Wim van der Plas is slachtoffer van politiegeweld

Brockhus . . Politiek . . Kamerzetel <===> SDN . . Klokkenluider . . Video



L.s.,

Boek getiteld:

Een ongelijke eenmansstrijd tegen de veelvuldig falende overheid

Omschrijving.

Hoe de affaire van der Plas uitkwam en Justitie,
politie, advocatuur enz. enz, in opspraak bracht.

Auteur W. van der Plas.

Voorwoord

Als er strafbare feiten zijn gepleegd, zijn die gepleegd door de overheid en niet door mij. Dit is een relaas van een onschuldig man die ten koste van wat het kost moest hangen. Hoe 22 mei 1989 mijn leven voor altijd veranderde door een onrechtmatige aanhouding en mishandeling als geboeide arrestant. Door vier Rotterdamse politieagenten en door totale corruptie en terreur ben ik geschaad. Een opzettelijke gerechtelijke dwaling was het gevolg, zodat er geen weg terug was.

Opdat niemand anders dit zal overkomen heb ik dit boek geschreven, zodat men gewaarschuwd is. Dit boek is geschreven jegens een aanklacht tegen opsporings- en vervolgingsambtenaren in Rotterdam, Den Haag, Amsterdam en de rechten van de mens in Straatsburg. Door steeds de schuld naar mij door to schuiven en door steeds to blunderen hebben zij het vertrouwen in de rechtsstaat voor altijd geschonden. Opzettelijk is er onder regie van Justitie, politie en Rechterlijke Macht met bewijsstukken, procesdossiers, processen-verbaal en doktersverklaringen gerotzooid en/of vervalst. Deze zaak kan men niet meer uitleggen aangezien dit een landelijk afdeksysteem is.

De vraag is: waarom zijn er zoveel leugenaars en bedriegers bij Justitie en politie? Antwoord: ze kunnen niet anders, want ze hebben allemaal een hoog salaris en een koophuis en moeten mekaar dekken tot in het oneindige. Hoe politieagenten blijven liegen tot bet einde terwijl ik toch alle bewijzen heb.

Opvallend is de rol van adjudant W. van Lankeren, de vervalser van het politierapport van 24 juni 1989. Tijdens een van de gesprekken vertelde hij mij dat ik maar lekker naar Straatsburg moest gaan en ik hem toch niets kon maken. Ik heb dat gedaan en ontdekte dat hij inderdaad beschermd werd. Alle hoofdrolspelers zullen weinig plezier beleven aan dit boek en de waarheid onder ogen moeten zien. De bewijzen en de namen zullen in dit boek dan niet ontbreken. In deze zaak zijn geen winnaars, slechts verliezers. Voor Wim van der Plas zal nogmaals zijn leven nooit meer hetzelfde zijn na bijna vijftien jaar justitieterreur, leed, geestelijke marteling door de overheid enz., enz. Door iemand haast vijftien jaar vals te beschuldigen, kan je dat eigenlijk voor geen prijs vergoeden. Er is geen prijs te hoog.

Daarom is het nu ook gerechtvaardigd om alle namen van de hoofdrolspelers te noemen en in dit boek te vermelden.

De knappe strijd tegen het onrecht heeft mij veel bewonderaars bezorgd, die mij allemaal ondersteunen. Een krant voor kleurrijk Nederland genaamd Multined dorst mijn verhaal te plaatsen eind januari 2003, terwijl ik er andere kranten allang daarom had verzocht. Ik heb de ongelijke strijd en alle rechtszaken hoegenaamd in mij eentje moeten voeren. Dit heeft bij mij zijn sporen achtergelaten. Mijn vastberadenheid voor eerherstel en genoegdoening duurt daarom onverminderd voort. De waarheid overwint altijd. Door de lezer te laten kennis maken met een kopie van de aangifte van o.a. valsheid in geschrifte in het politierapport door adjudant W. van Lankeren, opgemaakt te Den Haag in dec. 1999, bewijst dat ik altijd de waarheid heb gesproken. Ik kan namelijk voor het doen opstellen van een valse aangifte een vervolging tegemoet zien, hetgeen niet is gebeurd.

Door aanhoudelijk verzoeken om een nader onderzoek door de Rijksrecherche aan de hoofdofficieren en de hoofd-PG gedurende negen jaar te doen, hebben deze gezagsdragers door dit steeds te weigeren zich in een ongeloofwaardige situatie gemanoeuvreerd. Ik wilde namelijk alle strafbare feiten melden waarvan ik op de hoogte ben via de wetboeken van strafvordering en strafrecht.

