5491 XD Sint Oedenrode Tel. 0413-490387 Fax. 0413-490386
Aantekenen.
Aan: Voorzitter van de Raad van State, afdeling bestuursrechtspraak, Dr. E.M.H. Hirsch Ballin, Postbus 20019, 2500 EA 's-Gravenhage.
OPEN BRIEF Sint Oedenrode, 7 november 2004. Tevens verstuurd per fax 070 - 3651380 op 7 november 2004. Ons kenmerk: Aar/07104/VV. Betreft:
Verzoek om het treffen van voorlopige voorziening resp. schorsing van het vanaf 19 augustus 2004 tot 30 september 2004 ter inzage gelegde besluit d.d. 10 augustus 2004 van burgemeester en wethouders van Sint Oedenrode aan de Gebr. van Aarle B.V., Ollandseweg 159 te Sint Oedenrode op basis van nieuwe feiten. Geachte voorzitter Hirsch Ballin, Namens J.M. van Rooij v/d Heijden, A.M.L. van Rooij en J.E.M. van Rooij-van Nunen, hierna te noemen: appellanten, verzoeken wij u om het treffen van voorlopige voorziening resp. schorsing van het besluit van 10 augustus 2004 van burgemeester en wethouders van Sint Oedenrode aan de Gebr. van Aarle B.V. op basis van nieuwe feiten: De bestaande feiten zijn. Bij uitspraak nummer: 200404907/1 van 22 juli 2004 heeft staatsraad mr. K. Brink, als voorzitter, het impregneren van hout met het bestrijdingsmiddel Tanalith E 3485 geschorst op grond van de volgende overwegingen (zie bijlage 1):
De Gebr. van Aarle B.V. trekt zich van deze bindende uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State niets aan en is in geschorste toestand gewoon begonnen met het impregneren van hout met het bestrijdingsmiddel Tanalith E 3485. Dit heeft de Gebr. van Aarle B.V. bij monde van directeur Erik van Aarle tegenover staatsraad mr. J.M. Boll ter zitting op 25 oktober 2004 in zaaknummer 200408002/2/M1 schriftelijk bevestigt. Als waardering daarvoor heeft staatsraad mr. J.M. Boll, als voorzitter, bij wijze van voorlopige voorziening hierover het volgende beslist (zie bijlage 2):
Hiermee is feitelijk komen vast te staan dat staatsraad mr. J.M. Boll, als voorzitter, in zijn uitspraak 200408002/2 de eerdere uitspraak hierover van staatsraad mr. K. Brink, als voorzitter, onderuit heeft gehaald zonder daarover ook maar enige nieuwe feitelijke informatie (in een vorm van een onderzoeksrapport) te hebben ontvangen. Deze uitspraak heeft de Gebr. van Aarle B.V. van staatsraad mr. J.M. Boll gekregen als beloning voor het overtreden van de uitspraak 200404907/1 van 22 juli 2004 van zijn collega mr. K. Brink. Het plegen van misdrijven wordt door staatsraad mr. J.M. Boll dus daadwerkelijk beloond. Opvallend daarbij was dat staatsraad mr. J.M. Boll in deze zaak tijdens de behandeling ter zitting op 25 oktober 2004 de rechtszaal heeft verlaten om een telefoontje te plegen. Dat een rechter (staatsraad) tijdens de hoorzitting de zaal verlaat om persoonlijk een telefoontje te plegen en later weer terugkomt om de behandeling ter zitting voort te zetten heb ik nog nooit eerder meegemaakt. Met bovengenoemde uitspraak van staatsraad mr. J.M. Boll heb ik feitelijk bewezen dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State niet onafhankelijk is maar zich laat beïnvloeden door een de landelijke politiek die het bedrijf Gebr. van Aarle B.V. al 16 jaar lang gebruiken als dekmantelbedrijf. Als feitelijke onderbouw daarvoor verwijs ik u naar de volgende webpagina bij de Sociale Databank Nederland (SDN) op internet: ed-nijpels-en-zijn-verzwegen-tweede-agenda.htm met al haar aan- en doorkliks. Ik verzoek u kennis te nemen van de inhoud en die inhoud hier als herhaald en ingelast te beschouwen. De in de hoorzitting van 25 oktober 2004 overlegde feitelijke bewijsstukken. Voor en tijdens de hoorzitting op 25 oktober 2004 heb ik aan staatsraad mr. J.M. Boll, als voorzitter, de feitelijke bewijsstukken overlegd waarin staat geschreven dat de staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (voor deze: het College voor de Toelating van Bestrijdingsmiddelen) bij besluit van 25 november 1993 de het door Hickson Garantor Nederland B.V. aangevraagde bestrijdingsmiddel Tanalith 3485 onder toelatingsnummer 11323 N heeft vrijgegeven met op het etiket de volgende genoemde chemische stoffen: (zie bijlage 3)
Als feitelijk bewijs daarvoor vindt u bijgevoegd het veiligheidsinformatieblad van Tanalith E 3485, toelatingsnummer 11323 N, van Arch Timber Protection B.V. (voorheen Hickson Garantor Nederland B.V.) (zie bijlage 3) Met in bijbehorend verslag chemisch onderzoek dd. 22 februari 1993 van scheikundige drs. H.R. Reus van de Keuringsdienst van Waren Groningen, dat onderdeel uitmaakt van het door het College voor de Toelating Bestrijdingsmiddelen voor eenieder (16 miljoen Nederlanders) geheim gehouden dossier, is feitelijke komen vast te staan dat het onder toelatingsnummer 11323 N vrijgegeven bestrijdingsmiddel Tanalith 3485 in werkelijkheid de volgende chemische stoffen bevat (zie bijlage 4).
Hiermee is feitelijk komen vast te staan dat de volgende chemische stoffen in de volgende hoeveelheden wel in het toegelaten bestrijdingsmiddel Tanalith E 3485, toelatingnummer 11323 N, aanwezig zijn maar niet op het etiket staan vermeld en daarmee voor eenieder (16 miljoen Nederlanders) opzettelijk worden verzwegen.
Tijdens de hoorzitting op 25 oktober 2004 heeft staatsraad mr. J.M. Boll duidelijk laten blijken dat hij dit geen enkel probleem vindt, hetgeen hij bij uitspraak 200408002/2 van 5 november 2004 schriftelijk heeft bevestigd. Nieuw feitelijk bewijsstuk niet eerder overlegd. Recent ben ik in het bezit gekomen van het volgende nieuwe bewijsstuk:
Ik verzoek u kennis te nemen van de inhoud en die inhoud hier als herhaald en ingelast te beschouwen. In betreffend etiketteringsadvies d.d. 14 september 1993 heeft toxicoloog drs. J. Mook namens de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan het College voor de Toelating van Bestrijdingsmiddelen hierover letterlijk het volgende geschreven:
Met dit etiketteringsadvies heeft toxicoloog drs. J. Mook, namens de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het College voor de Toelating van Bestrijdingsmiddelen bij brief van 14 september 1993 feitelijk helder kenbaar gemaakt dat op grond van de Algemene Preparatenrichtlijn de aanwezigheid van 549,1 g/l monoethanolamine in het bestrijdingsmiddel Tanalith 3485 E op het etiket had moeten worden vermeld. Ook staat daarin vermeld dat de vluchtige monoethanolamine dampen blijvende gezondheidsschade aan ademhaling, huid en ogen veroorzaakt en dat inademing en aanraking met de ogen en huid moet worden voorkomen. Daarop zijn volgende risico-zinnen (R-zinnen) en veiligheids-zinnen (S-zinnen) van toepassing:
Bovengenoemde risico-zinnen en veiligheids-zinnen zijn met name het gevolg van de aanwezigheid van de chemische stof monoethanolamine in een concentratie van 41,6% (549,1 g/l) in het bestrijdingsmiddel Tanalith E 3485. In overeenstemming met bijbehorend etiketteringsadvies van 14 september 1993 van toxicoloog drs. J. Mook, gegeven namens de minister van SZW, had op de toelatingsbeschikking van 25 november 1993 (toelatingsnummer 11323 N) de aanwezigheid van 549,1 g/l monoethanolamine moeten zijn vermeldt. Nu dat niet is gebeurd en betreffende etiketteringadvies d.d. 14 september 1993 (zie bijlage 5) onderdeel uitmaakt van het voor eenieder (16 miljoen Nederlanders) geheim gehouden dossier waarop het bestrijdingsmiddel Tanalith 3485 bij besluit van 25 november 1993 (zie bijlage 6) onder nummer 11383 N is toegelaten, betekent dat ik hiermee het vanaf 25 november 1993 samenspannend handelen van een grote criminele organisatie feitelijk volledig heb blootgelegd. Het tijdens de hoorzitting van 25 oktober 2004 weglopen van behandelend staatsraad mr. J.M. Boll in deze zaak, om persoonlijk een telefoontje te gaan plegen is voor mij daarmee erg bedenkelijk geworden. Dit mede in het licht van de vele voor mij onbegrijpelijke uitspraken van staatsraad mr. J.M. Boll in het verleden met betrekking tot houtimpregneerbedrijf Gebr. van Aarle B.V. toen dat bedrijf nog met het arseenhoudende superwolmanzout-Co van dezelfde Hickson Garantor Nederland B.V. (Thans: Arch Timber Protection B.V.) zo'n 5000 m3 hout per jaar impregneerde. Daarmee heeft het bedrijf Gebr. van Aarle B.V. in het totaal maar liefst zo'n 56.500 kg arseen en zo'n 79.000 kg chroom VI, zijnde zwarte lijststoffen, op een ongecontroleerde wijze in Sint Oedenrode en omgeving in het milieu gedumpt. Dit met de wetenschap dat betreffend superwolmanzout-Co is samengesteld uit hoogproblematisch afval van Billiton/Shell en betreffende zwarte lijststoffen, vanwege hun milieugevaarlijke eigenschappen als carcinogeniteit, mutageniteit en bioaccumulatie - die een ernstig risico inhouden - al vanaf 1986 in Internationaal verband met de best bestaande techniek uit het milieu hadden moeten worden geweerd. Het is dus diezelfde samenspannende criminele organisatie die Billiton/Shell via de dekmantelbedrijven als de Gebr. van Aarle B.V. - met misbruik van miljarden euro's aan overheidssubsidie - onder de dekmantels van komokeur, ecologisch, milieuvriendelijk, duurzaam, bescherming van de tropische regenwouden e.d. geheel Nederland heeft vergiftigd met maar liefst zo'n 13 miljoen kilogram arseen en 30 miljoen kilogram chroom VI. Dit alles om daarmee Billiton/Shell met grote winsten van haar hoogproblematisch afval af te helpen, terwijl dat wettelijk tegen zeer hoge kosten eeuwig veilig had moeten worden opgeslagen. Voor de feitelijke onderbouw verwijs ik u naar het artikel "Aan die 13 miljoen kilo arsenicum en die 30 miljoen kilo chroom VI kan het niet gelegen hebben" d.d. 19 januari 2004 van de bekende journalist Pamela Hemelrijk bij Polie op internet adres: http://www.biomassa.polie.nl/Pamela_Hemelrijk/pamela_hemelrijk_ad_van_rooij.htm met bijbehorende doorkliks. Ik verzoek u kennis te nemen van de inhoud en die inhoud hier als herhaald en ingelast te beschouwen. Hiermee is feitelijk komen vast te staan dat deze zware georganiseerde misdaad, die het bedrijf Gebr. van Aarle B.V. al 16 jaar