werd in 1985 beëdigd tot gerechtsdeurwaarder en hij zou niets anders meer willen. “Het is een prachtig beroep, al zit je wel in een glazen kooi. De ene helft van de bevolking heeft je nodig om dingen voor elkaar te krijgen, de andere helft ziet je liever aan hun deur voorbijgaan. Je wordt van alle kanten bekeken: door de overheid, je opdrachtgevers en de mensen waartegen je werkt. Maar je staat midden in de maatschappij en geen dag is hetzelfde.”

De gerechtsdeurwaarder is een openbaar ambtenaar, beëdigd bij Koninklijk Besluit, maar hij wordt niet betaald door de overheid. Hij is zelfstandig ondernemer en moet zelf zijn belegde boterham op de plank zien te krijgen. Naast zijn deurwaarderstaken moet Van Roon dus ook gewoon een bedrijf runnen. Hij heeft ruim tienduizend lopende zaken. Ongeveer de helft van zijn opdrachten komt van de overheid. Zijn andere opdrachtgevers zijn advocaten, woningbouwverenigingen, incassobureaus, maar ook particulieren. Van Roons modern ingerichte kantoor in Amsterdam-West is groot en licht. Zijn personeel veelal jong en vlot.
 
Het saaie imago van de beroepsgroep is allang achterhaald. In navolging van de advocatuur is ook de gerechtsdeurwaarder jaren geleden ‘afgestoft’. Van Roon: “We zijn moderne ondernemers en we treden ook steeds meer naar buiten, sinds een aantal jaar geleden het publicatieverbod is opgeheven. We hebben dan wel voor bepaalde werkzaamheden een monopoliepositie – het betekenen van ambtelijke stukken en het tenuitvoerleggen van rechterlijke vonnissen door beslaglegging of ontruiming - maar mensen vergeten vaak dat we voor een ander deel van ons werk moeten concurreren op de markt. We voeren bijvoorbeeld ook een gewone incassopraktijk; we innen rechtstreeks vorderingen voor zowel particulieren als bedrijven. Op dit gebied zijn we een concurrent voor advocaten en incassobureaus.”

Dat de gerechtsdeurwaarder nog meer is dan een onheilsbode, is niet algemeen bekend. Het geven van juridisch advies, het opstellen van contracten, procesvertegenwoordiging bij de kantonrechter; van al deze markten is hij thuis. “We zijn bevoegd om van het begin tot het einde een procedure te doen. Tot en met de executie. Dat is uniek in Nederland”, aldus Van Roon. Ook taxaties, toezicht houden op veilingen en openbare verkopen, en het opstellen van akten van constatering behoren tot zijn taken. “Dat laatste komt bijvoorbeeld voor op verzoek van een bank die gaat verhuizen. Niet alle klanten komen in zo’n geval braaf hun kluisje legen. De gerechtsdeurwaarder maakt die kluisjes open en noteert wat er in ligt. Het aantal naaktfoto’s dat we aantreffen is overigens aanzienlijk…”
 
Eens in de drie weken kruipt Van Roon ook nog in de traditionele deurwaardersrol, en roept op het kantongerecht en het gerechtshof de zittingen uit (de Amsterdamse rechtbank zet hier tegenwoordig bodes voor in).  Maar ontruimen vindt hij een van de leukste dingen om te doen. Zielig is het zelden. Van Roon: “We komen natuurlijk niet als Superman uit de lucht vallen. Zeker bij ingrijpende dingen als een ontruiming of beslaglegging weten mensen al ruim van tevoren dat dat gaat gebeuren en krijgen ze de gelegenheid om het te voorkomen. Als het op ontruimen aankomt zijn in negen van de tien gevallen de bewoners al vertrokken met hun spulletjes en is het huis leeg. Of trekt iemand alsnog een stapel bankbiljetten uit zijn jasje. Mensen zetten je soms voor verrassingen.”
 
Een gerechtsdeurwaarder heeft dan ook meer nodig dan een goede kennis van het burgerlijk procesrecht. Improvisatievermogen en sociale vaardigheden zijn volgens Van Roon onontbeerlijk. “Je komt bij mensen thuis en we zijn niet bepaald de felicitatiedienst. Het is leuk om voor je opdrachtgever geld binnen te halen, maar ik vind het ook belangrijk om de debiteur te overtuigen dat ie moet betalen. Als het even kan probeer je toch een regeling te treffen door naar de inkomenspositie van de mensen te kijken. Een ontruiming of een openbare verkoop van goederen waar beslag op is gelegd, is pas het einde van het executietraject. Voor het zover is probeer je al om het conflict op te lossen.” 
 