Aangezien ik niet de enige was en over stukken beschikte van andere mensen had de top van het OM tot een strafrechtelijk onderzoek kunnen overgaan. In plaats hiervan seponeerden ze mijn zaak en die van anderen ook. Een kwalijke zaak dus. De betrokken wetboeken kan je dus zo in de vuilnisbak gooien. Ze hebben geen waarde voor de burger, alleen maar voor de overheid. Ik heb me tot de politiek gewend en tevens tot de vaste kamercommissie voor Justitie. Ze hebben niets voor mij gedaan en alleen maar de zaak in de doofpot gestopt.

Van minister van Justitie mevr. W. Sorgdrager heb ik zelfs nooit antwoord gehad. Minister van justitie B. Korthals gaf via zijn hoge ambtenaren onbevredigende antwoorden. Resultaat, ik was weer bij af. Men draaide zo als gewoonlijk weer in een cirkel. Men moest en zou het afdekken. Waar moest ik naar naar toe? Ik wist het niet meer. Het zal de lezer wel duidelijk worden aan gezien ik alles in de hoofdstukken zal vermelden in de chronologische volgorde. Ik zal in ieder geval proberen de data van de gebeurtenissen van ongeveer l5 jaar zoveel mogelijk te vermelden. Mijn leven zal helaas nooit meer hetzelfde zijn.



De onrechtmatige daad, die nooit had mogen gebeuren.

Op maandag 22 mei 1989 ongeveer kwart voor twaalf in de voormiddag reed ik op de Gordelweg in Rotterdam. Ik was op weg naar mijn moeder die ziek was. Ik stond op een gegeven moment na enige tijd gereden te hebben op de tweede baan om linksaf te gaan voor het stoplicht om de Bosdreef op te rijden. Een politie-Honda stond op de eerste baan om voor het stoplicht linksaf de bosdreef op te rijden.

Ik reed in een oude BMW tvpe 730, kleur grijs met kenteken HX-47-PH inmiddels op de linkerbaan van de Bosdreef in de richting van de Hoofdweg te Rotterdam. Op deze weg reed ik op de linkerrijstrook. Ik dacht zelf, dat ik ongeveer 80 kilometer per uur reed. In mijn achteruitkijkspiegel zag ik een politie-Honda aan komen rijden. Ik zag dat deze Honda mij wilde gaan inhalen. Ik ben Hierop naar de rechterrijstrook gegaan en liet de politie-Honda links passeren.

Nadat deze politie-Honda gepasseerd was heb ik de voor mij rijdende personenauto ook ingehaald. Ik reed nu achter de politie-Honda op de linkerrijstrook. Op dat moment ging de bestuurder van de politieauto langzamer rijden. Wij naderden de verkeerslichten met de Boszoom en de Terbregseweg. Ik zag dat de politieauto richting aangaf om linksaf te slaan, de Terbregseweg op. Ongeveer tegelijkertijd zag ik dat op het dak van deze politieauto het "stop" politielicht ging branden. Ook remde de politieauto sterk af. Ik keek in mijn binnenspiegel en zag dat er nogal veel verkeer kwam aan rijden. Ik stuurde mijn auto dan ook naar rechts om te proberen mijn auto aan de uiterste rechterzijde tot stilstand te brengen.

Ook nu werd ik door de bestuurder van de politieauto gesneden. Ik bracht mijn auto uiteindelijk tot stilstand. Ik stapte uit en liep naar de bestuurder van de politieauto toe. Ik voelde mij nogal opgelaten omdat ik midden op de weg door de politie werd aangehouden. Ik liep naar de politieauto toe en sprak de bestuurder aan. Ik vroeg hem wat dat allemaal te betekenen had.

Ook zei ik tegen hem dat het nogal een gevaarlijke situatie was om midden op een weg een stopteken te geven. IK heb deze agent echter niet bedreigend toegesproken. Ook heb ik hem niet gezegd dat ik hem wel te pakken zou nemen. Ik hoorde echter dat deze agent tegen snij zei: Je gaat mee naar het bureau. Je bent onder arrest. Ik toonde hem mijn rijbewijs, maar hij wilde daar niets van weten. Ik vroeg aan hem waarom ik aangehouden werd. Hij zei voor te hard rijden en riep tegen mij als ik niet goedschiks zou meegaan dan maar kwaadschiks. Ik liep hierop terug naar de auto en legde mijn zonnebril in de auto. Nadat ik dat gedaan had kwam agent W. Stoelwinder (dat is de naam van de betrokken agent die mij o.a. mishandeld heeft) op mij aflopen om mij te boeien. Ik liet mij vrijwillig boeien met de gedachte van ik wil wel eens zien wat er gaat gebeuren.

