Voorwoord van de Bellamy Stichting in Nederland


Homepage Grondvest . . . . . SDN homepage . . . . Homepage Bellamy

BELLAMY STICHTING 

Rechtspersoon erkend door goedkeuring van de statuten bij Koninklijk Besluit 060866 nr. 150
Voorzitter is: W. Sweers, Gasthuislaan 22, 6883 JD Velp Tel. 026-3610689.
Penningmeester: W. Wolbrink sr., Old Ruitenborgh 68, 7556 NH, Hengelo, 074-2913554.

Girorekening 21005 ten name van de Bellamy Stichting, te Hengelo (O).
Ingeschreven bij de Kamer van Koophandel Veluwe en Twente nr. 40412623.
Postbanknummer: 21005 op naam van penningmeester van de Bellamy Stichting.

EEN NIEUWE MAATSCHAPPIJ

VERANTWOORDING     HOE SNEL DE WERELD VOORUIT GAAT.

LEVENSBESCHRIJVING    IN HET JAAR 2000    ECONOMISCHE GELIJKHEID    LINKS


                        HOOFDSTUK 6.

Honi soit qui mal y pense.

(Schande over hem die er kwaad van denkt.)

Toen we thuis kwamen zei dokter Leete: "Vanmorgen moet ik je aan Edith overlaten. Om je de waarheid te zeggen zijn mijn plichten als mentor, hoe aangenaam ook, niet helemaal een baantje waarvoor geen werk te doen valt. Niet wat men noemt een sinecure. De vragen, die gedurende onze gesprekken oprijzen, noodzaken mij, de historische autoriteiten er op na te slaan met het oog op het contrast tussen jouw dagen en de onze. Ons gesprek van vanmorgen bracht me op het idee om me van het een en ander op de hoogte te stellen en daarom ga ik me voor de rest van de dag in de bibliotheek opsluiten."

Ik vond Edith in de tuin en werd door haar gelukgewenst met mijn volledig burgerschap. Ze scheen helemaal niet verrast te zijn te horen, dat ik onmiddellijk een plaats wilde zoeken in het arbeidsleger.
'Natuurlijk wil je zo gauw mogelijk in dienst gaan, daar was ik zeker van. Het is de enige manier met de mensen in contact te komen en zich één te voelen met het volk. Van kind af aan verlangen wij naar die gebeurtenis."
'Over arbeidsdienst gesproken," zei ik, "dat doet me denken aan een vraag, die al vaak in me opgekomen is. Ik begrijp dat iedereen, die er toe in staat is, man of vrouw, de natie in één of andere bezigheid vanaf zijn eenentwintigste jaar tot zijn vijfenveertigste dient. Maar zo ver ik weet heb jij, hoewel je een toonbeeld van gezondheid en kracht bent, geen werk en ben je precies als de jonge meisjes van vroeger, die hun tijd doorbrachten met een elegant niets doen, zo als in een salon te zitten en er allerliefst uit te zien. Natuurlijk is het heerlijk voor me, dat je zo vrij bent, maar hoe is nu jouw niets doen te rijmen met de algemenen arbeidsplicht."
Edith lachte. 
"Zo, dus je dacht dat ik aan het spijbelen was? Is het dan niet bij je opgekomen, dat er zoiets als vakanties en verloven bestaan in de arbeidsdienst en dat de nogal ongewone en interessante gast van ons huis mij een natuurlijke gelegenheid bood om eens vrijaf te nemen, als ik het krijgen kan ?"
'Kun je dan vakantie krijgen wanneer je wilt?"
'We kunnen er een gedeelte van krijgen, wanneer we het graag willen, hoewel het altijd afhankelijk is van de behoeften van de dienst."

'Maar wat voer je uit, als je aan het werk bent? Ben je onderwijzeres, beschilder je porselein, houd je de boeken van het gouvernement bij, sta je achter de toonbank van een van de openbare magazijnen of ben je typiste of telegrafiste?"

'Is met deze lijst het aantal vrouwelijke beroepen van jouw tijd uitgeput?"

'0h nee, dat waren alleen een paar van hun  lichte- of aangename bezigheden. Vrouwen waren ook werksters, wasvrouwen en dienstboden voor allerlei werk. Het meest weerzinwekkende en vernederende koeliewerk werd op de vrouwen van de arme klasse afgeschoven. Maar ik denk, dat jij zulke werkjes wel niet zult doen."

