Slimme wijzing bestemmingsplan biedt ruimte voor sekscentrum in Sint-oedenrode


EuroStaete . . EKC . . Klokkenluiders <===> SDN . . Wolmanzouten . . English

Henry George (1839-1897): De Aarde behoort toe aan alle levende wezens

't Achterom 9a
5491 XD
Sint Oedenrode
Tel. 0413-490387
Fax. 0413-490386

AANTEKENEN.

Per fax 073 - 6123565

Gedeputeerde Staten van de Provincie Noord-Brabant,
t.a.v. Mr. F.J.M. Houben,
Postbus 90151,
5200 MC 's-Hertogenbosch.

Sint Oedenrode, 11 november 2002

    OPEN BRIEF

Ons kenmerk:

Tevens verstuurd per fax 073 - 6123610 op 11 november 2002.

Ons kenmerk: Bes/Smet/11112/bd

Betreft:

  • A.M.L. van Rooij (appellant)/
  • Bedenkingen tegen het op 26 september 2002 door de gemeenteraad vastgestelde bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136". Tevens schade-aansprakelijkstelling voor alle gemaakte kosten aan juridische bijstand.


Geacht college,

Namens de heer A.M.L. van Rooij (als natuurlijk rechtspersoon) wonende aan 't Achterom 9a, 5491 XD Sint Oedenrode, hierna te noemen: appellant, dient ondergetekende hierbij de volgende bedenkingen in tegen het op 26 september 2002 door de gemeenteraad van Sint Oedenrode vastgestelde bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136". Van dit door burgemeester en wethouders bij brief van 7 oktober 2002, nummer 02/4002, toegezonden raadsbesluit vindt u een kopie bijgevoegd (zie bijlage 1).

    Bedenking 1.

Met betrekking tot deze zaak heeft de gemeente Sint Oedenrode van ons de volgende stukken ontvangen:

  1. Onze inspraakreactie tevens dwangsomverzoek d.d. 8 juli 2001, kenmerk: Bes/08071/bd, aan burgemeester en wethouders van Sint Oedenrode (19 pagina's).
  2. Onze zienswijze d.d. 6 september 2001, kenmerk: Bes/08071/bd, aan burgemeester en wethouders van Sint Oedenrode (4 pagina's).
  3. Ons bezwaarschrift d.d. 6 januari 2002, kenmerk: Bes/0612/bz, aan burgemeester en wethouders van Sint Oedenrode (1 pagina).
  4. Onze nadere motivering d.d. 4 februari 2002 van ons bezwaarschrift d.d. 6 januari 2002, kenmerk: Bes/0612/bz, aan burgemeester en wethouders van Sint Oedenrode (120 pagina's).
  5. Ons bezwaarschrift d.d. 18 juni 2002, kenmerk: Bes/Smet/18062/zw/ra, aan de raad der gemeente Sint Oedenrode (8 pagina's).
  6. Onze inspraakreactie d.d. 26 september 2002, kenmerk: Bes/smet/26092/zw/ra, gehouden en voorgelezen tijdens de gemeenteraadsvergadering op 26 september 2002 (18 pagina's).

Wij verzoeken u bovengenoemde eerder ingebrachte stukken, met bijbehorende bijlagen, hier als volledig herhaald en ingelast te beschouwen. Bovengenoemde stukken behoren in het dossier van de gemeente Sint Oedenrode te zitten, als u die daar opvraagt. Gezien de inhoud van de hieronder genoemde bedenkingen is de kans groot dat burgemeester en wethouders voor u bepaalde stukken zullen achterhouden. Dat hebben ze namelijk ook gedaan voor de raadsleden die het in geding zijnde raadsbesluit hebben genomen. Tijdens de raadsvergadering op 26 september 2002 is gebleken dat de raadsleden met het achterhouden van die informatie overigens geen enkel probleem hadden. Om te voorkomen dat de gemeente Sint Oedenrode ook voor u deze stukken achterhoudt hebben wij per stuk aangegeven hoeveel pagina's het betreffen. Mocht de gemeente Sint Oedenrode desondanks toch nog bepaalde stukken voor u achterhouden, dan verzoeken wij u ons dat tijdig kenbaar te maken, zodat wij u die stukken alsnog kunnen laten toekomen.