lang gebruiken als dekmantelbedrijf, met misbruik van miljarden euro's aan overheidssubsidie, geheel Nederland heeft vergiftigd met als gevolg dat miljoenen Nederlanders daarvan ernstig ziek zullen worden totdat, na een lange lijdensweg de (kanker)dood erop volgt. Dit alles met maar een doel te weten: "Billiton/Shell e.a. moeten hun hoogproblematisch gevaarlijk afval via Hickson Garantor Nederland B.V. (thans: Arch Timber Protection B.V.), dat wettelijk tegen zeer hoge kosten eeuwig had moeten worden opgeslagen, via dekmantelbedrijven als de Gebr. van Aarle B.V. duur kunnen verkopen om de aandeelhouders van Shell/ Billiton daarmee onrechtmatig met miljarden euro's te verrijken." Het is deze zware georganiseerde misdaad die het bedrijf Gebr. van Aarle B.V. al 16 jaar lang gebruiken als dekmantelbedrijf en die door de Raad van State al 16 jaar lang wordt geholpen. Hoever heeft bovengenoemde georganiseerde misdaad zich geïnfiltreerd. Hoever bovengenoemde georganiseerde misdaad zich heeft weten te infiltreren kunt u lezen in mijn bij brief van 29 maart 2004 ingediende bedenkingen tegen onderliggend ontwerpbesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Sint Oedenrode (zie: www.sdnl.nl/ekc-bw66.htm) Daarin staat hierover letterlijk het volgende geschreven: Het openbaar Ministerie in Den Bosch staat zelf aan het hoofd van deze samenspannende criminele organisatie die het bedrijf Gebr. van Aarle B.V. al die jaren hebben gebruikt als dekmantelbedrijf. Als feitelijk bewijs daarvoor vindt u bijgevoegd het verslag van een geheime bespreking, gehouden op 18 augustus 1992, op het parket te 's-Hertogenbosch onder voorzitterschap van de officier van justitie mr. G. Bos. In betreffend verslag staat letterlijk het volgende geschreven (zie productie 30)
Betreffend overleg heeft de officier van justitie mr. G. Bos in het geheim georganiseerd zonder mij (A.M.L. van Rooij) hierover te hebben geïnformeerd en zonder mij in de gelegenheid te hebben gesteld mijn weerwoord daarop te
geven. In die bespreking zijn diverse afspraken gemaakt waaronder de volgende: Deze actie heeft de officier van justitie mr. G. Bos toentertijd ondernomen in samenspanning met bovengenoemde personen. Bijgevoegd vindt u verder het artikel "Burgemeester schakelt vertrouwensarts in" uit het Eindhovens Dagblad van 1 september 1992 (zie productie 31). Ik verzoek u kennis te nemen van de inhoud en die inhoud hier als herhaald en ingelast te beschouwen. Met die inhoud is vast komen te staan dat burgemeester P. Schriek (CDA) vertrouwensarts Henk Jans persoonlijk goed kende van zijn voorzitterschap van de GGD in Breda. Bijgevoegd vindt u verder de brief van 3 september 1992, nummer: Dir/MvB/SW/u92-4662, van M.A.J.M. van Bakel, arts directeur GGD Stadsgewest Breda, de baas van Henk Jans (zie productie 32). Ik verzoek u kennis te nemen van de inhoud en die inhoud hier als herhaald en ingelast te beschouwen. In die brief schrijft de heer van Bakel letterlijk het volgende: "De heer Jans heeft geheel op eigen verantwoording, dus niet als functionaris van de GGD Stadsgewest Breda deze actie ondernomen". Hiermee is feitelijk vast komen te staan dat op initiatief van justitie (mr. G. Bos) op verzoek van het ministerie van VROM (dr. H.A.M.A. de vries) burgemeester P. Schriek (CDA) van Sint Oedenrode met