Ik was nog niet geboeid of agent Stoelwinder begon mij vanachter op de rug te slaan. Ik was perplex en kon dit niet geloven. Intussen had de bange hoofdagente M. Lubach zich opgesloten in de politie-Honda en om spoedassistentie verzocht. Binnen een paar minuten werd ik door drie verbalisanten van mijn linkerportier met mijn hele lichaam op hardhandige wijze in het gras geduwd en geschopt en geslagen in mijn rug, terwijl ik geboeid en al op mijn buik op de grond lag. Tevens werd er aan mijn haren getrokken en mijn Hoofd steeds in het gras geduwd. Er bleken twaalf politiewagens geweest te zijn hoorde ik later van een getuige.

De andere namen van de verbalisanten die mij mishandeld hebben zijn Johannes Hansum, M. Veltman en nogmaals (vermoedelijk) agent Wolter Stoelwinder. Ik kon, omdat ik op de grond lag, niet zien of Stoelwinder me voor de tweede keer mishandelde. De andere twee verbalisanten deden dat met zekerheid wel. Ik ben daarna vervoerd in een politiebusje naar het politiebureau Oosterholf.

Aldaar werd ik ondervraagd door o.a. verbalisanten Mooren en in opdracht van hulpofficier A. van der Hoek en zes uur vastgezet. Stoelwinder en ander verbalisanten voelden zich nogal opgelaten in de verhoorruimte en wisten niet wat ze moesten zeggen, aangezien ik door een paar van hen was mishandeld. Ik ben om zes uur naar huis gestuurd en moest me de volgende dag melden bij de politiedokter, omdat ik door het schoppen en trappen door de politie, gekneusde ribben had opgelopen. Ik ben de volgende dag eerst naar mijn eigen huisarts gegaan en deze constateerde inderdaad o.a. drie gekneusde ribben. Huisarts Neve gaf mij 23 mei een doktersbriefje mee met de medische vaststellingen.

Intussen had adjudant W. van Lankeren mij 's morgens opgebeld om mij bij de politiedokter te melden. Ik vertelde hem dat daar geen sprake van kon zijn en dat ik mij eerst zou aanmelden bij mijn eigen huisarts, dokter Neve, en daarna bij een andere arts. Adjudant van Lankeren vond dat niet leuk en liet me daarna nog eens terugbellen door inspecteur de Jong. Ik heb me in ieder geval na mijn huisartsbezoek eerst gemeld bij politiedokter Cremers en daarna hij een andere dokter. Dus ik had drie doktersverklaringen.

Wat er daarna gebeurde zal de lezer als een droom ervaren. Er werd op 24 juni 1989 nadat ik diverse malen was gehoord door adjudant van Lankeren, door diezelfde adjudant van Lankeren een vals politieapport opgemaakt.

W. van der Plas
Favrestraat 205
3066 EE Rotterdam
Tel/fax 010-4568895

Mijn auto was voor technisch onderzoek naar bureau Ommoord en daarna naar de Boezembocht gebracht. Daar constateerde men dat de remmen en de handrem niet goed werkten. Dat klopte, want ik had voor de bewuste aanhouding op vrijdag 26 mei een afspraak met mijn garagehouder gemaakt om dit te laten repareren. I.p.v. te constateren ging de politie demonteren. Het remsysteem werkte voor 2/3 gedeelte omdat ik een lekkende hoofdremcilinder had. Ook het handremsysteem werkte niet 100%. Maar dat wist ik, vandaar de afspraak met mijn garage houder van wie ik de wagen goedkoop had gekocht. (Maar bleek voor die tijd van een vuurwapen gevaarlijk crimineel geweest te zijn.)

Er was dus sprake van een persoonsverwisseling en dit verklaarde dan ook met het roepen van de verbalisanten terwijl ik geboeid en al op de grond geschopt en geslagen werd, van de termen: "SCHOP 'M TEGEN ZIJN KOP en KIJK OF T'IE EEN MES HEEFT". De politie had dan ook om de aanhouding te rechtvaardigen de BMW 730 gestript (voor het kijken naar wapens en/of drugs) De wagen werd gestript en al teruggegeven en er bleken onderdelen van de remsystemen gestolen en/of ondeskundig gedemonteerd en achter gehouden te zijn.

Dus ik dacht: U heeft een vals politierapport opgemaakt, dan gaan wij een afspraak maken om de zaak nogmaals te bespreken. De afspraak was in de avond op 28 juli 1989 om half negen. Ik dacht: nu zal ik je in de val laten lopen vuile schoft, door tijdens het gesprek een memorecorder te laten meedraaien, om zodoende enige uitspraken te ontlokken. Helaas wist ik op dat moment niet, dat er een valsheid in geschrift in mijn huisdoktersverklaring zat. Dat ontdekte ik pas later.