    Bedenking 2.

Op 16 en 18 oktober 2002 hebben wij voor het eerst kennis kunnen nemen van de volgende op deze zaak betrekking hebbende stukken:

  1. Het door de Gebr. Smetsers al op 1 april 1998 bij de gemeente Sint Oedenrode ingediende schetsplan voor de bouw van een soortgelijke opslagruimte/werkplaats met bijbehorende tekening, ingeboekt onder nummer B981068.
  2. Het bij deze zaak behorende bedrijfsomgevingsplan d.d. 14 september 2000, ref: Mwij99B0009, van de Kamer van Koophandel Oost Brabant.
  3. Het bij deze zaak behorende programma 1999-2000 van "Smetsers speeltoestellen".

De reden dat wij niet eerder van de inhoud van deze op de zaak betrekking hebbende stukken kennis hebben kunnen nemen zit hem in het feit dat burgemeester en wethouders van Sint Oedenrode deze stukken uit het voor eenieder ter inzage gelegde dossier hebben gehouden. Juist om die reden hebben wij in ons bezwaarschrift d.d. 18 juni 2002 hierop geen inhoudelijk bezwaar kunnen aantekenen. Met dit handelen hebben burgemeester en wethouders en de raad van de gemeente Sint Oedenrode een strafbaar feit gepleegd. Wij verzoeken u het in geding zijnde besluit hierop te vernietigen.

    Bedenking 3.

Op 26 september 2002, ten tijde van het door de raad der gemeente Sint Oedenrode genomen besluit, was de bestemming "bedrijfsdoeleinden" in het ter plaatse geldende bestemmingsplan "buitengebied 1997" waarop het in geding zijnde bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136" is gebaseerd, nog geschorst. Als feitelijk bewijs daarvoor verwijzen wij u naar de uitspraak 200000792/1 van 6 juni 2000 van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Hiervan waren alle aanwezige raadsleden van de gemeente Sint Oedenrode op de hoogte. In het aan hen ter beoordeling voorgelegde besluit stond namelijk letterlijk het volgende geschreven:

Met betrekking tot deze inspraakreactie merken wij het volgende op. Het bestemmingsplan "Buitengebied 1997" is vastgesteld door de gemeenteraad en (gedeeltelijk) goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Noord Brabant. De bestemming "bedrijfsdoeleinden" is inderdaad door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State geschorst. Ondanks deze wetenschap hebben alle aanwezige raadsleden op 26 september 2002 unaniem het in geding zijnde raadsbesluit bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136" vastgesteld. Alle aanwezige raadsleden van de gemeente Sint Oedenrode hebben op 26 september 2002 hiermee een ernstig strafbaar feit gepleegd, waarvan aangifte zal worden gedaan bij de regiopolitie Brabant-Noord/locatie Sint Oedenrode. Wij verzoeken u het in geding zijnde besluit, bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136", hierop te vernietigen.

Wordt door u het in geding zijnde besluit hierop niet vernietigd dan geldt voor betreffende leden van Gedeputeerde Staten van Noord Brabant hetzelfde als voor de raadsleden van de gemeente Sint Oedenrode. In dat geval plegen ook desbetreffende leden van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord Brabant een ernstig strafbaar feit, waarvan aangifte zal worden gedaan bij de regiopolitie Brabant-Noord/locatie Sint Oedenrode.

    Bedenking 4.