Een beetje humor kan ook geen kwaad, blijkt als Van Roon met zijn ploeg de woning in Zuidoost binnengaat. Alles staat er nog. Sterker nog, het huis ziet er uit alsof de bewoners een ontruiming niet verwachtten. Fles wijn naast de bank, een paar dameslaarsjes, een gevulde koelkast. “Zou best onderhuur kunnen zijn”, vermoedt Van Roon. “Die komen straks thuis van hun werk en treffen een leeg huis aan. Dat is rot. Maar ik moet m’n werk doen.” Hij neemt plaats op de zwarte leren bank, steekt een sigaar op en kijkt toe hoe de verhuisploeg de Sony breedbeeldtelevisie weghaalt. Als het servies in dozen wordt gedaan, breekt er een champagneglas. “O, jé”, zegt Van Roon lachend.  “Het is mijn ervaring dat als er tijdens een ontruiming een glas breekt, dat een heel erg duur glas was.”
 
Boven zijn er twee kamers op slot. Als de slotenmaker ook daar zijn werk heeft gedaan, schatten de verhuizers in dat er nog twee uurtjes extra werk bijkomen. De kamers staan vol met spullen. Van Roon: “In dit soort gevallen is het toch belangrijk dat je het een beetje leuk maakt met elkaar. Het komt wel eens voor dat je van acht uur ’s morgens tot zes uur ’s avonds bezig bent met het ontruimen van één huis. Kom dan de dag maar eens door als je niet met elkaar kunt lachen en niets te vertellen hebt.” 

Collega Michael Swier zit deze middag in de auto om exploten rond te brengen. Het werk van gerechtsdeurwaarder is hem door zijn vader met de paplepel ingegoten. Swier beaamt dat de beroepsgroep veranderd is. “Deze generatie gerechtsdeurwaarders verschilt behoorlijk van de oude garde. Dat waren vaak mensen die min of meer toevallig in die wereld terecht zijn gekomen. Nu kiezen ze wat gerichter voor het vak. En er worden zwaardere eisen gesteld, want je hebt ook te maken met een ander soort debiteuren. Die zijn veel mondiger en vrijer geworden. Vroeger stond de deurwaarder erop dat een exploot persoonlijk werd aangenomen. Ik heb in mijn praktijk te maken met mensen die weigeren van vierhoog naar beneden te komen.” Ook vandaag moet Swier het grootste deel van zijn exploten in de brievenbus achterlaten. Bijna niemand is thuis. In een grauwe galerijflat in Amsterdam-West doet een jongetje van een jaar of zes de deur open. “Ik heb hier iets voor je vader.” Swier stopt de dagvaarding in een envelop en geeft deze aan het jongetje.
 
“Het is altijd een beetje aftasten of je wel of niet iets moet afgeven aan kinderen”, zegt hij als hij terugloopt naar zijn Volvo. Weten ze ervan of niet? Kinderen vanaf een jaar of veertien zijn meestal op de hoogte en dan vertel ik ze wel wat ik kom doen. In Marokkaanse gezinnen spreken de kinderen vaak beter Nederlands dan de ouders. Dan krijg je de rare situatie dat er een discussie met de debiteur ontstaat via de kinderen, die moeten vertalen. Dat is wel eens lastig.” Swier parkeert zijn auto een paar straten verderop. Zijn exploten liggen keurig op route. “De volgende is een aanzegging van een ontruiming voor volgende week donderdag. Er is een behoorlijke huurachterstand.” De zwager van de debiteur opent de voordeur. Hij is druk bezig met opruimen. Er hangt een nare lucht in de woning. De debiteur zelf is aan het telefoneren achter in de tuin. Hij weet wat Swier komt doen. Op de tafel liggen allerlei paperassen, ook brieven van de gerechtsdeurwaarder. “Ik ben bedonderd”, zegt hij als hij binnenkomt. Ik heb zelf een tijd in het buitenland gezeten en dacht dat alles keurig werd doorbetaald. Maar het komt in orde, hoor. Ik ben druk aan het regelen”, en hij wijst op de papieren. “Prima”, zegt Swier. “Zorg dat het volgende week woensdag is betaald, want anders moeten we echt ontruimen.”
 
Swier gelooft het verhaal niet echt. Hij hoort ze regelmatig. En de meeste adressen kent hij al goed, daar komt hij herhaaldelijk. “Die mensen laten het steeds opnieuw zover komen. En uiteindelijk betalen ze op het allerlaatste moment. Hebben ze toch weer ergens geld kunnen regelen.” Swier ziet het ook wel liever zo. “We zijn ongebonden, dus eigenlijk maakt het ons niet uit of wij betaald worden door de debiteur of onze opdrachtgever. Misschien wil onze opdrachtgever zijn huurder wel liever kwijt, maar wij proberen ook de debiteur te adviseren. Soms willen opdrachtgevers het onmogelijke en dan zeg ik ook dat het niet kan. Dat kan op zuiver juridische gronden zijn, maar soms is het een gevoelsmatige grens. Als ik weet dat iemand gevaarlijk is bijvoorbeeld. Ik ga mijn leven niet riskeren. De meeste advocaten begrijpen het als je iets niet wil doen. Zij mogen immers ook een opdracht weigeren.”  Swier stopt bij het hoofdkantoor van de sociale dienst. “Even een paar loonbeslagen leggen.” Hij groet de portier en mag direct doorlopen naar de afdeling post en archief. Daar treft hij een collega die ook net beslag heeft laten leggen op een aantal bijstandsuitkeringen. “Altijd gezellig om even ergens een babbeltje te kunnen maken, als je zo’n dagje in de auto zit.” 
 