Enige termen die adjudant W. van Lankeren beweerde tijdens ons gesprek waren: WEET JE WAT JE EIGEN DOKTER ZEGT ?? NAUWELIJKS ENIGE VORM VAN MISHANDELING !! (dit is de valsheid in geschrifte, die hoofdinpecteur Jerry de Vries op de kopie van mijn huisdoktersverklaring opgemaakt door dokter Neve, er bijgeschreven heeft.) DIE MENSEN ZOALS U HEB IK MENIGMAAL DE REVUE LATEN PASSEREN. VIND JE HET GEEN MOOI BOEK: HET DOSSIER VAN DER PLAS ?? WEET JE HOELANG IK DAAROVER DOE ?? NIET LANG. NEE, WANT DIE VERHALEN HEB IK GEWOON IN DE KAST LIGGEN EN DIE HAAL IK ER GEWOON UIT, DAN ZEG IK, NOU, IK VERANDER DE NAAM EN DAN DE SITUATIE EN VUL IK VAN DER PLAS IN. HEEL SIMPEL (LACHEND.) IK HOEF NOG MAAR VIJF JAAR BIJ DE POLITIE MEE. DENK JE DAT JE MIJ VOOR DIE TIJD ERUIT KRIJGT?

Zo dit is het laatste van de bandopname; ik kan wel door blijven gaan. Het gevolg hiervan is dat ik de gemeentepolitie van Rotterdam heb aangeklaagd en alle gerechtelijke procedures heb doorlopen om de valse beschuldigen te weerleggen (politierechter, het Hof, art 12 Sv, Hoge Raad. RECHTEN VAN DE MENS IN STRAATSBURG enz., enz., alle verbalisanten (incl. adjudant W. van Lankeren) hebben in 1991 en 1993 meineed gepleegd.).

Wat ik de lezer zeker niet wilde onthouden, is mijn arrestatie in het paleis van Justitie op 6-12-94 op de negende etage te Den Haag. Ik was op bezoek geweest bij de griffier van de Art 12 Sv (ik eiste dus vervolging van politiemensen voor het plegen van strafbare feiten, zoals o.a. het plegen van meineed en valsheid in geschrifte.) De griffier had in het verleden tegen mij gezegd: "Meneer van der Plas, het is hier net Italie, ik moet hier dingen doen, vervalsen van stukken, die ik niet wil doen".

Naar mijn weten heeft deze griffier (die als enige niet corrupt was) dit niet gedaan. De griffier had me ook verteld dat ik niet veroordeeld had kunnen worden vanwege die vervalste doktersverklaring die het dossier niet conform maakte. Na mijn bezoek bij de griffier moest ik beroep aantekenen via de Hoge Raad bij de griffie op de negende etage voor de onrechtmatige rijbewijsinvordering. (waarbij ook alle processen-verbaal vervalst waren)

In mijn rechter ooghoek zag ik aan de balie van de griffie drie politieagenten naderen. Ze hielden mij aan en vroegen of ik dhr. Van der Plas was. Ik beaamde met ja, en ik werd gearresteerd in mijn nette pak en met al mijn dossiers. Omdat de zaak in Straatsburg liep dacht ik dat de zaak een opschortende werking zou hebben, hetgeen niet het geval was. Vandaar nogmaals voor de tweede maal een onrechtmatige arrestatie. Ik vertelde de politie, die mij netjes naar de cel in de kelder brachten, dat ik hetgeen waarvoor ik gearresteerd was niet had gedaan. Ze lieten dan ook voor een half uur de celdeur open zonder iets van mij af te nemen.

Ik vroeg tijdens mijn arrestatie om alle stukken in kopie o.a. het arrestatiebevel getekend door procureur-generaal mevr. J.C.W. Bogaards, die mijn zaak had afgedekt in de art. l2 Sv-procedure en tevens in de uitspraak bij het hof aanwezig was. Ik mocht na ongeveer een half uur iemand bellen om de boete van 930 gulden te betalen. Ik had toevallig 600 gulden op zak en belde om het restant te lenen bij de griffier in het gerechtshof. (hetgeen hij niet bij zich had en ook niet bij zijn collega's kon lenen.) Uiteindelijk kon ik het resterende bedrag bij mijn garagehouder lenen en na overgebracht te zijn naar het hoofdbureau van politie werd ik nog gevisiteerd door en kwam mijn garagehouder mij ophalen.

Een beerput vol met stinkende verrassingen