Een dergelijk uitbreidingsplan, vergezeld met een schetsplan voor de bouw van een opslagruimte/werkplaats met bijbehorende tekening, heeft de Gebr. Smetsers al op 1 april 1998 bij de gemeente Sint Oedenrode ingediend en is door de gemeente Sint Oedenrode ingeboekt onder nummer B980168. Betreffend schetsplan had de gemeenteraad van Sint Oedenrode toentertijd in behandeling moeten nemen en moeten toetsen aan het toen geldende bestemmingsplan buitengebied dat door de raad op 4 juni 1974 is vastgesteld en bij Koninklijk besluit op 17 oktober 1980 onherroepelijk is geworden. Dit omdat het nieuwe bestemmingsplan "buitengebied 1997" op 24 september 1998 (bijna 6 maanden na de indiening van dit schetsplan) door de gemeenteraad is vastgesteld. De raad der gemeente Sint Oedenrode heeft verzuimd om dit op 1 april 1998 door de Gebr. Smetsers ingediende schetsplan voor de bouw van betreffende opslagruimte/werkplaats mee te nemen in het op 24 september 1998 vastgestelde bestemmingsplan "buitengebied 1997". Ook heeft de raad der gemeente Sint Oedenrode dit schetsplan voor Gedeputeerde Staten van Noord Brabant en de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State opzettelijk achtergehouden. Hiermee hebben burgemeester en wethouders en de raadsleden toentertijd een strafbaar feit gepleegd. Wij verzoeken u het in geding zijnde besluit ook hierop te vernietigen.

    Bedenking 5.

Ten tijde van het in geding zijnde besluit van de raad der gemeente Sint Oedenrode, op 26 september 2002, was het op 24 september 1998 vastgestelde bestemmingsplan "buitengebied 1997" ter plaatse nog geschorst. Dit betekent dat de raad der gemeente Sint Oedenrode eraan gehouden was om het in geding zijnde bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136" te toetsen aan het toen nog van kracht zijnde door de raad op 4 juni 1974 vastgestelde bestemmingsplan buitengebied, dat bij Koninklijk besluit op 17 oktober 1980 onherroepelijk is geworden. Dat was de vigerende bestemming waarop de raad van de gemeente Sint Oedenrode hun besluit bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136" hadden moeten toetsen.

Wanneer de raad op 26 september 2002 had getoetst aan deze vigerende bestemming, dan was de raad tot de conclusie gekomen dat in het vigerende bestemmingsplan geen 7800 m2 voor het houtbewerkende bedrijf is opgenomen zoals dat staat geschreven onder punt 7.2 van het ontwerp-bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136" van april 2002 maar hooguit 5000 m2. De raad van de gemeente Sint Oedenrode was dan ook tot de conclusie gekomen dat de Gebr. Smetsers van hen in 1988 een droogloods heeft mogen bouwen met een oppervlakte van 640 m2 in strijd met het vigerende bestemmingsplan buitengebied.

Ook was de raad der gemeente Sint Oedenrode dan tot de conclusie gekomen dat zij daarmee al vanaf 1988 het gebruik van deze met het vigerende bestemmingsplan strijdig gebouwde droogloods al 14 jaar lang hebben gedoogd. Daarmee heeft de raad de Gebr. Smetsers al 14 jaar lang geholpen met het plegen van een economisch delict. Daarmee heeft de raad der gemeente Sint Oedenrode al 14 jaar lang strafbare feiten gepleegd. Met het in geding zijnde besluit heeft de gemeenteraad van Sint Oedenrode beslist om de Gebr. Smetsers ook in de toekomst te willen helpen met het plegen van economische delicten. Wij gaan ervan uit dat u hen daarmee niet helpt en het in geding zijnde besluit ook hierop vernietigd.

    Bedenking 6.

Ten tijde van het in geding zijnde besluit van de raad der gemeente Sint Oedenrode, op 26 september 2002, rustte op betreffend perceel het door de raad op 4 juni 1974 vastgestelde bestemmingsplan buitengebied, dat bij Koninklijk besluit op 17 oktober 1980 onherroepelijk is geworden. Het bedrijf Gebr. Smetsers V.O.F. heeft van de raad vanaf 1994, in strijd met het ter plaatse geldende bestemmingsplan buitengebied, grote hoeveelheden geïmpregneerde kinderspeeltoestellen/tuinhuisjes e.d. in de buitenlucht mogen uitstallen en enorme grote stapels geïmpregneerd hout in de buitenlucht mogen opslaan, hetgeen steeds werden ververst. Langsstromend regenwater heeft de bodem ter plaatse, als gevolg van zo'n acht jaar lange uitloging, daardoor gegarandeerd sterk verontreinigd met de (kankerverwekkende) stoffen chroom VI, koper, etc.

