Verzoek tot verplichten van Gebr. Van Aarle BV tot onmiddellijke sanering bedrijfsterrein


EuroStaete . . EKC . . Klokkenluiders <===> SDN . . Wolmanzouten . . English

Henry George (1839-1897): De Aarde behoort toe aan alle levende wezens

't Achterom 9a
5491 XD
Sint Oedenrode
Tel. 0413-490387
Fax. 0413-490386

Aan de Raad van State,
Afdeling bestuursrechtspraak,
Postbus 20019,
2500 EA 's-Gravenhage.

Aantekenen + per telefax 070 - 3651380.


Sint Oedenrode, 11 augustus 1994.

Ons kenmerk: BSR/010/B

Betreft:

    Beroepschrift tegen de beschikking d.d. 5 juli 1994, kenmerk 275221 van Gedeputeerde Staten van Noord Brabant op mijn bezwaarschrift van 15 augustus 1994.


    Geacht College,

Hierbij teken ik beroep aan tegen de beschikking van 5 juli 1994, kenmerk 275221 van Gedeputeerde Staten van Noord Brabant en wel op grond van de volgende motivatie:

  1. Middels mijn brief van 15 augustus 1992 heb ik Gedeputeerde Staten van de Provincie Noord Brabant verzocht om met toepassing van bestuursdwang en dwangsom de Gebr. Van Aarle B.V. Ollandseweg 159 te verplichten tot onmiddellijke sanering van zijn verontreinigd bedrijventerrein en verontreinigde waterbodems (Prod. 1).

  2. Omdat Gedeputeerde Staten consequent bleven weigeren te beslissen op mijn verzoek om bestuursdwang en dwangsom ben ik tegen die weigering om te beslissen (= fictieve beschikking) in beroep gegaan bij de Raad van State en heb ik de Voorzitter om schorsing verzocht. Bij uitspraak van 6 juni 1994 no.G05.93.0181/p01 heeft de Voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State de weigering van Gedeputeerde Staten om een beschikking te geven vernietigd en bepaald dat Gedeputeerde Staten uiterlijk één maand na verzending van die uitspraak in de zaak moeten voorzien door een beschikking op het aan dit geschil ten grondslag liggende verzoek te geven (Prod. 2).

  3. Bij brief van 5 juli 1994, verzonden op 6 juli 1994, hebben Gedeputeerde Staten beschikt op mijn verzoek om bestuursdwang en dwangsom van 15 augustus 1992 (prod.3). Frappant hierbij is dat Gedeputeerde Staten in deze beschikking niet aangeven dat hiertegen voor mij beroep openstaat bij de Raad van State, Afdeling Bestuursrechtspraak. Mijn verzoek om bestuursdwang en dwangsom is van 15 augustus 1992. Bij uitspraak van 6 juni 1994 no. G05.93.0181/p01 is vast komen te staan dat Gedeputeerde Staten ingevolge artikel 61as, tweede lid, van de Wet Algemene Bepalingen Milieuhygiëne uiterlijk één maand na de datum waarop het verzoek is ontvangen had moeten beschikken. (Prod. 3)

  4. Dit betekent dat Gedeputeerde Staten als onderbouw voor hun beschikking niet mogen verwijzen naar brieven van (veel) latere datum. De brieven van:

    • 4 december 1992. kenmerk 197092
    • 26 augustus 1993, kenmerk 229924
    • 23 november 1993, kenmerk 242563
    • 2 februari 1994, kenmerk 253108

    mogen om die reden dan ook niet meegenomen worden in de beoordeling van het geschil. Nu deze brieven niet mogen worden meegenomen in het geschil betekent dat Gedeputeerde Staten geen enkel rechtsgeldig verweer heeft op mijn verzoek om bestuursdwang d.d. 15 augustus 1992. De opmerking dat inmiddels de door de Firma Van Aarle op het terrein opgeslagen grond in opdracht van de provincie is afgevoerd is niet juist.(Prod. 4)

  5. Het betreft namelijk gevaarlijk bedrijfsafval bestaande uit verontreinigde grond, puin, sintels, e.d. welke is vrijgekomen bij het graven van sleuven t.b.v. het aanleggen van een bedrijfsriolering en het leggen van een verharding voor een parkeergelegenheid vóór de slijperij. De Gebr. Van Aarle B.V., heeft zo'n nauwe banden met de Provincie Noord Brabant dat hij dit gevaarlijk afval op kosten van de Provincie (gemeenschap) als niet gevaarlijk afval op de stortplaats de RAZOB in Nuenen mag storten.

