Voorwoord van de Bellamy Stichting in Nederland


Homepage Grondvest . . . . . SDN homepage . . . . Homepage Bellamy

BELLAMY STICHTING 

Rechtspersoon erkend door goedkeuring van de statuten bij Koninklijk Besluit 060866 nr. 150
Voorzitter is: W. Sweers, Gasthuislaan 22, 6883 JD Velp Tel. 026-3610689.
Penningmeester: W. Wolbrink sr., Old Ruitenborgh 68, 7556 NH, Hengelo, 074-2913554.

Girorekening 21005 ten name van de Bellamy Stichting, te Hengelo (O).
Ingeschreven bij de Kamer van Koophandel Veluwe en Twente nr. 40412623.
Postbanknummer: 21005 op naam van penningmeester van de Bellamy Stichting.

EEN NIEUWE MAATSCHAPPIJ

VERANTWOORDING     HOE SNEL DE WERELD VOORUIT GAAT.

LEVENSBESCHRIJVING    IN HET JAAR 2000    ECONOMISCHE GELIJKHEID    LINKS


HOOFDSTUK XX
(blz. 115 - 118)

 

Dienmiddag vroeg Edith mij terloops, of ik de onderaardsche kamer reeds bezocht had,waarin ik gevonden was.
~   "Nog niet," antwoorddeik; "oprecht gesproken ben ik er tot dusver voor teruggedeinsd, uit vrees, dathet bezoek oude herinneringen zou opwekken, nog te sterk voor mijn zenuwen.
~   "O, ja!" sprak zij, "ikkan mij begrijpen, dat het beter was er nog niet heen te gaan. Ik had dat moetenbedenken."
~   "Neen," hernam ik, "ikben blijde, dat u er over spreekt. Het gevaar, als er ooit sprake van geweestis, heeft alleen maar de eerste paar dagen geduurd. Hoofdzakelijk door u, sta iknu zoo vast op deze nieuwe aarde, dat, als u mede wilt gaan om de spoken teverjagen, ik wezenlijk heel graag vanmiddag de kamer eens zou gaan zien."
Edith aarzelde een oogenblik, maar toen zij zag, dat ik het meende, stemde zijtoe. De aarden wal, die opgeworpen was door de uitgraving, was zichtbaar door deboomen en enkele schreden brachten ons op de plek. Alles was gebleven in denvroegeren toestand toen het werk afgebroken werd na de ontdekking van hetbovenste deel van het vertrek, behalve dat de deur opengemaakt was en het dakweer hersteld. Wij gingen binnen en bevonden ons in het half verlichte vertrek.Alles was precies, zooals ik het voor het laatst had aanschouwd op dien avondhonderd en dertien jaar geleden, eer ik mijn oogen ging sluiten voor den langenslaap. Een tijdlang stond ik zwijgend te staren. Ik zag, dat mijn gezellin mijvan terzijde aankeek met een blik, angstig, doch vol vriendelijkebelangstelling. Ik stak mijn hand naar haar uit en zij legde haar hand in demijne, en met een zachten, geruststellenden druk beantwoordden haar vingers mijngreep. Eindelijk fluisterde zij: "Zullen wij maar niet liever heengaan? U moetniet te veel vergen van u zelf. Vindt u het niet ver­schrikkelijk vreemd?"
~   "Integendeel," zeide ik;"het schijnt mij niets vreemd, en dat verbaast mij het meest.9
~   "Niet vreemd?" herhaaldezij.
~   "Neen, volstrekt niet. Deaandoening, die gij denkt, dat ik gevoel en die ik verwachtte, gevoel ikeenvoudig niet. Ik weet alles wat deze omgeving beduidt, maar zonder deopwinding die Ik vreesde. En dat kan u niet zoo erg verwonderen als het mijdoet. Van dien vreeselijken ochtend af, toen u mij te hulp kwaamt, heb ikgetracht alle gedachten aan mijn vorig leven te vermijden, zooals ik vermedenheb hier te komen, uit angst voor alle storende invloeden. Ik ben als een mandie een gewond lichaamsdeel bewegingloos heeft gehouden, denkende, dat hetbuitengewoon gevoelig was, en die het verlamd vindt als hij het weerbewegen wil."
~    "Meent U, dat uwgeheugen weg is?"
~   "Geenszins. Ik herinnermij alles wat tot mijn vorig leven behoort, maar met een totale afwezigheid vanaandoening. Zóó helder herinner ik het mij, alsof er geen dag tusschen is,maar de gewaarwordingen van hetgeen ik mij herinner, zijn zoo flauw alsof, inmijn bewustzijn zoowel als in de werkelijkheid, honderd jaren waren verloopen.En dit is wel verklaarbaar ook. De uit­werking van een nieuwe omgeving isgelijk aan die van ver­vlogen tijd, het verleden schijnt een eindweegs achterons te liggen. Toen ik uit mijn verdooving ontwaakte scheen mijn vroeger bestaanmij als gisteren, maar nu, sedert ik mijn nieuwe omgeving heb leeren kennen, ende geweldige veranderingen heb vernomen, die de wereld een nieuw aanzien hebbengegeven, is het mij niet langer moeilijk, en zelfs zeer gemakkelijk, te be­grijpendat ik een eeuw geslapen heb. Kunt gij u zoo iets voor­stellen, in vier dagenhonderd jaar te doorleven? Ik meen werke­Iijk, dat ik dat gedaan heb, en dit ishet, wat aan mijn vorig leven zulk een verwijderd en fantastisch voorkomengeeft. Hebt u er idee van, hoe dat mogelijk is?"