Deze met het bestemmingsplan strijdige uitstalling en opslag heeft de raad der gemeente Sint Oedenrode al zo'n acht jaar lang gedoogd. De raad der gemeente Sint Oedenrode (Rooise gemeenschap) zal in geval van een faillissement van de Gebr. Smetsers dan ook de hoge saneringskosten moeten betalen. Hiermee heeft de raad der gemeente Sint Oedenrode al 8 jaar lang ernstige strafbare feiten gepleegd. Met het in geding zijnde besluit heeft de gemeenteraad van Sint Oedenrode beslist om de Gebr. Smetsers ook in de toekomst te willen helpen met het plegen van strafbare feiten en het uitbreiden van die schade aan de Rooise gemeenschap. Wij gaan ervan uit dat u hen daarmee niet helpt en het in geding zijnde besluit ook hierop vernietigd.

    Bedenking 7.

In het bedrijfsomgevingsplan, referentie Mwij99B0009, van 14 september 2000 van de Kamer van Koophandel Oost-Brabant kunt u lezen dat met het ingediende bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136" de kinderen van de Gebr. Smetsers (zoon van momenteel 18 jaar) gratis aan bouwgrond voor een nieuwe woning worden geholpen. Dit in tegenstelling met andere kinderen van ouders in de gemeente Sint Oedenrode.

In betreffend bedrijfsomgevingsplan kunt u lezen dat de raad der gemeente Sint Oedenrode de Gebr. Smetsers helpt met de omzetting van zo'n 1150 m2 agrarische grond à € 4,- per m2 naar zo'n 1150 m2 bedrijfsgrond à € 140,- per m2. Hiermee maakt de raad de Gebr. Smetsers met een pennenstreek zo'n € 156.000,- rijker. Dit in tegenstelling met andere bedrijven in de gemeente Sint Oedenrode. In betreffend bedrijfsomgevingsplan is berekend dat de raad met hun goedkeuring voorkomt dat het bedrijf Gebr. Smetsers een lening van f. 3.520.000 (€1.597.306,-) moet afsluiten op de kapitaalmarkt.

Ook andere bedrijven in Sint Oedenrode stellen het erg op prijs dat de raad hen als zodanig helpt met hun uitbreiding, waarmee wordt voorkomen dat zij een lening van € 1.597.306,- moeten afsluiten op de kapitaalmarkt. Ik ben er stellig van overtuigd dat nagenoeg elk bedrijf, die de gemeente Sint Oedenrode op deze wijze wil helpen, bereid is om aan burgemeester P. Schriek (CDA), de wethouders C. van Rossum (CDA), M. Thijssen (HvR/PvdA) en H. Huijbregts (DGS) en de raadsleden J. Verhagen (CDA), F. Tymstra (CDA), H. van den Berk-van de Laar (CDA), N. van Dijk (CDA), G. van der Staak-Reijkens (CDA), A. Buiting (HvR/PvdA), J. Hendriks-van Kemenade (HvR/PvdA), R. Meijs (HvR/PvdA), P. Bok (DGS), H. Hulsen (DGS), J. Wijn (DGS), F. van den Boomen (ouderenpartij), T. Hageman (ouderenpartij), M. Prins-Afman (VVD), R. Dekkers (VVD), W. van Gerwen (Rooise Partij) en X. van Vessem (Rooise Partij) elk € 25.000,- onder de tafel terug te betalen als dank voor hun hulp daaraan. Ook daarmee heeft de raad dan een ernstig strafbaar feit gepleegd.

    Bedenking 8.

In het bedrijfsomgevingsplan, referentie Mwij99B0009, van 14 september 2000 van de Kamer van Koophandel Oost-Brabant kunt u lezen dat betreffende uitbreiding met name bedoeld is om de productie en verkoop van geïmpregneerde kinderspeeltoestellen met KEMA-certificaat daarmee te kunnen uitbreiden. Betreffende geïmpregneerde kinderspeeltoestellen bevatten o.a. grote hoeveelheden chroom VI-verbindingen (chroomtrioxide).

Wat zijn de gevaren van chroom VI-verbindingen?

  • Chroomtrioxide (Chroom VI) is een zwarte lijststof voor lucht.

