Juli 1999 Door Simon van Putten Brussel - Het Europees Parlement vindt dat in de gemeenschapswetgeving absolute voorrang moet worden gegeven aan preventieve bescherming van de gezondheid. Het veroordeelt in een resolutie, die op 22 juli werd goedgekeurd, de houding van de Belgische regering bij de aanpak van de dioxinecrisis; ze is verscheidene van haar verrichtingen jegens de EU en de andere lidstaten niet nagekomen. In de Unie bestaat nog geen levensmiddelenwetgeving. Het merendeel van de regelgeving heeft de vorm van een richtlijn; omzetting daarvan in de wetgeving van de lidstaten kan leiden tot ernstige verstoring in het vrije verkeer van goederen. Maar hierdoor wordt niet altijd het belang van de consument gediend. Het voortdurend streven naar versterking van de concurrentiepositie leidt tot kostenverlaging en daardoor mogelijk tot gevaarlijke praktijken, aldus het EP. Het parlement dringt nogmaals aan op een totaalverbod op dierlijk meel in veevoeders. De Europese Commissie wordt voorstellen gevraagd die het recyclen in diervoeders beperken tot grondstoffen en procedures die veilig zijn voor de consument. In september zal een tijdelijke commissie worden ingesteld om een onderzoek te doen naar de bestaande lacunes in de levensmiddelenwetgeving.
De Finse landbouwminister Kalevi Hemila stelde vast dat de dioxinecrisis de geloofwaardigheid van het productiesysteem heeft ondermijnd. De consument verwacht terecht een snelle en efficiënte actie om de stabiliteit op de levensmiddelenmarkt te herstellen, aldus Hemila. Overigens wees de minister er op dat de veterinaire wetgeving van de EU al tot de strengste ter wereld behoort. Voor derde landen levert dat zelfs irritatie op. In het debat werd herinnerd aan een uitlating van Commissievoorzitter Prodi, die een onafhankelijk agentschap in het leven wil roepen voor geneesmiddelen en voedsel. Dit druist evenwel in tegen de wens van velen in het parlement die een instantie wensen die onder de Commissie valt, maar verantwoording schuldig is aan het parlement. Rijk van Dam, vertegenwoordiger van de kleine christelijke partijen, ziet niet veel in de gewoonte om na iedere crisis weer een nieuw bureau in het leven te roepen. Met meer bureaucratie krijg je geen veiliger voedsel. Jan Mulder (liberale fractie) drong er op aan zo snel mogelijk initiatieven te ontwikkelen voor een Europees voedselbeleid. Het zou mooi zijn als de EU, als grootste handelsblok, voedselkwaliteit aan de consument garandeert, Maar dat houdt wel in dat van producenten van buiten de EU dezelfde garantie kan worden gevraagd. Albert Jan Maat (christen-democratische fractie) meent dat het nationale strafrecht in staat moet zijn tot een snelle aanpak van wetsovertreders. De Belgische boeren zijn de dupe geworden van een soort natuurramp, aldus Maat. Hier ligt een taak voor de EU. Commissaris Fischler liet evenwel weten dat er van EU-hulpverlening aan de Belgische boeren geen sprake kan zijn aangezien er geen rechtsbasis is. Het mengen van veevoer met stoffen die een hoog dioxinegehalte hebben, is geen zaak die ligt op het terrein van dierziekte maar is een misdadige activiteit, aldus Fischler. Alleen in geval van dierziekte kan steun worden verleend. De Commissie is al wel akkoord gegaan met acht nationale steunmaatregelen. Simon van Putten
|
SDN-rubrieken
Milieu-onderwerpen
Nuloptie van Edelchemie
Ecologisch Kennis Centrum
Raad van State verbiedt shredderen afvalhout
Falende handhaving van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
Zienswijze over milieueffecten van Groene stroom aan GS Limburg
Falende handhaving van de raad van de Gemeente Son en Breugel
Nuon Power Buggenum werkt zonder Wvo-vergunning, verzoek tot schorsing RvS
Voorz. van de Raad van State, Mr. van Dijk krijgt verantwoordelijkheid op z'n bord
Verzoek de jacht te openen op een van de grootste Brabantse vervuilers: Gebr. van Aarle BV
Staatsraad Boll klapte ooit uit de school met: Mijnheer van Rooij u kunt wel doorgaan met
procederen tegen houtimpregneerbedrijf gebr. van Aarle B.V., maar u wint dat nooit. Ik raad
u aan om hierover in overleg te treden met de commissaris van de koningin mr. F.J.M. Houben.