Partijdigheid, vooringenomenheid, belangenverstrengeling en corruptie verzieken ons rechtssysteem tot aan de Hoge Raad!

Prof. Tak - universiteit Maastricht - beschouwt de Raad van State als belangenverstrengeld en niet
integer waar rechtzoekende burgers geen schijn van kans hebben om hun wettelijke recht te halen

RvS . . IRM . . Juristen . . EU Grondwet <==> SDN . . Klokkenluider . . N.C. Burhoven

Raadsheer weg uit protest

Door: Camil Driessen  
Gepubliceerd: vrijdag 9 september 2011 05:56
Update: vrijdag 9 september 2011 06:03

Burgers staan in hun hemd bij rechtszaken tegen de overheid. Raadsheer Tak kan het niet meer aanzien en stapt op uit de Centrale Raad van Beroep.

Jaren en jaren streed hij voor de rechtsbescherming van burgers die onverhoopt in een proces tegenover de overheid komen te staan. Maar vanaf nu niet meer met een hamer in de hand. Raadsheer en emeritus hoogleraar Staats- en Bestuursrecht Twan Tak heeft deze week zijn ontslag ingediend bij de Centrale Raad van Beroep: de hoogste Nederlandse bestuursrechter bij geschillen op het terrein van de sociale zekerheid en in ambtenarenzaken.

Met zijn 27 jaar ervaring was hij er een van de oudste nog dienende raadsheren. In zijn ontslagbrief schrijft Tak: ‘De veelgeprezen rechterlijke blinddoek dient in de huidige bestuursrechtspraak blijkbaar nog alleen om de rechtzoekenden aan het rechterlijk oog te onttrekken.’ De burger en de rechtvaardigheid die hij zoekt zijn ingewisseld voor onder meer algemeen belang, efficiency en kostendekkendheid.

Sinds de Algemene wet bestuursrecht in 1994 werd ingevoerd is de rechtspraak van de Raad veranderd, afgedwaald van hoe die ooit bedoeld was. ‘Rechtspraak is rechtdoen in het concrete geval. Rekening houden met de mens en de feiten waarin die terecht is gekomen, niet een doffe algemene norm toepassen’, zegt Tak telefonisch.

Alarmerend

Tak hekelt de onpersoonlijke ‘formulierencontrole’ die inmiddels ook tot de Centrale Raad van Beroep is doorgedrongen. Die Raad heeft zich moeten voegen in het spoor dat de door Tak fel bekritiseerde Raad van State heeft uitgezet.

Juist vanwege zijn kritiek op de Raad van State is de hoogleraar en raadsheer nooit populair geweest in Haagse regenteske kringen. Met zijn magnum opus Het Nederlandse bestuursprocesrecht in theorie en praktijkuit 2002 deed hij het nodige stof opwaaien. Zijn conclusie dat het systeem van rechtsbescherming van de burger tegen de overheid alarmerende vormen heeft aangenomen, werd na Kamervragen weggewuifd door premier Balkenende en ministers Donner en Remkes.

De bevindingen van de professor zouden niet ‘op gedegen wetenschappelijk onderzoek berustten, maar op impressies’. Tak diende een klacht in bij de Ombudsman wegens misleiding van de Tweede Kamer. Hij won, de klacht werd gegrond verklaard.

Tak zegt zijn besluit ‘met veel pijn en tegenzin’ te hebben genomen. De druppel die de emmer deed overlopen was de vierde druk van zijn boek waarin hij constateert dat de rechtspositie van burgers nog slechter is geworden. ‘Ik moest mezelf de vraag stellen of ik het nog wel kon verantwoorden om hier deel van uit te blijven maken.’