    Het in het milieu brengen van deze zwarte lijststoffen dient gezien hun stofeigenschappen, zoals giftigheid - waaronder carcinogeniteit, mutageniteit en teratogeniteit - afbreekbaarheid en (bio) accumulatie, die een ernstig risico inhouden, via een maximaal brongerichte aanpak met de best bestaande techniek te worden voorkomen.

    Chroom VI verbindingen zijn de meest kwalijke kankerverwekkende verbindingen die wij kennen. Er zijn 4 klassen aan kankerverwekkende stoffen. Chroom VI verbindingen vallen in de zwaarste klasse; de klasse 1 van kankerverwekkende stoffen.

    Chroom VI verbindingen zijn ook nog verdacht reprotoxisch, hetgeen inhoudt dat het toxische effecten op de reproductie functie van vrouwen en/of mannen (o.a. impotentie, fertiliteitproblemen, menstruatiestoornissen, testiskanker) en/of toxische effecten op het nageslacht via vrouwen en/of mannen (o.a. miskramen, ontwikkelingsstoornissen, doodgeboorte) als gevolg kunnen hebben.

    Chroom VI verbindingen zijn ook nog genotoxisch, hetgeen inhoudt dat wanneer je slechts één molecuul van die stof binnenkrijgt betreffend molecuul op termijn al tot kanker kan leiden. Ook kan deze stof genetische schade veroorzaken.

    Deze Chroom VI-verbindingen lossen goed op in water en kunnen gemakkelijk via de huid het lichaam binnendringen. Juist om die reden moet elk huidcontact met deze chroom VI-verbindingen, hoe gering ook, worden vermeden. Wij konden dan ook niet begrijpen dat KEMA voor deze geïmpregneerde kinderspeeltoestellen een KEMA-certificaat heeft afgegeven als zijnde veilig voor kinderen. Om die reden hebben wij hierover contact gezocht met L.D. van Essen van de KEMA. Wat schetst onze verbazing! De heer van Essen van de KEMA vertelde ons dat betreffend certificaat niet controleert op de chemische veiligheid, maar enkel op constructieveiligheid van die geïmpregneerde kinderspeeltoestellen. Hiermee is vast komen te staan dat de folder "Smetsers speeltoestellen, programma 1999-2000", die de Gebr. Smetsers V.O.F. heeft uitgegeven, hierover de consument onjuist heeft voorgelicht.

    Mogelijk duizenden kinderen, die veel op deze geïmpregneerde kinderspeeltoestellen van Smetsers hebben gespeeld, zullen als gevolg daarvan een toekomstige kankerdood tegemoet kunnen zien of aan een andere ernstige ziekte eerder sterven. Ondergetekende beschikt over een gecertificeerde vakbekwaamheid als hoger veiligheidskundige (zie bijlage 2). Vanuit die deskundigheid zijn de gevaren van deze geïmpregneerde kinderspeeltoestellen beoordeeld. Voor een dergelijk handelen staat op grond van artikel 173a van het Wetboek van Strafrecht een gevangenisstraf van 12-15 jaar. Ook voor degenen die hun positie hebben misbruikt en daarvoor de condities hebben geschapen, en dus voor burgemeester en wethouders en de raadsleden van de gemeente Sint Oedenrode, staat voor het plegen van een dergelijk misdrijf een gevangenisstraf van 12-15 jaar.

    In geval u hierop het in geding zijnde besluit bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136" niet vernietigd, dan heeft u daarmee eveneens uw positie misbruikt om het bedrijf Gebr. Smetsers V.O.F. te helpen met de voortzetting en zelfs uitbreiding van het plegen van genoemd misdrijf. Ook daarop staat een gevangenisstraf van 12-15 jaar. Wij verzoeken u het in geding zijnde besluit ook hierop te vernietigen.

      Bedenking 9.

    In het in geding zijnde besluit bestemmingsplan "Ollandseweg 134 -136" is positief beschikt op uitbreiding van het houtbewerkende bedrijf van de Gebr. Smetsers met een tennisbaan. Kennelijk is de raad van de gemeente Sint Oedenrode de mening toegedaan dat een tennisbaan houtverwerken is.