misbruik van de naam "GGD" zijn vriend Henk Jans als vertrouwensarts op mij heeft afgestuurd. Dit alles onder verantwoordelijkheid van de toentertijd aanwezige hoofdofficier van justitie mr. C.R.L.R.M. Ficq. Bovengenoemde samenspannende actie in het geheim georganiseerd en gecoördineerd door de officier van justitie mr. G. Bos, zonder mij daarover te hebben geïnformeerd of te hebben betrokken, kwam bij mij zeer bedreigend over. Toen ik via via in november 1993 voor het eerst aan betreffend geheim verslag van 18 augustus 1992 ben gekomen, heb ik daarover op 28 november 1993 een brief gestuurd aan deze officier van justitie mr. G. Bos met daarin een 8-tal vragen (zie productie 33). Ik verzoek u kennis te nemen van de inhoud en die inhoud hier als herhaald en ingelast te beschouwen. Een vaststaand feit is dat mr. G. Bos tot op heden, al ruim 10 jaar, weigert inhoudelijk te reageren op deze brief ondanks mijn vele verzoeken daarom. Toen ik op vrijdagavond 21 augustus 1992 omstreeks 20.30 uur hierover, zonder enige vooraankondiging, telefonisch voor het eerst werd benaderd door Henk Jans en de heer Jans mij vertelde dat hij vertrouwensarts was, en in opdracht van burgemeester P. Schriek mij onder vier ogen wilde spreken, schrok ik enorm. Toen hij vervolgens zei dat hij bevoegd is tot het inzien van mijn medisch dossier bij mijn huisarts schrok ik nog meer. Naar aanleiding van dat telefoongesprek heb ik dan ook prompt hierover op 25 augustus 1992 een brief gestuurd aan Henk Jans, medisch milieukundig arts, bij de GGD Noord Brabant/Zeeland. Bijgevoegd vindt u dan ook mijn brief van 25 augustus 1992 aan H.W.A. Jans, arts medisch milieukundige Noord Brabant/Zeeland, GGD Stadsgewest Breda (zie productie 34) Ik verzoek u kennis te nemen van de inhoud en die inhoud hier als herhaald en ingelast te beschouwen. Een vaststaand feit is dat ook H.W.A. Jans tot op heden, na ruim 11 jaar, nog steeds niet heeft gereageerd op deze brief ondanks mijn vele verzoeken daarom. Bijgevoegd vindt u verder blz. 1 en 2 uit het rapport "Monitoring of water vapour mist emissions from HIFIX treated timber" rapport nummer 92/HIFIX 2, van dr. D.A. Lewis van Hickson Garantor (zie productie 35). Ik verzoek u kennis te nemen van die inhoud en die inhoud hier als herhaald en ingelast te beschouwen. Uit die inhoud kunt u opmaken dat Hickson Garantor, de leverancier van het bestrijdingsmiddel Superwolmanzout-Co, tezamen met dezelfde GGD-arts Henk Jans achter hun bureau een rapport hebben geschreven dat vanuit het bedrijf Gebr. van Aarle B.V. via de lucht geen arseen en chroom VI wordt geëmitteerd naar buiten de inrichting. Dit rapport heeft ertoe geleid dat tot op heden ter plaatse bij het houtimpregneerbedrijf Gebr. van Aarle B.V. nog nooit emissiemetingen van arseen en chroom VI (zwarte lijststoffen) lozingen naar de lucht zijn verricht. Bijgevoegd vindt u verder het voorblad en bijlage 8 uit het eindrapport "Verkenning van preventietechnieken voor specifieke luchtemissies inzake Weurt" van BECO Milieumanagement & Advies B.V. d.d. juni 1997" (zie productie 36). Ik verzoek u kennis te nemen van de inhoud en die inhoud hier als herhaald en ingelast te beschouwen. Uit die inhoud kunt u opmaken dat onderzoek bij houtimpregneerbedrijf Hickson Garantor B.V. te Nijmegen, waarvan de Gebr. van Aarle