    Middels mijn verzoek om toepassing van bestuursdwang en dwangsom d.d. 4 augustus 1994 heb ik Gedeputeerde Staten van de Provincie Noord Brabant verzocht dit te corrigeren. Betreffend verzoek is bijgevoegd (Prod.4). Ik verzoek kennis te nemen van de inhoud. Uit die inhoud kunt U opmaken dat Gedeputeerde Staten van Noord Brabant zelfs bereid is tot het plegen van ernstige strafbare feiten om de Gebr. Van Aarle B.V. te helpen met het gratis storten van zijn gevaarlijk bedrijfsafval. Hiermee is onomstotelijk vast komen te staan dat de Provincie niet onafhankelijk is. Uit het artikel "bewoners Sint Oedenrode tegen impregneerinstallatie houtzagerij" uit het Eindhovens Dagblad van 1988 (1989) kunt U opmaken dat de Gebr. Van Aarle B.V. al 10 jaar (vanaf 1978) heeft geïmpregneerd met wolmanzout zonder een daarvoor vereiste hinderwet- en lozingsvergunning (Prod. 5).

  6. Voorafgaande daaraan heeft de Gebr. Van Aarle B.V. diverse jaren geïmpregneerd met lindaan en pentachloorfenol. Daarnaast heeft de Gebr. van Aarle B.V. al die jaren grote hoeveelheden vers geïmpregneerd hout afkomstig van Tissen te Luyksgestel, Van de Sijde te Strijen en Van Swaaij te Schijndel over zijn gehele terrein opgeslagen gehad. Het jarenlang knoeien van impregneermiddelen, het jarenlang opstoken van geïmpregneerd afvalhout op zijn bedrijventerrein en de jarenlange opslag van grote hoeveelheden uitlogend geïmpregneerd hout over zijn gehele bedrijventerrein hebben ertoe geleid dat de inmiddels met puin en grond vermengde zinkslakken (sintels) zijn doordrenkt met allerlei impregneermiddelen. Deze met impregneermiddelen doordrenkte zinkslakken vermengd met puin en grond behoren eveneens te worden beschouwd als gevaarlijk bedrijfsafval.(Prod. 4)

    In 1988 was al bekend dat als gevolg van uitloging van het sterk verontreinigde bedrijventerrein de voor iedereen toegankelijke sloot nabij 't Achterom boven de C-waarde is verontreinigd met arseen en boven de A-waarde met chroom Zie hiervoor het onderzoekrapport d.d. 4 oktober 1988 van de Gemeente Uden (Prod.6). Toen al was bekend dat de verontreiniging qua gewichtsverhouding arseen en chroom overeenkomt met die van Superwolmanzout-Co en dat de herkomst om die reden logisch lijkt (Prod. 6).

  7. Toen al was bekend dat met het oog op de gezondheid van mens en dier maatregelen getroffen dienen te worden. Heden, 6 jaar later, zijn er nog steeds geen maatregelen getroffen. Bij brief van 31 juli 1991, kenmerk 91.2627/KM heeft het Waterschap de Dommel kenbaar gemaakt dat uit analysecijfers blijkt dat het water, dat via de hemelwaterafvoer op het bedrijfsterrein wordt geloosd vervuild is met koper 1600 µgr (8 x C-norm), arseen 360 µgr (3,6 x C-norm) en chroom 580 µgr (2,9 x C-norm) en dat gezien de aard van de verontreiniging het aannemelijk is dat deze in relatie staat met de door Gebr. Van Aarle B.V. gevoerde bedrijfsactiviteiten ten aanzien van geïmpregneerd hout (Prod.7).