'Je kunt er zeker van zijn, dat ik mijn deel heb aan alle onaangename dingen, die er te doen vallen en zo is het met iedereen in het land. Maar lang geleden heeft men er al voor gezorgd dat er weinig van zulke karweitjes overblijven. Vertel me eens, waren er in jouw tijd geen vrouwen die werktuigkundige, landbouwer, of ingenieur werden? Of hout- en metaalbewerker, bouwkundige, machinist of werker in andere vakken?"

'Zulke bezigheden werden niet door vrouwen verricht, alleen door mannen."
'Ik geloof, dat ik het al weet en er over gelezen heb," zei ze. "Het is vreemd om met een man te praten van de negentiende eeuw, die er precies zo uitziet als een tegenwoordige en dan te bedenken, dat de vrouwen zo anders waren alsof ze een ander soort  wezen waren."
'Echt waar," zei ik, "ik begrijp niet hoe de vrouwen in dit opzicht anders kunnen handelen, als ze nu lichamelijk niet sterker zijn. De meeste van de beroepen, die je zo juist hebt genoemd, lagen boven hun krachten en waren daarom grotendeels voor mannen bestemd."
'Er is," antwoordde Edith, "in de lijst van beroepen en bezigheden geen enkele waaraan vrouwen niet deelnemen. Om te beginnen, omdat we lichamelijk zoveel sterker zijn dan de stakkers in jouw tijd, dat we nu alles doen, wat vroeger te zwaar voor hen was, maar ook omdat de machines tot perfectie zijn ontwikkeld. Zo zijn naarmate we sterker werden alle soorten van bezigheden lichter geworden. Bijna al het zware werk, wordt nu niet door ons zelf, maar door middel van machines gedaan. Die hoeven wij alleen maar te besturen en hoe lichter de hand, des te beter wordt het werk gedaan. Zo zie je, dat tegenwoordig lichamelijke kracht minder in aanmerking komt bij de keuze van iemands beroep dan geestelijke. De geest benadert het werk hoe langer hoe meer en m'n vader zegt, dat er een tijd zal komen, dat we al het werk door de kracht van onze wil zullen verrichten en onze handen er niet meer bij nodig hebben. Er wordt gezegd, dat er meer vrouwen dan mannen in grote fabrieken werken. Mijn moeder was eerste luitenant in een grote ijzerfabriek. Sommigen beweren, dat het machtsgevoel, dat men heeft door reuzenmachines te beheersen, zelfs meer tot vrouwen dan tot mannen spreekt. Maar natuurlijk is het niet leuk dat ik je laat raden naar mijn bezigheid, want ik ben het nog niet met mezelf eens, welke keuze ik zal doen."
'Maar je zei, dat je werkt."
' Ja, maar je weet dat wij, voordat we onze levenskeuze voor een beroep doen, gedurende drie jaren tot de klasseloze of gemengde klasse van werkers behoren. Ik ben nu in mijn tweede jaar en doe zo'n beetje van alles en niet lang achter elkaar. Men gaat van het idee uit, ons een praktische ondervinding te laten opdoen van de voornaamste afdelingen van het werk, om ons in staat te stellen, onze keuze daarna beter te doen. Voordat we in deze klasse treden, moeten we de scholen hebben doorlopen. Maar ik heb wel tweemaal zoveel geleerd, sinds ik aan het werk ben dan op school. Je weet niet, hoe verrukkelijk het is, om in deze klasse te werken. Het verbaast me niet, dat er mensen zijn, die er liever in willen blijven, vanwege de voortdurende afwisseling van taken, dan een geregelde bezigheid te kiezen. Op het ogenblik ben ik onder de landbouwkundige werkers op de grote boerderij bij Lexington. Het is verrukkelijk en ik sta op het punt mijn keuze te doen, om bij het boerenbedrijf te gaan. Dit had ik in mijn hoofd toen ik je vroeg te raden wat mijn bezigheid was. Zou je dat wel ooit hebben geraden?"
'Ik geloof van niet, behalve als de toestanden op een boerderij zeer veranderd zijn bij vroeger. Hoe kun je daar met vrouwenkleding werken ?"

Edith zette grote ogen op en keek mij met verbazing aan. Toen wierp ze een blik op haar kleren en toen ze opkeek, was haar uitdrukking veranderd in een peinzende, humoristische en een ondoorgrondelijke blik en ze zei:
'Heb je niet gezien, beste Julius, dat de vrouwen op straat anders gekleed gaan dan in de negentiende eeuw?"

'Ik heb natuurlijk gemerkt, dat ze over het algemeen geen rokken dragen, maar jij en je moeder kleden zich als dames uit mijn tijd. "

'En is het niet bij je opgekomen, waarom wij niet zo gekleed zijn als zij, dat wij rokken dragen en zij niet?"