B.V. het bestrijdingsmiddel Superwolmanzout-Co betrekt, en die met hetzelfde HIFIX proces werkt, er wel degelijk flinke emissies van de zwarte lijststoffen arseen en chroom VI naar de lucht plaatsvinden. Met vorenstaande gegevens heb ik feitelijk bewezen dat houtimpregneerbedrijf Gebr. van Aarle B.V. te Sint Oedenrode door de hierboven criminele organisatie al ruim tien jaar lang wordt gebruikt als dekmantelbedrijf. In die tien jaar tijd heeft de Gebr. van Aarle B.V. in het totaal zo'n 56.500 kg. arseen (arseenzuur) en 79.000 kg. chroom VI (chroomtrioxide), zijnde zwarte lijststoffen, op de in mijn aangifte van 1 oktober 1995 vermelde wijze in water, bodem en lucht kunnen dumpen. De Gebr. van Aarle B.V. overtreedt hiermee dan ook zeer nadrukkelijk al ruim tien jaar lang artikel 173a van het Wetboek van Strafrecht waarvoor een gevangenisstraf van 12-15 jaar staat of een geldboete van de vijfde categorie. Met vorenstaande gegevens heb ik tevens feitelijk bewezen dat de officier van justitie mr. G. Bos mede aan het hoofd staat van bovengenoemde criminele organisatie die houtimpregneerbedrijf Gebr. van Aarle B.V., gebruiken als dekmantelbedrijf. Deze mr. G. Bos heeft als zodanig moeten handelen in opdracht van de hoofdofficier van justitie mr. Ficq. Als feitelijk bewijs daarvoor vindt u bijgevoegd de brief van 21 juni 1993, kenmerk A-22-89 FB/am van criminoloog prof dr. F. Bovenkerk aan de hoofdofficier van justitie mr. Ficq van het arrondisementsparket 's-Hertogenbosch. Daarin schrijft criminoloog prof. Bovenkerk letterlijk het volgende (zie productie 37):
Op deze brief d.d. 21 juni 2003 van criminoloog prof dr. F. Bovenkerk heeft mr. Ficq nooit gereageerd. Opmerkelijk daarbij is dat mr. C.R.L.R.M. Ficq kort daarna een bliksemcarrière naar boven heeft gemaakt. Mr. Ficq was na het vertrek van Dostors van Leeuwen waarnemend voorzitter van het College van Procureurs Generaal, het hoogste orgaan binnen het openbaar ministerie. Hij had als Procureur Generaal de bestrijding van de zware georganiseerde milieucriminaliteit in zijn portefeuille. In werkelijkheid heeft hij de uitbreiding daarvan geholpen. Hij vervulde deze functie tot aan de benoeming begin 1999 van mr. J. de Wijkerslooth de Weerdesteyn als voorzitter (zie productie 38). Voor zijn jarenlange hulp aan de hierboven beschreven georganiseerde milieucriminaliteit ontving mr. Ficq op voordracht van de minister van justitie B. Korthals op 13 november 1999 de hoge onderscheiding van officier in de Orde van Oranje Nassau. Als waardering voor dit alles werd hem een functie als raadsheer bij het gerechtshof 's-Hertogenbosch aangeboden waar hij vanaf januari 2000 werkzaam is. Ook vanuit deze positie draagt hij zijn invloed uit, waardoor de zware georganiseerde misdaad rondom dekmantelbedrijf Gebr. van Aarle B.V. ongelimiteerd kan blijven doorgaan. Diverse brieven over deze zware georganiseerde misdaad aan de huidige voorzitter mr. J. de Wijkerslooth de Weerdesteyn van het College van Procureurs Generaal blijven structureel onbeantwoord. Daarmee is voor ondergetekende duidelijk geworden dat ook mr. J. de Wijkerslooth de Weerdesteyn de hulp aan deze zware georganiseerde milieucriminaliteit rondom o.a. dekmantelbedrijf Gebr. van Aarle B.V., die zijn voorganger mr. Ficq in gang heeft gezet, blijft voortzetten.