Persbericht 24 juni 2005

    'Nederland is een dictatuur'

Volgende week verschijnt bij Wolff Publishers te Nijmegen de tweede druk van het omvangrijke standaardwerk van prof. A.Q.C. Tak over het Nederlandse bestuursprocesrecht in theorie en praktijk. De eerste druk van het werk verscheen in augustus 2002 en veroorzaakte veel commotie. Gesteld werd dat uit diepgaand onderzoek was gebleken, dat de burger nauwelijks nog rechtsbescherming krijgt tegen de overheid, met name van de Raad van State. Het boek vormde de aanleiding voor de uitspraak van de Nationale ombudsman van augustus 2004, waarbij de ministers Balkenende, Donner en Remkes werden veroordeeld wegens onbehoorlijk gedrag omdat zij de Tweede Kamer onjuist over het werk hadden geïnformeerd.

Volgens de tweede druk is de situatie echter bepaald niet verbeterd. Grondrechten en rechtsbescherming verdwijnen steeds verder, en de politiek is onwillig daar iets aan te doen. De Staat blijkt niet reëel meer aanspreekbaar bij misdrijven en onrechtmatige gezagsuitoefening door de overheid. In feite blijkt Nederland verworden tot een dictatuur: het predikaat rechtsstaat is niet meer op zijn plaats.

Professor Tak (62) is sinds 1983 hoogleraar staatsrecht en bestuursrecht in Maastricht, waar hij bekendheid verwierf als grondlegger van de Maastrichtse school, die zich kenmerkt door een kritische bewaking van overheidsbevoegdheden. Ruime rechterlijke ervaring deed hij gedurende vele decennia op onder meer als (plaatsvervangend) Voorzitter van het Ambtenarengerecht te Utrecht en sinds 1984 als (plaatsvervangend) Raadsheer bij de Centrale Raad van Beroep. Voorts heeft hij uitgebreide praktijkervaring als adviseur en raadsman bij het bestuursjuridische adviesbureau BJA.

Noot voor de pers:
Voor meer informatie over de inhoud van dit persbericht kunt u terecht bij prof. A.Q.C. Tak, tel. 043 388 3267 of 043 358 1008, e-mail twan.tak@pubr.unimaas.nl of twantak@hotmail.com Titel van het boek: het Nederlands Bestuursprocesrecht, ISBN-nummer: 90-5850-134-5 Het voorwoord en de inleiding van het werk, alsmede de flaptekst van het boek kan worden opgevraagd bij de afdeling Communicatie van de UM: 043 388 5222, e-mail pers@bu.unimaas.nl. Voor urgente zaken buiten kantooruren: 06 4602 4992.

Persberichten 2004

27 augustus 2004

Bewindslieden hebben niet behoorlijk gehandeld
Klacht prof. Tak door Nationale Ombudsman gegrond verklaard

De Nationale Ombudsman heeft op 24 augustus jl. de klacht van prof.mr. A.Q.C. Tak, hoogleraar Staats- en Bestuursrecht verbonden aan de Universiteit Maastricht (UM), gegrond verklaard. De klacht van Tak had betrekking op de afhandeling van vragen van Tweede Kamerlid De Wit door premier Balkenende en de ministers Remkes en Donner naar aanleiding van Tak's tweedelige, wetenschappelijke werk over het Nederlands bestuursprocesrecht. Het onderzoek van de hoogleraar wees uit dat van enige rechtsbescherming van betekenis van de burger tegen de overheid in ons land geen sprake meer is, waardoor wij geen aanspraak meer kunnen maken op de status van rechtstaat. De bewindslieden beweerden bij de beantwoording van de vragen van De Wit dat Tak' s conclusies gebaseerd zouden zijn op impressies en niet zouden zijn onderbouwd met sociaal-wetenschappelijk en/of bestuurskundig empirisch onderzoek.

Prof. Tak is bijzonder verheugd over de uitspraak van de Nationale Ombudsman. De uitspraak bevestigt zijns inziens dat de drie bewindslieden onterecht zijn wetenschappelijke integriteit hebben aangetast. Bovendien is Tak van mening dat na deze uitspraak de resultaten uit zijn onderzoek niet meer kunnen worden genegeerd. Hij hecht hier grote waarde aan temeer daar na onmiddellijk protest van zijn zijde de bewindslieden jarenlang in de afwijzing hebben volhard en inmiddels door de minister van Justitie beslissende keuzes zijn gemaakt, waardoor de door Tak aan de kaak gestelde situatie is bestendigd.

