Alleen de belegger heeft belang bij een harde euro


EuroStaete . . EKC . . Klokkenluiders <===> SDN . . Wolmanzouten . . English



Door: Ed Lof, 16 mei 1997



De zorg voor de verwoestende gevolgen van een zachte euro zijn ongegrond. Spaarders, werknemers en consumenten hebben er weinig van te vrezen. Alleen beleggers zullen er misschien nadelige gevolgen van ondervinden, verwacht Ed Lof.

In Nederland is dit voorjaar eindelijk een discussie losgebarsten over de wenselijkheid van de EMU, maar in tegenstelling tot Duitsland met zijn diepe trauma's van de hyperinflatie in de jaren twintig, speelt vrees voor de hardheid van de Europese munt daarin niet zo'n grote rol. Wie die zorg wel naar voren heeft gebracht, zoals VVD-leider Bolkestein, lijkt meer in te spelen op nationalistische sentimenten dan op economische argumenten. De voordelen van een harde munt zijn geenszins evident: de al decennialang door een afkalvende dollar geplaagde Verenigde Staten gelden als toonbeeld van economische dynamiek, terwijl Duitsland met zijn harde mark nu de zieke man van Europa is.

Maar deze week waarschuwde de directeur van het pensioenfonds PGGM D. de Beus, voor een probleem dat zou ontstaan wanneer de euro minder hard zou zijn dan de gulden, en de inflatie zou toenemen. Die situatie zou zich kunnen voordoen wanneer de pensioenen in andere EU-landen - die daarvoor onvoldoende voorzieningen hebben getroffen - inflatoir worden gefinancierd. Dat kan door directe geldschepping of via hogere looneisen door werknemers. Die meer premie moeten gaan betalen. Inflatie zou de dekking van de Nederlandse pensioenfondsen aantasten. Vooruitlopend daarop heeft het PGGM zijn rendementsverwachtingen naar beneden bijgesteld. van (Vijf naar twee procent), en zullen de premies worden verhoogd. Zie het commentaar hierop

Waarom een wat hogere inflatie de pensioenreserves zou aantasten, is niet direct duidelijk; wie verstandig belegt, belegt in activa die met de inflatie in waarde stijgen. Het probleem is veeleer het eindloonstelsel, waardoor het pensioenstelsel steeds meer een omslagstelsel is geworden. Dat gaat goed zolang het aantal deelnemers en hun (nominale) inkomen toenemen, maar gaat mis als de collectieve sector inkrimpt en de bevolking vergrijst.

De rendementsbijstelling ook merkwaardig, gezien het in 1996 behaalde rendement van 15,9 procent; beleggingsrendementen van minstens tien procent gelden tegenwoordig als normaal. Maar op de zeer lange termijn ligt de reële rente op ongeveer 2 procent, en het is inderdaad realistischer om daarvan uit te gaan dan van de excessieve koersstijgingen van de afgelopen jaren. Misschien heeft de PGGM zich extra kwetsbaar gemaakt door zijn beleggingsstrategie. Een paar jaar geleden besloot het fonds minstens de helft in aandelen te beleggen, tegen nog geen tien procent in 1987. Intussen is dat streven goeddeels verwezenlijkt. Dat heeft de PGGM geen windeieren gelegd, maar nu beginnen de beurzen nerveus af te vragen hoelang de nu al vijftien durende hausse nog kan aanhouden. De bijstelling van de rendementsverwachting lijkt deze nervositeit te weeren.

Maar dat kan de Beus natuurlijk niet zeggen, omdat dat uit de mond van een van de grootste beleggers in het land tot een run op de beurs zou kunnen leiden. Dus waarschuwt hij voor een zwakke euro, die in het voorkomende geval ook als zondebok kan worden opgevoerd. Immers: de beurs is nergens zo gevoelig voor de signalen die op hogere rente en/of inflatie wijzen. De zorgen van De Beus om de hardheid van de euro om de hardheid van de euro werpen schril licht op het belang daarvan. Het waken voor goede pensioenen geeft blijk van sociaal verantwoordelijkheidsbesef, maar wat eigenlijk uit het hele verhaal naar voren komt is dat een harde munt alleen maar goed is voor beleggers - vooral beleggers in aandelen. Zolang de rente maar laag blijft, lijkt hun vermogen veilig. Werknemers, consumenten en gewone spaarders hebben er weinig belang bij, de inflatie ligt toch al beneden de statistische foutenmarge.

De Beus liet weten dat een premiestijging niet nodig zou zijn bij een rendement van 8 procent en een loonstijging van maximaal 2 procent, en schreef de onhaalbaarheid daarvan bij voorbaat aan de vakbonden toe. Zo'n scenario impliceert de nullijn tot in lengte van dagen voor werknemers, en jaar in jaar uit groeiende winsten voor het bedrijfsleven. Dat is niet alleen politiek moeilijk te verkopen maar ook economisch onhoudbaar. Uiteindelijk kunnen omzetten en winsten alleen maar groeien als ook het besteedbare inkomens van consumenten stijgen. Juist daarom kan de huidige beurshausse niet duurzaam zijn.

Een harde munt dient eigenlijk de kortetermijnbelangen van beleggers die zolang mogelijk in de roes van groeiende winsten en koersstijgingen willen blijven. Hoezeer deze belangen de afgelopen twintig jaar het economisch debat zijn gaan beheersen, wordt geïllustreerd door de brede consensus die is ontstaan over de wenselijkheid van een volledig onafhankelijke Europese Centrale Bank. Het argument is in dat monetair beleid te belangrijk is om aan politici over te laten. Nu hebben politici weinig om trots op te zijn, maar dat geldt evenzeer voor, zeg maar, het onderwijs en de gezondheidszorg als voor het monetaire beleid. Misschien moeten die ook maar door onafhankelijke deskundigen worden bestierd. Misschien is het beter de democratie maar op te doeken en sterke mannen aan te stellen.

De monetaire orthodoxie vertoont alle trekken van een religie, met centrale banken als hogepriesters. Wat zij en hun woordvoerders (de monetaristische economen) zeggen, is een hogere waarheid dan wat gewone stervelingen (zoals politici) zeggen. Op het ter discussie stellen ervan rust een zwaar taboe; het zou wel eens de toorn van de goden (de financiële markten) kunnen afroepen. Die onaantastbare positie stelt hen in staat onbekommerd en zonder rekenschap te hoeven afleggen de eigen materiele belangen en die van verwante geesten als banken en institutionele beleggers te dienen. Zolang het duurt.

Ed Lof is journalist en econoom.


Steun SDN op bankgiro NL93 RABO 0339 9134 44 Stichting Sociale Databank Nederland
E-mailadres:
sdn@planet.nl
Site adres: http://www.sdnl.nl/lof-2.htm

Disclaimer