De volgende bestemming is de ING Bank. “Deurwaarder!”, roept hij als hij zich meldt bij de parkeergarage. De slagboom zwaait open. Hij gaat beslag leggen op de saldo’s van een paar bankrekeningen. Vaak zijn dat dingen die nogal acuut moeten gebeuren, bijvoorbeeld omdat iemand van plan is om naar het buitenland te vertrekken. Swier: “In de praktijk betekent dat, dat je ’s ochtends een telefoontje krijgt van een advocaat, dat er die middag een beslag gaat komen. Soms komt het een uur later dan afgesproken, omdat die advocaat er meer tijd aan kwijt was dan hij dacht. Hij zadelt ons dan wel met een probleem op, want ons werk gaat ook door. We kunnen niet de hele middag op kantoor blijven wachten. We hebben daar wel eens meningsverschillen over met advocaten, maar het is niet anders. Als alle deurwaarders op pad zijn, op het moment dat de fax binnenrolt, is het jammer voor die advocaat.’Morgen ben je de eerste’, zeggen we dan. De meesten hebben daar begrip voor.”

 “Dat heeft geen zin”, zegt Van Roon door de telefoon. “Als u hier arriveert ben ik al weg en is uw huis leeg.” Meneer B., de huurder en toch ook bewoner van de woning in Zuidoost, is woedend. Zijn buurvrouw heeft hem telefonisch gealarmeerd en hij staat op het punt om in zijn auto te stappen en vanuit Maastricht naar huis te rijden. Van Roon wilde net beginnen met het ontruimen van de kamers op de bovenverdieping, toen de buurvrouw aankwam met haar mobiele telefoon. Meneer B. zegt alles betaald te hebben. Voor Van Roon is deze mededeling geen aanleiding om de ontruiming te stoppen. Hij heeft zijn vonnis. Even later krijgt Van Roon de advocaat van B. aan de telefoon. Van Roon wordt ervan beschuldigd geen rechtsgeldige titel te hebben voor de ontruiming, omdat B. onlangs nog enkele betalingen zou hebben verricht. Dat laatste klopt weet Van Roon, maar een huurachterstand is er nog steeds. Hij bestudeert het vonnis. “Die advocaat zit ernaast”, concludeert hij. “Hier staat letterlijk: ‘de kantonrechter wijst erop dat betalingen ingevolge dit vonnis allereerst in mindering strekken van de na heden te vervallen betalingstermijnen’. Sommige advocaten proberen van alles.”
 
Dan komt er toch nog een onverwachte wending. Dit maakt Van Roon zelden mee: de buurvrouw biedt aan het hele bedrag te betalen voor B. Vierduizend gulden huurachterstand en vijftienhonderd gulden deurwaarderskosten. Van Roon schorst de ontruiming en belt zijn opdrachtgever. Die gaat akkoord en de buurvrouw gaat naar de bank. “Het kan natuurlijk zijn dat ze niet met geld terugkomt, maar met sterke vriendjes”, zegt Van Roon. Hij heeft het een keertje meegemaakt. Dat was overigens een van de weinige keren dat hij met agressie te maken heeft gehad. “Dat komt echt nauwelijks voor. Het ligt natuurlijk aan je opstelling, maar als het goed is zien ze heus wel in dat jij niet degene bent tot wie ze hun kwaadheid moeten richten. Het is mijn opdrachtgever die een vordering op ze heeft. Vaak zie je dat ze toch voornamelijk kwaad zijn op zichzelf, dat ze niet eerder betaald hebben.” Soms gaat het wel mis. Van Roon herinnert zich een collega die het ziekenhuis is ingeslagen. “Dat is vreselijk en vergeet je nooit meer. Ik had ooit een kandidaat op kantoor die een schietincident heeft meegemaakt. Hij heeft twee jaar ziek thuisgezeten en is uiteindelijk uit het vak gegaan. Hij kon zijn angst niet overwinnen. Het risico is er natuurlijk altijd, want we gaan overal alleen naar toe. Als ik weet dat iemand vuurwapengevaarlijk is, of al eerder bedreigingen heeft geuit, ga ik niet of vraag ik politiebegeleiding.” 
 
Als het geld daadwerkelijk arriveert, schrijft Van Roon een kwitantie uit en geeft hij de verhuizers toestemming om de spullen weer terug te zetten. De dozen worden niet uitgepakt. Dat mogen meneer en mevrouw B. zelf doen als ze thuiskomen. 
    

Wij kunnen u de informatie over armoede niet onthouden !!