Door Willem van der Meiden
Hervormd Nederland, 20 september 1997
Vermogen
Laten we voor het gemak eens aannemen dat Nederland
een rijk land is en voor hetzelfde gemak even vergeten dat niet iedereen
van dat gegeven ten volle profiteert - zie ook elders in dit nummer van HN-Magazine.
Waar komt die rijkdom vandaan en wat doen we ermee?
De href="http://www.sdnl.nl/toorn-sp.htm">troonrede en de miljoenennota van het paarse
kabinet houden zich met die eerste vraag niet bezig. Het antwoord is dan ook
vrij simpel. Nederland is 'rijk' geworden door een combinatie van factoren:
genade (aardgas), volksaard (consensuspolitiek, o.a. van de vakbeweging), toeval
(economische specialisatie in agrarische en chemische producten; gunstige ligging
als distributieland) en het inlopen van een historische achterstand (de
toegenomen arbeidsparticipatie van vrouwen). En wellicht is er ook nog sprake
van sturing en beleid, maar de invloed daarvan wordt doorgaans overschat.
Hoe die rijkdom ingezet gaat worden, daarvoor geeft het kabinet wel een
indicatie: er gaat gespaard worden - Nederlandser kan het niet: 'De gunstige
economische situatie maakt het mogelijk om nu omvangrijke bedragen te
reserveren voor de toekomst'. Men denkt dan aan de oude dagvoorziening en aan
noodzakelijke investeringen in de infrastructuur. Een met Nederland
vergelijkbaar rijk land als Noorwegen (olie) had een regering met identieke
plannen.
Dat kwam de grootste partij, de sociaal-democraten van premier Jagland, de
Noorse Kok, te staan op een fikse stembusnederlaag en maakte de weg vrij voor
een grote overwinning van rasopportunist en populist Carl Hagen met zijn
Vooruitgangspartij, die de poet terstond wil verdelen en de buitenlanders
buitenslands wil houden. Sparen is met andere woorden geen ongevaarlijke
strategie, die ruimte biedt aan vissers in troebel water.
Terug naar onze rijkdom. Onze collega's van De Groene Amsterdammer
maakten vorige week een interessant verhaal, waarin o.a. Clemens Graafsma
uitgebreid aan het woord kwam. Graafsma is hoofdredacteur van het RTL-5-magazine
Business Update, dat de beurs voor de gewone burger bijhoudt. In een
gesprek over het succes van het Nederlandse poldermodel, maakte hij zich grote
zorgen over de vermogensvorming in Nederland en in de wereld.
Het wereldvermogen van institutionele beleggers (banken, pensioenfondsen,
beleggingsfondsen, verzekeraars) was in 1995 23 biljoen (twaalf nullen) dollar
waard. Nederland nam daarvan 600 miljard dollar voor zijn rekening. Dat
vermogen moe geld opbrengen. Wil je een rendement van vijf procent hebben,
'dan heb je eer bedrag in de orde van grootte van het Bruto Nationaal Product
van Frankrijk of Engeland nodig.
En dan heb ik het nog alleen maar over de institutionele beleggers en niet
over het particuliere vermogen. Die reproductie van het vermogen neemt elk
jaar toe en dat legt een steeds grotere belasting op de samenleving. Een
steeds groter deel van ons inkomen zal niet meer uit loon bestaan, maar uit
koerswinst, dividend en rente. (...) In 1995 had men met het institutioneel
vermogen van 23.000 miljard alle aandelen in de wereld anderhalf maal kunnen
kopen. (...)
Dus die beleggingsbron zal opdrogen.' Graafsma maakt zich ernstige zorgen
'dat de vermogenseconomie sneller groeit dan de reële economie en die
twee lijnen gaan elkaar een keer kruisen. (...) Als je het hebt over inkomensongelijkheid,
zou je het ook eens over de vermogensongelijkheid moeten hebben, want die is vele
malen groter.' Tot zover de zorgwekkende redenering van Clemens Graafsma, waar geen
speld tussen te krijgen is.
Rijkdom is dus een probleem en vermogens dienen een sociaal rendement te
hebben. Daar hebben we een regering en een minister van financiën voor.
In dit licht bezien is 'sparen' een hachelijke
onderneming en zouden sociale investeringen de voorkeur verdienen. Mogelijkheden
zijn er te over: het wegwerken van de hardnekkige inkomensongelijkheid tussen
mannen en vrouwen (mannen verdienen gemiddeld in Nederland 40 procent meer dan
vrouwen), de groei van de kloof tussen rijk en arm remmen, de
inkomsten uit vermogen sterker belasten -
staatssecretaris Vermeend heeft daarvoor plannen in de maak - een
diepte-investering in milieu.