  8. Heden, 3 jaar later, is betreffend sterk verontreinigd bedrijventerrein welke het hemelwater verontreinigt dat naar de omgevingssloten loopt, nog steeds niet gesaneerd. Gedeputeerde Staten heeft de Gebr. Van Aarle B.V. zelfs nog niet verplicht tot het uitvoeren van een saneringsonderzoek van zijn sterk verontreinigd en sterk uitlogend bedrijventerrein, inclusief omgevingssloten. Bij brief van 6 mei 1992, kenmerk 92.1446/km heeft het Waterschap de Dommel nogmaals kenbaar gemaakt dat op grond van weer andere analyseresultaten van de door hen genomen monsters kan worden vastgesteld dat er een verband aanwezig is tussen de verontreiniging van de bodem met zinkslakken en de verontreiniging van het oppervlaktewater ter plaatse en dat enkel het saneren van de met zinkslakken verontreinigde bodem ter plaatse van het bedrijf alsook de waterbodem van genoemde perceelssloot lozing van verontreinigd regenwater ter plaatse geheel kan voorkomen (Prod. 8).

  9. Heden, 2 jaar later, is betreffend sterk verontreinigd bedrijventerrein inclusief omgevingsloten nog steeds niet gesaneerd. Er heeft zelfs nog geen saneringsonderzoek plaatsgevonden. Uit het oriënterend onderzoek NB/505/008 van mei 1989 blijkt dat 2/3 deel van het bedrijventerrein van de Gebr. Van Aarle B.V. is verontreinigd met:

    • 700 mg/kg arseen (= 14 x C-waarde)
    • 11 mg/kg cadmium (= 2 x B-waarde)
    • 6300 mg/kg koper (= 12 x C-waarde)
    • 32.000 mg/kg zink (= 10 x C-waarde) en dat een groot gedeelte van het bedrijventerrein is verontreinigd met:
    • PAK's (tussen A en B-waarde)
    • Alkanen C8-C18 (tussen B en C-waarde) (Prod. 9)

  10. In bijgevoegd artikel "kosten saneren niet voor Budel" uit het Eindhovens Dagblad van 27 juli 1994 staat geschreven dat in Budel grond, welke onder de C-grens is vervuild al gesaneerd moet worden omdat volgens de Inspecteur van de Volksgezondheid die verontreinigingswaarde al ernstig genoeg is (prod. 10).

  11. Bij Gebr. Van Aarle B.V. is 3/4 van zijn bedrijventerrein 14 x de C-grens vervuild en heeft na 6 jaar nog geen sanering plaatsgevonden. Dit betekent dat de Provincie Noord Brabant toch wel erge grote willekeur toepast in hun saneringsbeleid. Uit vorenstaande is vast komen te staan dat het hemelwater welke via het sterk vervuilde bedrijventerrein afstroomt naar de omgevingssloten het oppervlaktewater in die sloten sterk verontreinigd. Bij uitspraak van 20 april 1994, no.G05.93.0306 in het geschil tussen J.D. Spaargaren te Aalsmeer + VHN en Hoogheemraadschap van Rijnland is vast komen te staan dat voor het gebruik van geïmpregneerd hout voor waterwerken een WVO-vergunning is vereist. Zie bijgevoegd persbericht d.d. 3 juni 1994 van Hoogheemraadschap van Rijnland.(Prod. 11)

Dit betekent dat de Gebr. Van Aarle voor het lozen van het hemelwater welke vanaf zijn sterk verontreinigd bedrijventerrein afstroomt naar de omgevingssloten ook over een WVO-vergunning moet beschikken. Daar de Gebr. van Aarle B.V. niet over een daarvoor vereiste WVO-vergunning beschikt en het Waterschap de Dommel hiervoor geen WVO-vergunning wil afgeven, betekent dat onmiddellijke sanering van het gehele bedrijventerrein inclusief omgevingssloten de enige oplossing is.

Uit vorenstaande is tevens vast komen te staan dat de vervuiling van het sterk verontreinigde bedrijventerrein een mix is van verontreinigde grond, puin en zinkslakken (sintels) welke zijn doordrenkt met allerlei impregneermiddelen en om die reden beschouwd moeten worden als gevaarlijk bedrijfsafval. Dit betekent dat de Gebr. Van Aarle B.V. de kosten voor het saneren voor de volle 100 % zelf zal moeten betalen

Nu is vast komen te staan:

  • dat Gedeputeerde Staten geen enkel rechtsgeldig verweer heeft op mijn verzoek om bestuursdwang d.d. 15 augustus 1992
  • dat het bedrijventerrein van de Gebr. Van Aarle B.V. 10 tot 14 maal de C-waarde is verontreinigd met arseen, koper en zink en dat verontreinigingen onder de C-waarde in Budel door dezelfde Provincie al als zodanig gevaarlijk worden aangemerkt dat ze gesaneerd moeten worden.
  • dat de Gebr. van Aarle B.V. voor het lozen van het hemelwater welke vanaf zijn sterk verontreinigd bedrijventerrein afstroomt naar de omgevingssloten moet beschikken over een WVO-vergunning. Dat de Gebr. Van Aarle B.V. niet over zo'n vereiste WVO-vergunning beschikt en zo'n vergunning ook nooit zal krijgen van het Waterschap de Dommel.
  • dat het sterk verontreinigde bedrijventerrein de omgevingssloten reeds heeft verontreinigd en nog steeds verder verontreinigd
  • dat het sterk verontreinigde bedrijventerrein een mix is van verontreinigde grond, puin en zinkslakken, welke zijn doordrenkt met allerlei impregneermiddelen en om die reden beschouwd moeten worden als gevaarlijk bedrijfsafval waarvoor de Gebr. Van Aarle B.V. voor de volle 100 procent de saneringskosten zal moeten betalen,

verzoek ik U de bestreden beschikking te vernietigen en met toepassing van een dwangsom per dag Gedeputeerde Staten van Noord Brabant te verplichten tot onmiddellijke sanering van het gehele bedrijventerrein inclusief omgevingssloten op kosten van de Gebr. Van Aarle B.V.

Omdat uit vorenstaande is vast komen te staan dat de Provincie Noord-Brabant in deze niet onafhankelijk is verzoek ik U de sanering en de daarbij behorende saneringsonderzoeken te laten plaatsvinden onder toezicht van óf het Landelijk Milieu Overleg, óf Stichting Natuur en Milieu, óf Stichting Nederland Gifvrij óf het SP-Milieu Alarm Team.

Ook verzoek ik U mij hierover in ieder geval te horen.


    Hoogachtend,

ing.A.M.L. van Rooij, veiligheids- en milieudeskundige Ing. A.M.L. van Rooij, Milieu- en Veiligheidskundige.

c.c.

  • A. Nigten, Landelijk Milieu Overleg, Donkerstraat 17, 3511 KB Utrecht.
  • J. Juffermans, Kleine Aarde, Postbus 151, 5280 AD Boxtel
  • R. Poppe, 2e Kamerlid Socialistiese Partij, Vijverhofstraat 65, 3032 SC Rotterdam.
  • R. Roovers, Statenlid Provincie Noord Brabant Socialistiese Partij, Hoge Ham 135 rood, 5104 JD Dongen.
  • Diverse niet nader te noemen personen, (milieu)organisaties en instanties.

    Bijlage:

Prod.1 : Mijn verzoek om toepassing van bestuursdwang en dwangsom d.d. 15 augustus 1992 (2 pagina's).
Prod.2 : Uitspraak d.d. 6 juni 1994 no. G05.93.0181/p01 van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (5 pagina's).
Prod.3 : Beschikking d.d. 5 juli 1994, kenmerk 275221 van Gedeputeerde Staten van Noord Brabant (1 pagina).
Prod.4 : Mijn verzoek om toepassing van bestuursdwang en dwangsom d.d. 4 augustus 1994 (5 pagina's).
Prod.5 : Artikel "Bewoners Sint Oedenrode tegen impregneerinstallatie houtzagerij" uit Eindhovens Dagblad van 1988 of 1989.
Prod.6 : Brief d.d. 4 oktober 1988 van de Gemeente Uden (2 pagina's).
Prod.7 : Brief d.d. 31 juli 1991, kenmerk 91.2627/KM van het Waterschap de Dommel (4 pagina's).
Prod.8 : Brief d.d. 6 mei 1992, kenmerk 92.1446/km van het Waterschap de Dommel (2 pagina's).
Prod.9 : Voorblad, bijlage VIII-b en bijlage I-c uit het ori&eunl;nterend onderzoekrapport NB/505/008 van mei 1989 (3 pagina's).
Prod.10: Artikel "Kosten saneren niet voor Budel" uit Eindhovens Dagblad van 27 juli 1994 (1 pagina).
Prod.11: Persbericht van Hoogheemraadschap van Rijnland d.d. 3 juni 1994 (2 pagina's).