Met behulp van stoomfixatie met stoom van 110 ºC wordt het met Tanalith E 3485 geïmpregneerde hout door de Gebr. van Aarle B.V. tot een temperatuur van ca 60 ºC verhit, waarmee betreffend monoethanolamine nog veel vluchtiger wordt. Vanwege de hoge temperatuur van het hout, het grote dampende oppervlak van de grote stapels vers geïmpregneerd hout en de dagelijkse verversing ervan zal op het bedrijventerrein van de Gebr van Aarle B.V. 24 uur per dag uitdamping van het vluchtige levensgevaarlijke monoethanolamine plaatsvinden. Dit met de wetenschap dat betreffende damp niet mag worden ingeademd, het ernstige oogletsel kan veroorzaken en na aanraking met de huid er onmiddellijk van moet worden afgewassen. Dit met de wetenschap dat op hetzelfde bedrijventerrein detailhandel plaatsvindt en daarmee mogelijk honderden niet voorgelichte bezoekers per dag worden blootgesteld aan deze giftige dampen. Dit met de wetenschap dat pal naast betreffend bedrijventerrein van de Gebr. van Aarle B.V. een druk fietspad loopt en al de voorbijgaande fietsers worden blootgesteld aan deze giftige dampen. Dit met de wetenschap dat binnen een straal van 100 meter van het bedrijf van de Gebr. van Aarle B.V. zo'n 14 -tal woningen van derden zijn gelegen en al die omwonenden, waaronder appellanten, dag in dag uit aan deze giftige dampen zullen worden blootgesteld. Dit met de wetenschap dat alle werknemers van de Gebr. van Aarle B.V. dag in dag uit aan deze giftige dampen zullen worden blootgesteld en daarmee de Arbeidsomstandighedenwet wordt overtreden. Op grond van deze nieuwe feiten bent u (dr. E.M.H. Hirsch Ballin) als voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, middels het nemen van een nieuwe beslissing, wettelijk verplicht om het impregneren van hout met het bestrijdingsmiddel Tanalith E 3485 door de Gebr. van Aarle B.V. onmiddellijk te schorsen. Gaat u ondanks deze nieuwe feiten niet over tot onmiddellijke schorsing van het in geding zijnde besluit van 10 augustus 2004 van burgemeester en wethouders van de gemeente Sint Oedenrode dan heeft u mij daarmee het feitelijke bewijs in handen gegeven dat u (dr. E.M.H. Hirsch Ballin) persoonlijk aan het hoofd staat van deze gigantische grote criminele organisatie die het bedrijf Gebr. van Aarle B.V. al 16 jaar lang gebruiken als dekmantelbedrijf. Dit met als opdracht om met misbruik van miljarden euro's aan overheidssubsidie iedereen te vergiftigen om daarmee miljarden euro's aan onrechtmatige winsten voor de aandeelhouders van de petrochemische industrie en metaalindustrie, als Billiton en Shell, gerealiseerd te krijgen. Wij richten aan u het nadrukkelijke verzoek om op grond van deze nieuwe feiten:
Om te voorkomen dat deze enorme grote criminele organisatie, die omwille van miljardenwinsten, miljoenen Nederlanders aan het vergiftigen is, de doofpot in gaat heb ik dit verzoekschrift laten plaatsen bij de Sociale Databank Nederland (SDN) op internetadres: www.sdnl.nl/ekc-rs139.htm. Uw besluit hierop zal eveneens bij de SDN op internet worden geplaatst. Expliciet maken wij u kenbaar dat de griffierechten ten laste van de rekening-courant nummer 705-151R gebracht moeten worden. Wij verzoeken u ondergetekende hierover in ieder geval te horen rekening houdend met de bij brief van 30 oktober 2004, kenmerk: AvR/30104/br, aan de secretaris van de Raad van State opgegeven verhinderdata (zie bijlage 7). De volmacht van appellanten vindt u bijgevoegd (zie bijlage 8). Bijgevoegd vindt u verder:
Hoogachtend,
Ecologisch Kennis Centrum BV
Ing. A.M.L. van Rooij, C.c.
|
Columns
SDN-rubrieken
Milieu-onderwerpen
Nuloptie van Edelchemie
Ecologisch Kennis Centrum
Raad van State verbiedt shredderen afvalhout
Falende handhaving van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
Zienswijze over milieueffecten van Groene stroom aan GS Limburg
Falende handhaving van de raad van de Gemeente Son en Breugel
Nuon Power Buggenum werkt zonder Wvo-vergunning, verzoek tot schorsing RvS
Voorz. van de Raad van State, Mr. van Dijk krijgt verantwoordelijkheid op z'n bord
Verzoek de jacht te openen op een van de grootste Brabantse vervuilers: Gebr. van Aarle BV
Staatsraad Boll klapte ooit uit de school met: Mijnheer van Rooij u kunt wel doorgaan met
procederen tegen houtimpregneerbedrijf gebr. van Aarle B.V., maar u wint dat nooit. Ik raad
u aan om hierover in overleg te treden met de commissaris van de koningin mr. F.J.M. Houben.
Stichting Sociale Databank Nederland
E-mailadres: sdn@planet.nl
http://www.sdnl.nl/ekc/ekc-rs139.htm
Westkade 227, 1273 RJ Huizen (NH)
Tel.: (31)-35-5244141