Er is volgens de hoogleraar steeds ernstiger sprake van een alarmerende situatie rond het systeem van rechtsbescherming van de burger tegen de overheid, zoals hem inmiddels gebleken is uit het voortgezette onderzoek voor de tweede druk van zijn werk. Hij hekelt de formulierencontrole waarbij het belang van de burger die bezwaar of beroep heeft aangetekend, volledig naar de achtergrond is verdwenen. Deze formalistische benadering lijkt meer op een spelletje "tikkertje af" dan dat er daadwerkelijk wordt gewaakt over individuele rechtsposities van burgers tegen overheidsbestuurders. De schuld hiervoor ligt vooral bij de Algemene wet bestuursrecht en de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State als (mede) hoogste bestuursrechter.

Het wetenschappelijk onderzoek van Tak is in augustus 2002 gepubliceerd in een lijvige studie naar het Nederlandse bestuursprocesrecht (uitgeverij Sdu). Naast zijn hoogleraarschap aan de UM is Tak al tientallen jaren (plaatsvervangend) raadsheer in de Centrale Raad van Beroep te Utrecht en raadsman van het professionele bureau Bestuursjuridische Advisering te Meerssen. Prof. Tak heeft naam opgebouwd als expert op het terrein van privaatrechtelijk handelen van de overheid en is kenner bij uitstek van het bestuursprocesrecht. Hij staat met name bekend als de grondlegger van de "Maastrichtse School", die zich kenmerkt door een kritische bewaking van overheidsbevoegdheden.

Noot voor de pers:
Voor een toelichting is prof. Tak bereikbaar via tel 043- 3883267 en 043-3581008. De afdeling Communicatie van de UM is bereikbaar via 043 388 2044. Voor urgente zaken buiten kantooruren 06-4602 4992. Mailto: pers@bu.unimaas.nl. De persberichten van de UM staan op Internet www.unimaas.nl.

Persberichten 2003

31 maart 2003

Prof. Tak beschuldigt kabinet van misleiding Tweede Kamer
In reactie op beantwoording kamervragen naar aanleiding lijvige studie

Het kabinet heeft de Tweede Kamer vorig najaar opzettelijk onjuist geïnformeerd over het onderzoek dat de Maastrichtse hoogleraar staat- en bestuursrecht prof.mr. A.Q.C. Tak heeft gedaan naar de rechtsbescherming van de burger tegen de overheid.

Prof. Tak zegt dat hij tot geen andere conclusie kan komen aangezien het kabinet volhardt in zijn eerder gedane onjuiste mededelingen. "Die (bewuste misleiding) is vooral daarom zo ernstig, omdat zij de harde conclusies ontkent van een zware wetenschappelijke studie, die met tal van feiten uitwijst dat regelmatig sprake is van schending van wetsvoorschriften die de burger bescherming moeten waarborgen tegen de overheid. U (Balkenende) wijst, zonder enige feitelijke weerlegging, deze rapportage van de hand. (...) Heb ik tot op heden deze misleidende voorstelling van zaken, zoals u die ook aan de volksvertegenwoordiging heeft gedaan, opgevat als gevolg van slordig kennisnemen van mijn studie, nu blijkens uw recent schrijven mijn werk grondig door u is doorgenomen, kan ik niet anders concluderen dan dat deze valse voorstelling opzettelijk is gedaan - en thans herhaald", schrijft prof. Tak in een open brief gericht aan demissionair premier Balkenende.

Prof. Tak publiceerde eind augustus 2002 een lijvig rapport naar het Nederlands bestuursprocesrecht. Hij concludeerde daarin onder meer dat het systeem van rechtsbescherming van de burger tegen de overheid alarmerende vormen heeft aangenomen. De schuld hiervoor ligt volgens Tak vooral bij de Algemene Wet Bestuursrecht en de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State als (mede) hoogste bestuursrechter.