Met name ter bestrijding van de CO2-uitstoot en een injectie in het
basisonderwijs die verder gaat dan de reductie van de klasgrootte. Niet
zozeer om de latere 'aansluiting bij de wensen van
de markt' soepeler te laten verlopen, maar om de niet te onderschatten
sociale functie van het basisonderwijs een krachtige impuls te geven. De
school is zo mogelijk een nog belangrijker instrument voor sociale vernieuwing
- om een al enigszins belegen woord te gebruiken - dan het vaak zo overschatte gezin.
Natuurlijk biedt de troonrede aanzetten voor sociale investeringen. Maar
de paarse euforie blijft de toon zetten en de kritische geluiden overstemmen.
Er is alle reden voor zorg, het doemscenario van Clemens Graafsma indachtig,
en er is alle aanleiding na te denken over die zogenaamde rijkdom van
Nederland en wie daarvan profiteren. De verkiezingsbegroting van paars klinkt
als een klok, maar de barsten beginnen in het oog te lopen.
Willem van der Meiden
Commentaar:
Nederland bezit van het hierboven vermelde wereldvermogen - dat in werkelijkheid
nog veel groter is - ruim 600 miljard dollar van de 23.000 miljard dollar
die de gehele mensheid van 5,5 miljard personen rijk is. Leggen we de verhoudingen
onder een vergrootglas, dan blijkt dat Nederland 600 / 23000 = 1/38 van dat
wereldvermogen bezit. Het aandeel van Nederland in de bevolking van de planeet
Aarde is slechts 5.5 miljard gedeeld door 15,5 miljoen, ofwel 1/355 deel van
de wereldbevolking.
De gemiddelde Nederlander is derhalve 1/38 gedeeld door 1/355, ofwel 9,4 maal
zo rijk als de gemiddelde aardbewoner. Het is des te merkwaardiger dat
ontwikkelingshulp en ook de armoedebestrijding in eigen land volgens de
beleggers en vrijwel alle politici als onbetaalbaar worden bestempeld. Hoe
arm moet je geestelijk zijn om zoiets te durven en kunnen volhouden?
Het antwoord daarop is simpel: zolang de armen niet zèlf aan het woord
kunnen komen in de massamedia, en in gelijke mate als de rijken, zal alles
alleen maar verslechteren. De verantwoordelijkheid ligt hier overduidelijk bij de BRENGERS VAN DE BOODSCHAP, bij de kranten, bij de
omroepen, bij de kerken. (zie opmerking) De politiek is
- wat het aanzwengelen van de discussie betreft - niets te verwijten, behalve dat
zij verantwoordelijk is voor het frustreren van het klimaat om die maatschappelijke
discussie te laten ontstaan. De politiek bestaat veelal uit sektarische
belangenbehartigers en partijgangers bestaat en niet uit
"volksvertegenwoordigers", zoals de grondwet
voorschrijft. Een fractiespecialist bepaalt hoe de hele meute bij CDA, PvdA, VVD,
D'66 enz. bij een wetsvoorstel in het parlement zal stemmen. Als domme ganzen lopen
zij achter die specialist aan, die feitelijk ook maar een heel klein stukje van de
werkelijkheid kan overzien. Van echte democratie is dan ook geen sprake. Helaas.....!!!
Nu maar hopen dat bij de volgende verkiezingen er een lijst komt van onafhankelijke
volksvertegenwoordigers die volgens de grondwet zonder last of ruggespraak als
onafhankelijk lid van de kamer hun stem uitbrengen en meediscussiëren
over dat wat het belang van het volk als geheel. Samenwerken en taken verdelen
mag, graag zelf. Maar de politiek mag niet verworden tot een technocratisch
monstrum, waarbij een handjevol fractiespecialisten eigenlijk de besluitvorming
overheersen.
Opmerking: We zijn ons terdege bewust dat hier gegeneraliseerd wordt, maar het is niet
te ontkennen dat in de afgelopen 16 jaar de media als instituties steeds om de hete brei
van de geldpolitiek, de grondpolitiek en verpaupering zijn heengelopen. Pas de opmerking
van Mgr. Muskens: dat HET STELEN VAN BROOD DOOR DE ARMEN GERECHTVAARDIGD
IS, deed de media reageren. Nochtans is de toegang van de armen zelf tot die
media ook vandaag nog uiterst beperkt. Fundamentele discussie met assertieve minima komt
weliswaar in de geschreven pers wat schuchter op gang, maar staat ondanks de twee miljoen
armen in Nederland in de omroepwereld nog steeds niet op de voorgrond.