    Wij zijn echter van mening dat de raad hiermee hun bevoegdheden hebben misbruikt om de Gebr. Smetsers V.O.F. op een goedkope wijze aan een sportaccommodatie te helpen. Het verhuren van een dergelijke tennisbaan aan derden, die daarop willen tennissen, levert de Gebr. Smetsers namelijk veel geld op. Wij zijn er stellig van overtuigd dat andere bedrijven in het buitengebied van Sint Oedenrode er op deze wijze ook wel een tennisterrein bij willen hebben. Het moge u duidelijk zijn dat de raad der gemeente Sint Oedenrode ook hiermee een strafbaar feit heeft gepleegd. Wij verzoeken u het in geding zijnde besluit ook hierop te vernietigen.

      Bedenking 10.

    Ten tijde van het in geding zijnde besluit van de raad der gemeente Sint Oedenrode, op 26 september 2002, rustte op het perceel het door de raad op 4 juni 1974 vastgestelde bestemmingsplan buitengebied, dat bij Koninklijk besluit op 17 oktober 1980 onherroepelijk is geworden. Op grond van dit vigerende bestemmingsplan mag op die locatie geen detailhandel worden gepleegd. Dat de raad der gemeente Sint Oedenrode het plegen van detailhandel ter plaatse in strijd met het vigerende bestemmingsplan al zo'n 14 jaar lang heeft gedoogd zal u, gezien de bedenkingen 1 t/m 9, niet meer verbazen. Ook hiermee heeft de raad der gemeente Sint Oedenrode de Gebr. Smetsers al 14 jaar lang geholpen met het plegen van economische delicten, en derhalve met het plegen van strafbare feiten. Wij gaan ervan uit dat u de Gebr. Smetsers daarmee niet helpt en het in geding zijnde besluit ook hierop vernietigd.

      Bedenking 11.

    U zult het niet geloven maar dit door de raad der gemeente Sint Oedenrode bij besluit op 26 september 2002 vastgestelde bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136" sluit toekomstig gebruik ten behoeve van een seksinrichting met bijbehorende horeca, en nog veel meer, niet uit. Onder artikel 1, lid 24 en 25 (begripsomschrijvingen) van het in geding zijnde bestemmingsplan staat namelijk letterlijk het volgende geschreven:

    1. horeca(bedrijf)
      een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of bedrijfsmatig logies wordt verstrekt.

    2. seksinrichting
      een gebouw of een gedeelte van een gebouw waarin bedrijfsmatig handelingen plaatsvinden van erotische en/of pornografische aard.

    Hieronder wordt verstaan:

    • een seksbioscoop: een inrichting of daarmee gelijk te stellen gelegenheid waarin filmvoorstellingen van erotische en/of pornografische aard worden gegeven;
    • een sekstheater; een inrichting of daarmee gelijk te stellen gelegenheid waarin vertoningen van erotische en/of pornografische aard worden gegeven;
    • een seksautomatenhal; een inrichting of daarmee gelijk te stellen gelegenheid waarin door middel van automaten filmvoorstellingen en liveshows van erotische en/of pornografische aard worden gegeven;
    • een sekswinkel; een ruimte voor het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen uitstalling ter verkoop, het verkopen en/of leveren van seksartikelen.

    Onder artikel 4 (algemene gebruiksbepaling) van het in geding zijnde bestemmingsplan staat letterlijk het volgende beschreven:

    4.1 Strijdig gebruik

    1. Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met de gegeven bestemmingen.
    2. Tot strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend:
    • het (doen of laten) plaatsen van onderkomens;
    • het gebruik van de grond, al dan niet als standplaats, en/of bouwwerken voor enige vorm van handel, dienstverlening, bedrijvigheid, horeca en/of seksinrichting, behoudens voorzover dit op grond van de bestemming is toegestaan;
    • het gebruik van de grond als opslag-, stort-, of bergplaats- al dan niet ten verkoop - voor onbruikbare of aan hun oorspronkelijke bestemming onttrokken voorwerpen en materialen, behoudens voorzover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte beheer van gronden en zulks bovendien geen afgedankte voorwerpen en materialen betreft;
    • het gebruik van de grond voor het beproeven van motorrijtuigen;
    • het gebruik van de grond als kampeerterrein voor kampeermiddelen en/of andere al dan niet voor kamperen bestemde voertuigen.
    4.2 vrijstellingsbepaling

    Burgemeester en wethouders verlenen vrijstelling van het bepaalde in het eerste lid, indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.