Het SP-tweede kamerlid De Wit kreeg op vragen hierover kort na de publicatie van de verantwoordelijke bewindslieden het antwoord dat "Prof.dr. A. Tak geeft ook aan dat zijn oordeel is gebaseerd op impressies en niet is onderbouwd met sociaal-wetenschappelijk en/of bestuurskundig empirisch onderzoek." Volgens Tak ging het hier enkel om een verwijzing in de studie naar een eerder door hem gedane uitspraak, terwijl de 1.200 pagina's tellende studie met ruim 4.000 voetnoten juist bol staat van de wetenschappelijke bewijzen voor zijn stelling. Prof. Tak beschuldigde het kabinet op grond daarvan van het onjuist informeren van de kamer en het aantasten van zijn wetenschappelijke reputatie.

In een brief van medio maart aan prof. Tak schrijft demissionair minister Remkes van Binnenlandse Zaken namens premier Balkenende dat hij in de studie tevergeefs heeft gezocht naar "een passage waarin Uw stellingen (van Tak) over de Raad van State met kwalitatieve gegevens worden onderbouwd." Minister Remkes ziet derhalve geen aanleiding voor de door Tak gevraagde genoegdoening voor de aantasting van zijn integriteit als wetenschapper.

In zijn open brief geeft prof. Tak nogmaals expliciet aan dat het standpunt van het kabinet nog steeds niet steunt op de feiten zoals die in de studie door hem worden aangevoerd. Prof. Tak verbindt daar thans de conclusie aan dat het kabinet de kamer opzettelijk onjuist heeft geïnformeerd bij de beantwoording van de vragen van De Wit.

19 september 2002

Tak beschuldigt kabinet van aantasting wetenschappelijke integriteit
Naar aanleiding van beantwoording van kamervragen

Hoogleraar staats- en bestuursrecht prof.mr. A.Q.C. Tak, verbonden aan de Universiteit Maastricht (UM), is laaiend op premier Balkenende en de ministers Remkes (binnenlandse zaken) en Donner (justitie) naar aanleiding van de beantwoording van kamervragen van SP-tweede kamerlid De Wit.

In een open brief aan het kabinet schrijft Tak vandaag dat hij zich ernstig aangetast acht in zijn integriteit als wetenschapper. In de beantwoording van de vragen van De Wit inzake de wijze waarop de Raad van State invulling geeft aan de zijn rechtsprekende functie, schrijven de bewindslieden onder meer: "Prof.dr. A. Tak geeft ook aan dat zijn oordeel is gebaseerd op impressies en niet is onderbouwd met sociaal-wetenschappelijk en/of bestuurskundig empirisch onderzoek."

Daarover schrijft Tak in de open brief: "Ik acht dit antwoord aan een kamerlid zonder meer onjuist en misleidend. 1200 pagina's wetenschappelijke bevindingen, met meer dan 4000 voetnoten (...) worden er door veronachtzaamd. Deze bewering loochent mijn studie en bewijst dat daar geen kennis van werd genomen alvorens te antwoorden." Volgens Tak is de bewuste passage overgenomen uit een artikel van zijn hand in het Nederlands Juristenblad van 1999, waarnaar hij in zijn studie heeft verwezen.

Tak publiceerde begin augustus een lijvig rapport naar het Nederlands bestuursprocesrecht. Hij concludeerde daarin onder meer dat het systeem van rechtsbescherming van de burger tegen de overheid alarmerende vormen aangenomen. De schuld hiervoor ligt vooral bij de Algemene wet bestuursrecht en de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State als (mede) hoogste bestuursrechter

Persberichten 2002

7 augustus 2002

"Rechtsbescherming burger tegen overheid verdwenen"
Hoogleraar staats- en bestuursrecht Tak:

Het systeem van rechtsbescherming van de burger tegen de overheid heeft alarmerende vormen aangenomen. Er is sprake van een formulierencontrole waarbij het belang van de burger die bezwaar of beroep heeft aangetekend, volledig naar de achtergrond is verdwenen. Deze formalistische benadering lijkt meer op een spelletje "tikkertje af" dan dat er daadwerkelijk wordt gewaakt over individuele rechtsposities van burgers tegen overheidsbestuurders. De schuld hiervoor ligt vooral bij de Algemene wet bestuursrecht en de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State als (mede) hoogste bestuursrechter.

