Henry George en Edward Bellamy waren twee econmen die een basisinkomen voor iedereen bepleitten

Financieel-economische gekte en politieke onmacht

Grondvest . . . SDN Henry George <=====> SDN . . . Bellamy . . . GB Institute

Volkskrant van 2 maart '99: Nederlanders komen om in het geld




    Groeiende geldberg baart Wellink zorgen



President Wellink van De Nederlandsche Bank maakt zich steeds grotere zorgen over de beurs en de woningmarkt. Gisteren (1 mrt) waarschuwde hij voor de hoge aandelenkoersen. De sterk gestegen huizenprijzen noemt hij 'onacceptabel'.

    Ferry Haan, verslaggever Volkskrant en
    Rob Brockhus webmaster Sociale Databank Nederland leveren commentaar

Ferry Haan schrijft in de Volkskrant van 2 maart '99: Nederlanders komen om in het geld. Ze verdienen het met werken, op de aandelenbeurs en met hun huis. Tegelijkertijd lenen Nederlanders historisch grote bedragen en sparen ze steeds minder. Al dat geld moet ergens heen. Geen wonder dat de economie groeit, de aandelenkoersen stijgen en de huizenprijzen de pan uit rijzen. Er is gewoon teveel geld.

Centrale bankiers vrezen het moment waarop de beurzen omslaan en al het geld ineens terugstroomt in de economie. President Wellink van De Nederlandsche Bank uitte gisteren tegenover een Amerikaans persbureau zijn zorgen over de sterk stijgende aandelenkoersen. Volgens hem staat de Europese economie er niet goed genoeg voor om het huidige hoge aandelenniveau te rechtvaardigen. De ontwikkeling van de huizenprijzen vindt Wellink, daarnaast 'onplezierig'. Het prijsniveau op de huizenmarkt noemt hij 'onacceptabel'.

Wellink weet dat de Nederlandse rijkdom en consumptie voor een groot deel gebaseerd is op die hoge aandelen- en huizenprijzen. Het totale vermogen van Nederlanders steeg tussen 1994 en 1998 met bijna 50 procent. Deze hele stijging kwam voor rekening van de aandelenbeurs en de huizenmarkt. In 1998 hadden Nederlanders bijna vijf maal meer vermogen dan hun jaarlijks inkomen, een record.

Toch moet Wellink de hand ook in eigen boezem steken. Hij heeft zelf bijgedragen aan het stijgen van de aandelen- en huizenprijzen. In Nederland groeit de geldhoeveelheid al meerdere jaren veel harder dan de economie. Dat komt doordat Nederland de afgelopen vijftien jaar het Duitse monetaire beleid heeft gevolgd; de gulden was gekoppeld aan de Duitse mark. Dat was prima zolang de economieën gelijke tred hielden. Maar sinds de val van de muur loopt de Nederlandse economie voor op die van de oosterburen. In 1993 werd de Duitse economie hard teruggeworpen toen de economische gevolgen van de hereniging steeds pijnlijker werden.

Vanwege de beroerde staat van de Duitse economie voerde de Bundesbank een ruim monetair beleid met een lage rente. Nederland nam deze rente over, terwijl ,onze' economie eigenlijk om een hogere rente vroeg. Deze situatie zet zich voort nu de Europese Centrale Bank (ECB) de dienst uitmaakt in euroland. Nederlandse consumenten profiteren. Want zij lenen massaal tegen een zeer lage rente. Het totale bedrag aan hypotheken bedraagt inmiddels ongeveer 500 miljard gulden. Ook het consumptief krediet voor bijvoorbeeld de aanschaf van een auto groeit al jaren.

De grote kredietverlening aan gezinnen, maar ook aan bedrijven ziet een centrale bank terug komen in een hoge groei van de geldhoeveelheid. De Nederlandse geldhoeveelheid (M3) is sinds 1994 met eenderde gegroeid. Als er zoveel geld bijkomt, moeten ergens de prijzen stijgen. In Nederland is dat te zien aan de ontwikkeling van de huizenprijzen. In Euroland stijgen alleen in Ierland de huizenprijzen vergelijkbaar sterk als in Nederland. Wereldwijd profiteert de aandelenmarkt van de uitbundige geldgroei. Want ook in Amerika is de geldhoeveelheid de afgelopen jaren sterk gestegen De centrale bank voert daar ook al jaren een ruim monetair beleid om de economie te stimuleren.

Veel economen moeten er niet aan denken dat al het geld in de aandelen- en huizenmarkt ineens terugstroomt in de rest van de economie, doordat bijvoorbeeld iedereen aandelen verkoopt en de aandelenmarkt instort. Zover wil Wellink het niet laten komen, Zijn bezorgdheid over de aandelen- en huizenmarkt is bijzonder goed te begrijpen.



    Rob Brockhus schrijft zijn commentaar in de Sociale Databank Nederland:

Krijg nou de rambam! Wat heb ik nou aan mijn fiets hangen? Komt onze monetaire astro-Nout met een standpunt over de geldhoeveelheid en dreigende inflatie, alsof ie na het vertrek van 'duitenberg' Duisenberg regelmatig de site van de SDN bezocht heeft en daarvan zelfs wat geleerd lijkt te hebben. (Zie: 'Aandelen, Beurskoersen en Rente binnen de EMU')

Toch merkwaardig, omdat ik op een aantal vragen van Nout nog steeds geen antwoord heb gekregen, (zie: Vragen aan Nout Wellink) maar ook Vragen aan Europese sociaal-democraten). Op de PvdA-conferentie 'Sterk en sociaal' aan de Haagse Hogeschool op 7 november 1998 in Den Haag, heb ik aan alle deelnemers - inclusief Nout himself - een vragenformulier overhandigd. En nu komt onze Nout als een duveltje uit het doosje om te waarschuwen voor de geldrijkdom die de Nederlandse economie teistert en waarvan de dijken rond het monetaire stuwmeer dreigen te bezwijken.

