Open brief aan alle lijsttrekkers van politieke partijen met
ambitie en inspiratie richting Tweede Kamer der Staten Generaal

Het toezicht op banken en verzekeraars stelt echt niets voor..!!

Toezicht . . Kamerzetel 151 . . Klokkenluiders <===> SDN . . Crisisdebat



Door Ab Flipse,

Open brief aan alle lijsttrekkers van politieke partijen met
ambities en aspiraties richting de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Toezicht op toezicht
Wat doet de politiek?
Wat kan de politiek?
Oftewel: het zwarte-kip-gehalte: overdaad schaadt.

De doelstellingen en private achtergronden van Stichting Toezichthoudend Nederland
zijn u uit eerdere operaties en de website www.toezicht.nl genoegzaam bekend.

    Toezicht op toezicht. Dat is wat de Stichting Toezichthoudend Nederland bezighoudt.

Toezicht op toezicht is sporadisch aanwezig. En waar aanwezig: vooral falend op alle fronten. Niet alleen geldt dit voor de overheid in Nederland. Sinds jaar en dag meent het bedrijfsleven dat het aanmerkelijk beter en efficiënter functioneert dan de overheid. In toenemende mate rijst de vraag of deze zelfingenomenheid wel op haar plaats is.

De Minister van Economische Zaken, die gelukkig van ieder economisch getint vak in haar schoolopleiding verschoond mocht blijven, is de laatste die ongeremd en ongegeneerd in marktwerking en deregulering (annex privatisering) - als ware dit de hedendaagse Blauwe Knoop - blijft geloven. Deze Minister beoogt de mislukte en vermaledijde M.D.W.-operatie dan ook met een groots debacle van misplaatste overheidssteun (J.S.F.) af te sluiten. Zoals iedere overbodige overheidsopdracht in wezen een E.U.- verboden vorm van steun met zich brengt. (Tijd voor naschoolse opvang?)

In toenemende mate en in toenemende omvang komt naar voren dat interne (commissarissen) en externe (accountants) toezichthouders over private ondernemingen niet naar behoren functioneren, of zelfs malverseren. Het topje van de ijsberg?

De façade van het bedrijfsleven is gevangen in haar eigen rondedansje, waarbij obligaat gekrakeel als over 'corporate governance' en 'shareholders value' niet meer dan een dun laagje vernis (van de verkeerde kleur) blijkt te zijn. Helaas tonen vele topbestuurders van private ondernemingen zich in de eerste (en tweede en derde) plaats zelfingenomen. Voor tevredenheid over de eigen bestuurlijke kwaliteiten, laat staan over visie op maatschappij en onderneming of over uitvoering van beleid is bitter weinig reden. Zelfingenomenheid van topbestuurders is daarentegen eens te meer gerechtvaardigd, wanneer men zich vergaapt aan de hoeveelheden aandelenopties (en de waarde daarvan)en pensioenrechten die de topbestuurslaag van menig private onderneming zichzelf heeft toebedeeld.

Een goed opgeleide en doorgewinterde witte boorden crimineel zorgt daarbij uiteraard voor de statutair voorgeschreven besluitvorming en vastlegging. In wezen blijven de optie programma's echter een vorm van diefstal (of: verduistering). Diefstal van de onderneming. (Een onderneming is meer dan de optelsom van de beurskoers der aandelen). Diefstal van de aandeelhouders in deze onderneming. Diefstal van de pensioen- en beleggingsfondsen en particulieren die in deze aandelen hebben belegd.

    Ook hier is het tijd voor wijziging.

Een simpele wettelijke regeling kan hieraan (en tegelijkertijd aan dit deel van het fenomeen misbruik van voorkennis) een einde maken: het is de (top) bestuurders (en 'friends & 'family) van een onderneming wettelijk verboden om opties en/of aandelen in de eigen onderneming in eigendom te hebben en/of met betrekking tot deze opties en/of aandelen andere rechten (of verplichtingen) onder welke benaming dan ook te bezitten.

    Het tijdperk van zelfregulering is voorbij.