~   "Ik meen van wel,"antwoordde Edith peinzend, "en ik geloof, dat wij daar allen dankbaar voormoeten wezen, want het zal u veel lijden besparen."
~   "Verbeeld u," ging ikvoort met mijn pogingen om te ver­klaren, aan haar zoowel als aan mijzelf, devreemdheid van mijn zielstoestand; "verbeeld u, dat iemand eerst hoorde van eenverlies, zeer vele jaren, een half leven bijvoorbeeld, nadat het was geleden. Ikstel mij voor, dat zijn gevoel overeen zou komen met het mijne. Als ik denk aanmijn familie en vrienden in de wereld van toen, en aan het verdriet, dat zijover mij moeten gehad hebben, is het met een peinzend medelijden. meerdan met pijnlijke droefheid, en als van een smart, lang, lang geledengenezen."
~   "Gij hebt ons nog nietsvan uw vrienden gezegd,"zeide Edith; "zullen er veel om u getreurd hebben?"
~  "Ik had maar weinigbloedverwanten, en geen nadere dan neven en nichten. Maar een was geen familie,maar mij dierbaarder dan maag of vriend. Zij heette zooals u. Ik zou toen gauwmet haar getrouwd zijn. Helaas!"
~   "Helaas!" zuchtte Edithaan mijn zijde. "Wat zal zij wan­hopig zijn geweest!"
In het diepe gevoel van dit beminnelijke meisje was iets, dat een snaar deedtrillen in mijn zwijgend hart. Mijn oogen vulden zich met tranen, die de eerstenwaren, die ik schreide. Toen ik mijn kalmte herkregen had, zag ik, dat ook Edithin stilte had geweend.
~   "God beware uw teederhart," zeide ik. "Zoudt gij haar portret willen zien?"
Een klein medaillon met het portret van Edith Bartlett, vast­gemaakt aan eengouden ketting, dien ik om den hals droeg, had op mijn borst gerust gedurendedien langen slaap; ik opende het medaillon en gaf het aan mijn gezellin. Zij namhet snel aan, en na lang het lieve gelaat te hebben beschouwd, drukte zij harelippen op het portret.
~   "Ik weet dat zij goed enbeminnelijk was om uw tranen waard te zijn," zeide zij, "maar bedenk, dat zijsedert lang over­leden is."
Ik voelde, dat zij gelijk had. Hoe groot haar verdriet geweest ware, zij hadvoor bijna een eeuw opgehouden met schreien, en na mijn plotselinge enkortstondige opwelling van smart, droogden ook bij mij de tranen. Ik had haarinnig liefgehad in mijn ander leven, maar dat was honderd jaar geleden!Misschien vinden sommigen in deze bekentenis een groot gebrek aan gevoel, maarniemand kan uit ervaring spreken om mij te beoor­deelen. Toen wij op het puntstonden de kamer te verlaten, trof mijn oog de groote ijzeren kast in een hoek.Ik wees Edith er op en zeide:
~   "Dit was zoowel mijnbrandkamer als mijn slaapkamer. In die kast zijn duizenden dollars aan goud eneen groot bedrag aan geldswaardige papieren. Als ik geweten had, toen ik naarbed ging, dat mijn slaap zoo lang zou duren, zou ik toch gedacht hebben, dat hetgoud een middel van bestaan zou opleveren in elk land en in elke eeuw. Dat erooit een tijd zou komen waar­in het zijn koopkracht zou verliezen, zou ikbeschouwd hebben als de onmogelijkste verbeelding. Niettemin word ik nu wakkerbij menschen, die geen enkel brood zouden willen geven voor een kar vol goud."
Zooals te verwachten was, slaagde ik er niet in Edith te overtuigen, dat in dezeomstandigheid iets merkwaardigs was.
~   "Waarom zouden zij ook?"was haar eenige vraag.

Overzicht van informatie bij de Bellamy Stichting

    Statuten van de Bellamy Stichting
    Uittreksel uit het boek van Edward Bellamy
    Een nieuw democratisch bestel n.a.v. het vastlopen van de democratie
    Christmas in the Year 2000
    Henry George, 1839-1897, De profeet van San Francisco
    Lijst van te ondersteunen zaken/onderwerpen, vanaf 08 januari 2006
    Table of contents in English
    The blindmans world (1886)
    To whom this may come (1888)
    With the eyes shut ! (1889)
    De workshops van Stichting Grondvest, Stichting SDN en Bellamy Stichting op het NSF

    Rubrieken bij SDN
    Hoofdstukken overzicht
    Homepage Bellamy Stichting