    Iedereen zal begrijpen dat in geval betreffende gronden worden gebruikt voor de hierboven beschreven seksindustrie, horeca en nog veel meer: dit veel en veel meer geld zal opleveren, waardoor het doelmatig gebruik van die gronden drastisch zal worden verhoogd. Burgemeester en wethouders van Sint Oedenrode kunnen voor een dergelijke gebruik dan vrijstelling verlenen. Daarmee is een grootschalige seksinrichting, voorzien van horeca, tennisbaan e.d., in het buitengebied van Olland, gemeente Sint Oedenrode, dan een feit geworden. Het moge u duidelijk zijn dat 1,3 hectare grond in het buitengebied van Olland met een dergelijke bestemmingsmogelijkheid, in geval van verkoop aan derden goud zal gaan opleveren. Hiermee heeft de raad der gemeente Sint Oedenrode een zwaar misdrijf gepleegd. Wij gaan ervan uit dat u hieraan niet meewerkt en het in geding zijnde besluit ook hierop vernietigd.

      Bedenking 12.

    Secretaris mr. drs. J.J.Th.L. Geraedts schrijft namens de Provinciale Planologische Commissie Noord-Brabant in zijn advies van 1 oktober 2001, kenmerk: nrs. 768418/785849, letterlijk het volgende:

    De commissie constateert dat de beoogde uitbreiding de in het streekplan toegestane reële uitbreiding (circa 15%) voor niet-agrarische bedrijven in het buitengebied, fors overschrijdt. Medewerking vanuit het provinciaal beleid aan een dergelijke uitbreiding in het buitengebied wordt niet gegeven, tenzij er voor het bedrijf in kwestie aantoonbaar geen redelijk alternatieve mogelijkheden voorhanden zijn. In dat geval maakt de provincie een nadere afweging op basis van een beoordeling van de planologische aanvaardbaarheid van de uitbreiding en een door het bedrijf opgesteld gekwalificeerd bedrijfsplan, waarin de noodzaak van een uitbreiding op de betreffende plek dient te worden aangetoond. Het betreffende houtverwerkingsbedrijf heeft een dergelijk bedrijfsplan op laten stellen.

    Het plan betreft een eenmalige forse uitbreiding van bebouwing, tot een in het plan aangegeven maximum van 1500 m2 (een verdubbeling van het bebouwd oppervlak). Uit het bedrijfsplan blijkt dat het gaat om het onderbrengen van een aantal reeds bestaande activiteiten die nu buiten, verspreid over het terrein plaatsvinden en dat er geen sprake is van een aan de nieuwe bebouwing gekoppelde forse uitbreiding van bedrijfsactiviteiten. De noodzaak voor uitbreiding van de bebouwing komt voort uit het streven naar kwaliteitsbehoud van geproduceerde producten (opslag van hout en speeltoestellen), het voldoen aan ARBO-wetgeving en deels het realiseren van een ontvangst- en expositieruimte.

      CONCLUSIE
    De commissie is van mening dat, ondanks dat het een zeer forse uitbreiding van de bestaande bebouwing betreft, de noodzaak voor het bedrijf om op de betreffende locatie tot deze uitbreiding van bebouwing over te gaan, in het bedrijfsplan voldoende is toegelicht en onderbouwd. Zij vindt daarbij een uitbreiding, welke de in het streekplan aangegeven uitbreidingsmogelijkheid van 15% overschrijdt, op de aangegeven locatie planologisch aanvaardbaar en wijst erop dat daarvoor een procedure tot afwijking van het streekplan doorlopen moet worden. Wel adviseert de commissie u, in het kader van efficiënt ruimtegebruik, de noodzaak om tot een dergelijke forse uitbreiding van bebouwing te komen (met name voor wat betreft de opslag van hout), nog eens nader te bezien. Tevens adviseert de commissie u om in het bestemmingsplan het bedrijf specifiek te bestemmen, zodat voorkomen wordt dat in de toekomst een algemeen bedrijventerrein ontstaat in het buitengebied.