Roemrucht 'zelfreinigend vermogen' - zo ooit al in voldoende mate aanwezig geweest - is overwoekerd door een samenraapsel van eigenbelangen. Per branche, aangevoerd door de daarin dominerende bedrijven/organisaties. De onderlinge verwevenheden en afhankelijkheden van de bedrijven en de beroepsgroepen die aan zelfregulering doen, staan onafhankelijk en transparant toezicht op naleving van normen en standaarden in de weg. Stelsels van zelfregulering zijn verworden tot collectiviteiten van bewakers van de (meestal financiële) belangen van 'insiders'. Kritiek en bezwaar van 'outsiders' worden gezien als vijandige aanvallen en worden buiten de poort gehouden.

    Hek dicht. Bek dicht.

Slechts een radicale wegafzetting kan onschuldige passanten voor verbrijzelde schedels behoeden. Het bolwerk der zelfreguleringen vertoont scheuren. Bij een opzettend briesje valt de gevelbedekking. Zelfregulering bij accountants 'dreigt' eindelijk te worden vervangen door onafhankelijk toezicht. Advocaten, notarissen, banken, verzekeraars, effectenbedrijven etc. dienen als een speer te volgen.

Weg klachteninstituutjes. Weg groene tafels. Daarvoor in de plaats: een wettelijke regeling en een onafhankelijk toezichthoudend (deontologisch en vaktechnisch) orgaan.

Met een wettelijke regeling tot verbod van het (direct of indirect) houden van opties en aandelen kunnen de topbestuurders van private ondernemingen weer doen waar ze voor zijn aangesteld: de onderneming besturen. Tegen een fatsoenlijk (hoog) salaris. Zonder dat het beleid van de onderneming op oneigenlijke wijze wordt beïnvloed door het (veelal tegengesteld) belang dat de topbestuurder heeft bij maximalisatie van de waarde van de door hem gehouden opties en/of aandelen in zijn eigen onderneming. Zo'n wettelijke regeling voorkomt tevens dat de topbestuurder verblind raakt door de ondraaglijke helderheid van de exhibitionistische winsten, die hij (zelden zij) met het verzilveren van zijn opties en/of aandelen zou kunnen genereren. Een topbestuurder immers die door deze angst en hebzucht wordt verscheurd, is niet in staat om een behoorlijke koers uit te zetten, laat staan het roer standvastig op deze koers te (laten) houden.

    Inmiddels wreekt zich, dat ook in het bedrijfsleven toezicht op toezicht ontbreekt.

Aandeelhoudersvergaderingen vormen zelden meer dan een wassen neus. Soms een verfrissend incident. Powerplay 'gepareerd' met (lees: uitgebaat als alibi voor) een extra rondje zakkenvullerij. Bovendien (bijna) altijd achteraf. Dan is het kwaad reeds geschied. Compliance is gehuld in een paarse lijkwade en doet vergeefse pogingen te luiden en in de processie te gaan. (Eén regeling erbij, twee voorschriften niet nageleefd. Drie uur dienstverlening.).

In de sector van de banken en verzekeraars (bankverzekeraars) en andere beursgenoteerde ondernemingen is het beeld niet beter. Eerder slechter. De wettelijke toezichthouders zijn niet in staat (of bereid) deugdelijk en effectief toezicht te houden op de toezichthouders in de private ondernemingen. Wie inventariseert de ernst en omvang van de administratieve puinhopen en afvalbergen waarbinnen en waarop de verzekeraars (en bankverzekeraars) vegeteren? Even zovele redenen voor intrekking van vergunningen? Waarom laten de wettelijke toezichthouders de aandelen / optieprogramma's van de van de bestuurders over Banken, Verzekeraars en Effectenbedrijven in hun sectoren ongemoeid? Het is toch niet zo moeilijk om eerst het terugdraaien en vervolgens het staken van deze onmaatschappelijke uitwassen te 'adviseren' (lees:af te dwingen)?