Het grote gevaar Nout, zit niet in de hoeveelheid geld - of de rijkdom zo je wilt - die in het economisch vermogen van de burgers ligt opgeslagen, maar de bron ervan. Inderdaad Nout, het probleem zit in de geldschepping door particuliere banken die de soevereiniteit van het drukken van geld geprivatiseerd hebben en zelfs met de zegen van (hoe raad je het) de Nederlandsche bank NV. Het probleem zit vooral in de onderbesteding en de fanatieke drang om de enige spaarvorm die een dergelijke dreiging niet oplevert - het sparen van staatsschuldbewijzen, ofwel obligaties - te laten bestrijden door een minister van Financiën aan wiens budgettaire beleid 'n vislucht zit. (zie: Die verrukkelijke staatsschuld!)

Zoals je kunt weten Nout, heeft de helaas overleden dr. W.P. Roelofs al lang geleden een oplossing voor je monetaire angstpsychose geboden. Ik zou, als ik jou was, zijn stukjes bij de SDN nog maar eens heel goed doorlezen. (Zie: Stellingen van een ketter). Hij achtte de oplossing voor het 'spaar- en vermogensprobleem' met het toestaan van een onbegrensde groei van de staatsschuld als de een na beste oplossing om de mens de mogelijkheid te bieden te sparen en rijkdom te verzamelen in fictieve waarden. Want dat is wat de mens feitelijk doet. Die spaarvorm biedt de garantie dat een plotselinge zondvloed van vrijkomend geld de economie niet met een golf aan inflatie zou kunnen opblazen. Maar in tegenstelling tot Peter Roelofs ben ik altijd een pragmatisch voorstander geweest van een constante, beleidsmatige, voorspelbare en algemeen bekendgemaakte inflatie van ca. 5 procent per jaar. Die geeft m.i. (voor de lonen en uitkeringen gecompenseerd) de beste garantie dat het stuwmeer aan geldmiddelen geen gevaar meer vormt waarvoor je nu zo bezorgd waarschuwt; want ook kapitaal behoort net als al het andere in het universum te 'slijten'. (Zie: Geld, het DNA van de economie)

Ik weet dat prijsstabiliteit een mooi streven is, maar wanneer je weet dat dat op termijn altijd zal leiden tot een krach op de beurs of tot een golf van hyperinflatie en tot oorlog, dan lijkt mij dat je (wat Keynes bedoelde met 'The carrying cost of capital') als natie het meest gebaat bent bij het medicijn van de zachte inflatie. De ideologie van stabiele prijzen is mooi, maar zolang geld uit het niets kan ontstaan en particulieren via de beurs en de onroerendgoedmarkt in staat zijn bovenop de geldscheppingvolumes van de particuliere banken geld, dan wel koopkracht te creëren uit het niets (Zie: Rente en meedenken gevaarlijker dan heroïne), en zonder dat de overheid de soevereiniteit van de geldschepping en valutahandel opeist, dan zijn je krokodillentranen niet serieus te nemen Nout.

Zorg maar dat de distributie van effectieve koopkracht die tot werkelijke besteding komt net zo'n belangrijke plaats krijgt in het monetaire beleid en in de economische politiek van de regering, als het budgettaire beleid nu. (Boonstra van Philips was daar recentelijk ook al achter gekomen). Dan krijg je een maatschappijstructuur die precies oplevert waar het uiteindelijk om gaat: algemene welvaart, een hoog niveau van welzijn, van sociale zekerheid op lange termijn en met minder verpaupering en maatschappelijke en sociale ontwrichting van dat wat de elite in dit land 'de onderkant van de maatschappelijke ladder' noemt. (zie Kamervragen voor Prinsjesdag )

Die ontwrichting ontstaat doordat instituties als de Nederlandsche Bank NV maar één enkele kant uitkijken en een doelstelling hebben die gebaseerd is op de meest primitieve instincten van de mens: ongelimiteerde hebzucht, angst voor een onzekere toekomst, absoluut egoïsme en de behoefte om andere mensen uit te buiten. Dit laatste om zich te onderscheiden met eventueel protserig bezit. (zie Nederlandse huishoudens bezitten 800 miljard gulden) Ik zou nog willen zeggen: reageer eindelijk eens met wat vragen te stellen. En vooral in het openbaar; want zonder dat er openbaar wordt gediscussieerd door maatschappelijk verantwoordelijken komt er een einde van de democratie.

P.s.:

Over een ander onderwerp: 'het mobiliteitprobleem' heb ik ook nagedacht en ik denk dat daarvoor ook een goede oplossing te vinden is. Vraag er eens naar.

En… zou een parlementaire enquête helpen om de geldpolitiek op de agenda te krijgen; net zoals nu de waarheid rond de Bijlmerramp licht werpt op incompetentie, enz....!