    Op grond van dit advies van secretaris mr. drs. J.J.Th.L. Geraedts, namens de Provinciale Planologische Commissie Noord Brabant, in samenhang met bovengenoemde bedenkingen 1 t/m 11, wordt het heel hoog tijd dat tegen deze mr. drs. J.J.Th.L. Geraedts een strafrechtelijk onderzoek wordt gestart. Omdat mr. drs. J.J.Th.L. Geraedts werkt onder de verantwoordelijkheid van Gedeputeerde Staten van Noord Brabant, verzoeken wij u hiervan onmiddellijk aangifte te doen bij de hoofdofficier van Justitie mr. R.W.M. Craemer, arrondissementsparket 's-Hertogenbosch, waarbij als feitelijke onderbouw een afschrift van deze ingediende bedenkingen wordt overlegd. Tevens verzoeken wij u die aangifte aan ondergetekende per kerend schrijven schriftelijk te bevestigen.


      CONCLUSIE

    Op grond van bovengenoemd 12-tal bedenkingen kan het in geding zijnde besluit, het op 26 september 2002 door de raad der gemeente Sint Oedenrode vastgestelde bestemmingsplan "Ollandseweg 134-136", niet in stand blijven. Wij verzoeken u het in geding zijnde besluit daarop te vernietigen.

    Tevens verzoeken wij u ondergetekende hierover in ieder geval te horen in afstemming met zijn drukke agenda. Een afschrift van deze bedenkingen hebben wij bij de Sociale Databank Nederland (SDN) op internet laten plaatsen: www.sdnl.nl/ekc-gs70.htm Uw besluit op deze bedenkingen zal eveneens bij de SDN op internet worden geplaatst.

      Hoogachtend

      ing. A.M.L. van Rooij, veiligheids- en milieudeskundige Ecologisch Kennis Centrum BV
      Voor deze

      Ing. A.M.L. van Rooij,
      directeur.



    Het websiteadres bij de Sociale Databank Nederland is: www.sdnl.nl/ekc-gs64.htm

    Machtiging, A.M.L. van Rooij, (natuurlijk rechtspersoon) C.c.

    • Dhr. R. Brockhus, webmaster Sociale Databank Nederland te Huizen.
    • Dhr. L.D. van Essen, KEMA Registered Quality B.V. te Arnhem.
    • Dhr. W.H. Sporken, voorz. Dorpsraad Olland, gemeente Sint Oedenrode.
    • Mw. M. van Boxtel, voorz. Socialistische Partij, afd. Sint Oedenrode.
    • Dhr. B. Vroomen, voorz. Vereniging Milieudefensie, afd. Sint Oedenrode.
    • Dhr. A Kempe, redactie Midden Brabant, weekblad in Sint Oedenrode.
    • Dhr. F. J. Willems, redactie Eindhovens Dagblad afd. Sint Oedenrode.
    • Mw. G. Hobbelen, redactie lokale TV de LOSS in Sint Oedenrode.
    • Dhr. T. van der Ham, redactie Twee Vandaag te Hilversum.
    • Dhr. H. Rijkers, redactie Katholiek Nieuwsblad te s' Hertogenbosch.
    • Dhr. A. van Bergen, Vrijwillige Milieurecherche te Nijmegen.
    • Mw. E. Derkx -Passage, voorz. Stichting tot behoud leefmilieu Buggenum Haelen, Horn, Nunhem en naaste omgeving te Haelen.

    Bijlage:

    1. Het bij brief van 7 oktober 2002, nummer: 02/4002, door burgemeester en wethouders van Sint Oedenrode verzonden raadsbesluit van 26 september 2002 (5 pagina's).
    2. Het certificaat nummer V395 van 10 juli 2001 van de stichting voor de certificatie van vakbekwaamheid (SKO) aan A.M.L. van Rooij als hoger veiligheidskundige (1 pagina).


    SDN-rubrieken