'Mogelijk is het bij mij opgekomen met duizend andere dingen, die dagelijks door mijn hoofd gaan en door duizend andere dingen verdrongen worden, voor dat ik er naar vragen kan. Ik geloof, dat ik in dit geval eerder verbaasd zou zijn, waarom de andere vrouwen niet gekleed gaan zoals jij, dan andersom. Jouw kleding, waaraan ik gewend was geraakt, schenen mij de gebruikelijke en de andere als een variatie voor een of ander speciaal of plaatselijk doel, waar ik later wel eens de reden van zou horen. Hou me niet voor al te dom. Om je de waarheid te zeggen, hebben deze andere vrouwen niet de indruk op mij gemaakt alsof ze werkelijk bestonden. Jij bent de eerste geweest, waarvan ik het bestaan, als absoluut zeker, voelde. Al de anderen schenen mij delen van een fantastische mengelmoes van wonderlijke dingen, die meer of minder mogelijk schenen en nu juist duidelijk en samenhangend beginnen te worden. Mettertijd zou ik ongetwijfeld klaar wakker worden voor de waarheid, dat er behalve jij, ook andere vrouwen zijn en dan zou ik beginnen, om vragen te stellen."

Toen ik sprak over mijn volslagen afhankelijkheid van haar, gedurende die eerste verschrikkelijke dagen, toen ik zelfs niet zeker was van mijn eigen persoonlijkheid, vulden zich haar ogen met tranen, waardoor de andere vrouwen meer dan ooit uit mijn gedachten verdwenen.

Toen zei ze: "Waarover spraken wij ook alweer? 0 ja, over die andere vrouwen. Ik heb je wat op te biechten, want ik heb je al die tijd in zekeren zin bedrogen, of  ten minste de waarheid achter gehouden, wat niet langer zal gebeuren. Ik hoop van harte, dat je me zult vergeven, als je weet waarom. Het was om, om je niet …….. "

'Wat niet?"
'Te veel te laten schrikken."
'Je maakt me nieuwsgierig," zei ik. "Wat is dat voor geheimzinnigs. Ik denk dat ik de opheldering best zal kunnen verdragen." ,
'Luister," zei ze: "In die wonderlijke nacht toen we je voor het eerst zagen, was onze voornaamste zorg, als je helemaal bijgekomen zou zijn, je niet meer dan nodig te schokken, door je iets te laten zien, wat zou getuigen van de verbazingwekkende dingen, die sinds jouw tijd gebeurd zijn. Wij wisten dat vroeger door de vrouwen lange rokken werden gedragen en we dachten dat, als je mijn moeder en ik in een modern kostuum zou zien, je dat heel vreemd zou aandoen. Nu moet je weten dat kostuums zonder rokken algemeen zijn, ja bijna universeel, maar voor alle gelegenheden alle mogelijke kostuums, antiek en modern, van alle rassen en eeuwen en beschavingen voorhanden zijn of in de kortst mogelijke tijd beschikbaar, als men ze in de magazijnen bestelt. Daarom konden wij ons heel gemakkelijk van een ouderwetse japon voorzien, voordat mijn vader je aan ons voorstelde. Hij zei, dat de mensen in jouw tijd zulke vreemde denkbeelden hadden over vrouwelijke ingetogenheid en gepastheid, dat dit werkelijk het beste was wat we konden doen. Kun je het ons vergeven Julius, dat we zo'n misbruik hebben gemaakt van je onwetendheid ?"

'Edith," zei ik, "er waren in de negentiende eeuw vele instellingen, die we duldden, omdat we niet wisten, hoe we ze kwijt konden raken, zonder er beter over te denken dan jij. Eén van die dingen was het kostuum waarmee onze vrouwen zich vermomden en verminkten."

'Daar ben ik blij om," riep Edith uit. "Ik haat die zakken en zal ze geen ogenblik meer dragen."

Ze vroeg me te blijven waar ik was en snelde het huis in. Vijf minuten wachtte ik in het tuinhuisje en daarna hoorde ik een lichten stap op het gras en toen ik opkeek, zag ik Edith met lachende uitdagende ogen voor mij staan in een modern kostuum.

Sindsdien heb ik haar in honderd verschillende kostuums gezien en raakte ik gewend aan de onuitputtelijke afwisseling in de kleding van vrouwen, maar ik tart de verbeelding van de grootste artiesten, om een ontwerp te scheppen in kleur en vorm, dat zo'n betoverend en verrassend effect maakte, als dit eenvoudige vlugge toilet.