Prof.mr. A.Q.C. Tak trekt die conclusie in een lijvige studie naar het Nederlandse bestuursprocesrecht, waarvan de resultaten deze week in twee delen verschijnen bij uitgeverij Sdu. Tak is als hoogleraar staats- en bestuursrecht verbonden aan de Universiteit Maastricht (UM). Hij is daarnaast al tientallen jaren (plaatsvervangend) raadsheer in de Centrale Raad van Beroep te Utrecht en raadsman van het professionele bureau Bestuursjuridische Advisering te Meerssen. Prof. Tak heeft een naam opgebouwd als expert op het terrein van privaatrechtelijk handelen van de overheid en hij is kenner bij uitstek van het bestuursprocesrecht. Hij staat met name bekend als de grondlegger van de "Maastrichtse School", die zich kenmerkt door een kritische bewaking van overheidsbevoegdheden.

Prof. Tak constateert dat de mogelijkheden zijn toegenomen om burgers een uitspraak te onthouden wanneer ze in bezwaar of beroep procedurefouten hebben gemaakt. "Als men er al in slaagt deze dodelijke ontvankelijkheidsvalkuilen te vermijden, moet men bedacht zijn op een volledig respecteren door de rechters van alle bestuurlijke oordelen en keuzes. Alleen bij onmiskenbare inbreuken op de wet kan nog worden gerekend op enig succes." Maar zelfs in zulke gevallen is volgens prof. Tak bijna altijd sprake van een Pyrrhus-overwinning. "Wat volgt is slechts een formele vernietiging, waarna het bestuur een nieuw besluit mag nemen, dat in vele gevallen inhoudelijk gewoon hetzelfde is en dat dan wel door de rechters wordt geaccepteerd. Van een daadwerkelijke vaststelling en bescherming van de rechtspositie van de eiser is - buiten die gevallen waarin de wet gewoon de uitslag dicteert, zoals bij belastingen en uitkeringen - vrijwel nooit sprake."

De kritiek van prof. Tak richt zich vooral op de Raad van State, waarvan de afdeling bestuursrechtspraak in hoogste ressort oordeelt over de meeste bestuursrechtelijke aangelegenheden. "Deze instantie is primair een adviseur van de overheid. Voor de benoeming van de leden van de Raad van State inclusief de afdeling Bestuursrechtspraak blijkt zelfs een juridische opleiding niet nodig. Zij bekijken de hen voorgelegde zaken puur met een bestuurlijk oog." Volgens Tak kan de uitslag van iedere procedure dan ook worden voorspeld aan de hand van twee maatstaven: 1. bevestiging van de gevestigde orde en 2. het vermijden van iedere eigen verantwoordelijkheid door de rechter.

    Persberichten van Prof. Tak van de Universiteit Maastricht
    Prof. A.Q.C. Tak oud-hoogleraar aan de universiteit van Maastricht stapt op als raadsheer
    Raad van State blijkt tandenloze tijger, haar uitspraken worden simpelweg genegeerd
    Rechtsbescherming moet nú in regeerakkoord
    Brief aan Prof. Tak van St. tot behoud leefmilieu Buggenum, Haelen, Hom, Nunhem te Buggenum
    De verbijsterende conclusie van Prof. Tak over de Raad van State
    Hoogleraar Twan Tak (Universiteit Maastricht slaat alarm
    Maar ook de heldere analyse van Prof. Bovenkerk (criminoloog) over collusie en klokkenluiders
    Rechters nemen Raad van State onder vuur wegens oneerlijke beslissingen
    Maar ook de heldere analyse van Prof. Bovenkerk (criminoloog) over collusie en klokkenluiders

    Terug naar het begin