Hoe is het in vredesnaam mogelijk, dat één van de grootste bankverzekeraars in Nederland in een strafzaak een maximale (?) schikking aangaat met het Openbaar Ministerie, terwijl de wettelijke toezichthouders blijven slapen. Waarom trekken de wettelijke toezichthouders de vergunningen van deze bankverzekeraar niet (gele kaart ?:voorwaardelijk) in? Gebleken is immers dat betrouwbaarheid van deze bankverzekeraar buiten alle maat is. Immers: integriteit van de topbestuurder van een onderneming is integriteit van de onderneming en integriteit van een onderneming is integriteit van de topbestuurder. Daaraan zijn de vergunningen van wettelijke toezichthouders gekoppeld. Of beter: ontkoppeld.

De wettelijke toezichthouders werden door de wetgever van het P.B.O.-tijdperk niet gezien als 'branche' en kennen zelfs geen zelfregulering (hoe gebrekkig ook). De vergelijking dringt zich op: fungeert het (Old Boys) netwerk van toezichthouders en wettelijke (toezicht op) toezichthouders als een 'as van het kwaad', waarom en waardoor het financieel- economisch bestel in Nederland roteert? (Of waartoe deze as inmiddels is wedergekeerd?).

    Hoe zit het inmiddels met de politiek?

Het is de tijd van verkiezingen. Bespiegelingen hierover treft men in de media. De Stichting Toezichthoudend Nederland levert op andere plaatsen daaraan een bijdrage. (Het zou de helderheid en inzichtelijkheid in het vertegenwoordigingsstelstel van onze democratie aanmerkelijk bevorderen, indien iedere kiezer niet alleen een stem op de lijst en de kandidaat van zijn voorkeur, doch (vooralsnog louter als vorm van volksraadpleging en volksvermaak) ook op de lijst en de kandidaat van zijn afkeur zou mogen uitbrengen. Onze democraten zijn wel aan een nieuw juweeltje (of gruweltje: 'pilletje, Borst?') toe.).

Reeds eerder heeft de Stichting Toezichthoudend Nederland vastgesteld, dat het politieke toezicht door de Tweede Kamer op de wettelijke toezichthouders in de sector van Verzekeringen, Banken en Effectenbedrijf met name vanuit het oogpunt van bewaking van integriteit en transparantie weinig tot niets voorstelt. Als de wettelijke toezichthouders ieder jaar een jaarverslag uit zouden brengen identiek aan het jaarverslag van drie jaar daarvoor zou niemand in de Tweede Kamer dat merken. (Zelfs een inflatiecorrectie hoeft voor deze maskerade - duplicaten niet te worden doorgevoerd).

    Staat toezicht op de wettelijke toezichthouders überhaupt wel op de politieke agenda?

Beschikken (voldoende) kamerleden over kennis en ervaring om (politiek) toezicht te kunnen uitoefenen op de wettelijke toezichthouders?

De Stichting Toezichthoudend Nederland heeft diverse journalisten in Nederland inmiddels uitgenodigd om de kennis en ervaring van (kandidaat) kamerleden meer secuur in beeld te brengen, waarbij Stichting Toezichthoudend Nederland uiteraard met name geïnteresseerd is in de kennis en ervaring van (kandidaat)kamerleden op het gebied van verzekeringen, banken en effecten, en wettelijke toezichthouders.

De analyse van de (definitieve of voorlopige) kandidatenlijsten van de verschillende partijen voor de Tweede Kamer zou er als volgt uit kunnen zien:

  1. Paginagrote overzichten van de kandidaten van de politieke partijen voor de Tweede Kamer. Indeling per partij. Rangorde als door de partijen aangegeven.
  2. Achtergronden van kandidaten: complete schoolopleiding, complete beroepscarrière, sekse, foto, nevenfuncties (betaald en onbetaald), gehuwd/samenwonend, kinderen, eigen woning (wijze van financiering), en woonplaats (incl. samenstelling woonwijk) etc.
  3. Herkomst kandidaten: werk/geen werk, categorieën werkzaamheden. Bedrijfsleven (werknemers/ondernemers); overheid (landelijk; provinciaal; gemeentelijk of overig); non-profit organisaties; zakelijke dienstverlening (werknemer/vrij beroep).
  4. Kennis en/of ervaring. (waaronder m.b.t. verzekeringen, banken, effectenbedrijven, (wettelijke) toezichthouders of bijv. zorg, onderwijs, veiligheid, vervoer, defensie etc.).
  5. Aandachtsgebieden / specialisaties, werkzaamheden Tweede Kamer:
    • verleden
    • heden
    • toekomst.
  6. Huidig salaris en emolumenten en pensioenregeling.