Ik weet niet hoe lang ik sprakeloos naar haar stond te kijken. Mijn ogen drukten duidelijk genoeg uit hoe aanbiddelijk ik haar vond. Zij raadde echter meer dan mijn gezicht scheen uit te drukken en ze riep uit:

'Ik zou er iets voor willen geven, om te weten wat er in het diepst van je ziel omgaat. Het moet iets vreselijk geks zijn. Waarom bloos je eigenlijk?"

'Ik bloos voor mezelf," zei ik, dat was alles wat ik haar zeggen kon, al plaagde ze me nog zo hard. Nu, na enigen tijd, kan ik wel de waarheid zeggen. Mijn eerste opwelling was, na de overstelpende bewondering, verbazing over haar absoluut ongedwongen en kalme houding onder mijn ogen. Deze bekentenis mag onbegrijpelijk schijnen voor de lezers van ver na de negentiende eeuw en God verhoede, dat Edith er ooit achter zal komen en in staat is het te begrijpen. Een vrouw uit mijn tijd zou, als haar levenswijze haar niet aan een dergelijk kostuum gewend had, al was het voor enige tijd, verward en niet op haar gemak zijn onder zo'n scherpe blik als de mijne, zelfs niet als ik haar vader of haar broer was. Ik had blijkbaar verwacht iets van verlegenheid bij Edith aan te treffen en voelde hoe verbaasd ik was over de ongekunstelde wijze, waarop ze gestreeld was door mijn bewondering. Ik vestigde de aandacht op deze ervaring, omdat het mij leek, dat het zeer levendig de verandering tekent, niet alleen van de gewoonten, maar ook van de geestelijke houding tussen de seksen onderling, sinds mijn vorig leven. Om mij te verontschuldigen, haast ik mij er aan toe te voegen, dat dit eerste gevoel van verrassing, nadat het opgekomen was, onmiddellijk weer verdween, als het ware, tussen twee hartkloppen. Ik las in haar mooi, zuivere ogen hoe de moderne man een vrouw beschouwt, om het nooit meer te vergeten. Het was op dat ogenblik, dat ik over mij zelf bloosde en niets was op dat moment in staat geweest, het geheim van die blos aan mij te ontfutselen, hoewel ik het haar nu allang verteld heb.

'Ik dacht er over na," zei ik en dat was ook zo, "dat we de vrouwen van de twintigste eeuw dankbaar moesten zijn, ons voor de eerste keer de artistieke mogelijkheden van het herenkostuum te openbaren."

'Het herenkostuum", herhaalde ze, alsof ze het niet helemaal begreep. Bedoel je mijn kleding?"

'Zeker, dat is namelijk een mannenpak. Ik dacht het ten minste."

'Ja, en een vrouwenpak," liet ze er botweg op volgen. "Natuurlijk, dat is waar ook, ik vergat even tegen wie ik sprak. Het werd natuurlijk als een mannenpak beschouwd in jouw dagen, toen de vrouwen als meerminnen vermomd rondliepen. Je zult me wel dom vinden, omdat ik niet eerder je bedoeling begreep, maar ik heb je wel vaker gezegd dat ik het niet ver in de geschiedenislessen heb gebracht. Het is nu al een aantal generaties dat mannen en vrouwen zo gekleed zijn als nu, want het idee om speciale kleding voor mannen of vrouwen voor te schrijven, zou alleen bij een professor in de geschiedenis zijn opgekomen. Wij beschouwen het alleen, als de enig natuurlijke en gemakkelijke oplossing van het noodzakelijke kledingvraagstuk, wat in beginsel hetzelfde is voor beide seksen, aangezien hun lichaamsbouw in grote lijnen gelijk is."

Overzicht van informatie bij de Bellamy Stichting

    Statuten van de Bellamy Stichting
    Uittreksel uit het boek van Edward Bellamy
    Een nieuw democratisch bestel n.a.v. het vastlopen van de democratie
    Christmas in the Year 2000
    Henry George, 1839-1897, De profeet van San Francisco
    Lijst van te ondersteunen zaken/onderwerpen, vanaf 08 januari 2006
    Table of contents in English
    The blindmans world (1886)
    To whom this may come (1888)
    With the eyes shut ! (1889)
    De workshops van Stichting Grondvest, Stichting SDN en Bellamy Stichting op het NSF

    Rubrieken bij SDN
    Hoofdstukken overzicht
    Homepage Bellamy Stichting