Hypothese:

bij het veroveren van een zetel in de Tweede Kamer zullen veruit de meeste kandidaten een enorme salarissprong opwaarts maken; de gemiddelde salarissprong van de kandidaten is meer dan statistisch significant. (Hoewel diepgravende discussie mogelijk is over de vraag in hoeverre inkomen een juiste graadmeter is voor de kwaliteit van de betrokken kandidaten, wordt in de breedte van het maatschappelijk veld toch enig verband tussen inkomen en kwaliteit/vaardigheden van de betrokken persoon aanwezig geacht).

De werkelijke inventarisatie en analyse dienen uiteraard uit te wijzen of deze hypothese juist of onjuist is. (Deze check kan onmiddellijk na de verkiezingen ten aanzien van de werkelijke leden van de nieuwe Tweede Kamer worden herhaald). Voor kandidaten die in hun huidige werkkring een hoger salaris ontvangen dan een lid van de Tweede Kamer, zou het uitzicht op deze salarisverlaging niet een onoverbrugbare reden mogen vormen om van kandidatuur af te zien. Voor kandidaten die in hun huidige betrekking een lager salaris genieten dan een lid van de Tweede Kamer, zou het vooruitzicht op het hogere salaris niet mogen aanzetten tot een vorm van ongematigd 'exhibitionisme'.

Het voorstel is derhalve om een staffel in te bouwen, zowel voor de kandidaten die als lid van de Tweede Kamer een (aanzienlijk) hoger als voor kandidaten die als lid van de Tweede Kamer een aanzienlijk (lager) salaris dan in hun voorafgaande werkkring (uitkeringstrekkers komen op de lijsten niet voor) zouden ontvangen.

Daarbij zou voor de 'van onder' komende kandidaten een ondergrens van bijvoorbeeld 60% van het salaris van een kamerlid (minimaal gelijk aan huidig salaris) moeten worden ingebouwd, en zou voor de kandidaten die 'van boven' komen, een maximum van 140% van het salaris van een kamerlid (maximaal het huidig salaris) moeten gelden. De aanpassing (naar boven c.q. naar beneden) tot 100% van het salaris van een kamerlid zou vervolgens in vier gelijke jaarlijkse stappen (gelijk aan de reguliere zittingsduur van een kamerlid) tot stand dienen te komen.

Voor een tweede periode als kamerlid is een gehalveerd staffelsysteem van kracht. Conform eerdere hypothese houdt de kiezer/belastingbetaler (de Staat der Nederlanden) aan dit stelsel een aanzienlijke som gelds over!

Heren lijsttrekkers, weet u bij deze uitgenodigd om de hierboven aangeduide gegevens met betrekking tot uw kandidaten - kan het zijn spoedig - aan de Stichting Toezichthoudend Nederland in te zenden. Toezending veronderstelt het recht van openbaarmaking. Het spreekt dat u als lijstverantwoordelijken de resultaten van de analyse van uw ingezonden gegevens ter kennisneming en verificatie zal worden toegezonden.

Lelystad, 15 maart 2002.

Stichting Toezichthoudend Nederland

    De Stichting Toezichthoudend Nederland (STN) is particulier initiatief en heeft als doel toezicht te houden op de wettelijke toezichthouders in de bancaire, verzekerings- en eflectensector. Dat is hard nodig gezien de gebreken die het wettelijk toezichtstelsel in Nederland vertoont. Met regelmaat roept STN politici op om binnen de politieke context toezicht te houden op de wettelijke toezichthouders, althans om vragen te stellen over de werkwijze en bevindingen van de achter 'geheimhouding' verscholen wettelijke toezichthouders en aanpalende ministeries.