Antecedentenregister RM . . . . SDN homepage . . . . Mijn Pleidooi


    Utrecht 31-07-01.

    A. v. Velsen
    P/a Laan van Vollenhove 63
    3706 CB. ZEIST

    Per Faxbericht.

    Aan: De vice- President v/d Rechtbank, Mr. S.J. van Klaveren. Griffie v/h arr. Parket te Rotterdam. P.b. 50956 3007 BT. Rotterdam.


    Uw kenmerk; RK 00/1283 en 00/1284
    Onderwerp; Uw Brief 27-07-01.
    Parket No. 031604-99


    Edelachtbare heer van Klaveren,

    In antwoord op Uw brief van 27-07-01, en tevens ten gevolge van gebeurtenissen, waarvan o.a. in mijn brief (zie bijlage) van 26-07 melding gemaakt wordt, deel ik U het volgende mede.

    Als gevolg van een groot aantal onwettige overheidsdaden, waarvan een aantal, indien zij waren gepleegd door burgers, zouden hebben geleid tot onder meer veroordelingen tot vrijheidsberoving of ontslag op staande voet, ben ik als slachtoffer op een meer dan ernstige wijze gedupeerd.

    Onder de verantwoordelijkheid van de Officieren van Justitie Mr. G. Knobbout, Mr. P.G. Blanken en Mr. H.F. Mos duurt deze situatie tot heden voort vanwege hun ongekend, moreel ongerechtvaardigd en pertinent asociale gedrag wat voortkomt uit de onwettige pogingen om zich ten koste van mijn vrijheid, gezondheid en bereikte sociale en materiele verworvenheden van de zaak af te doen. Van mijn verklaringen en klachtbrieven is niet anders te maken dan een oprechte waarheid- getrouwe en logische onderbouwing van feiten, welke nooit in enig document weerlegd zijn.

    Uit psychiatrisch onderzoek, in opdracht van de rechter-commissaris uitgevoerd, blijkt niets van mogelijke gestoordheid of gekte, ook mag ik aannemen dat dit uit mijn correspondentie met de betrokken Politie en Justitie functionarissen op te maken valt.Psychiatrische rapporten van onderzoek destijds in opdracht van de Raad voor Kinderbescherming welke de rechtbank adviseerde om mijn kinderen na scheiding aan mij toe te wijzen heb ik ter beschikking van Justitie gesteld. Na mijn vrijlating ben ik tevens onderzocht door een psychiater van "de Waag" te Utrecht welke in overleg met de Justitie onderzoekt.

    Verder heb ik op eigen initiatief advies ingewonnen bij psychiater Dr. S.J. Mathijsen uit Zeist die na een aantal afspraken tot de conclusie kwam dat mijn problemen andere zijn dan die van psychische aard, n.l. een verscheidenheid van ongerechtvaardigd Politie en Justitie optreden. Na toestemming van de Secretaris-Generaal Mr. H.C.J.L. Borghouts heeft de psychiater de heer Borghouts over mijn toestand en zijn conclusies geïnformeerd.

    Na deze uitgebreide rapportages omtrent mijn psychisch welzijn meenden politie en Justitie toch voldoende redenen te hebben mij wederom, en ditmaal in de Politiecel te moeten laten onderzoeken, eerst door de forensisch arts Dokter van Leeuwen, die mij tot verbijstering van de Politie normaal verklaarde, en later door de R.I.A.G. psychiater Koopman die dit nogmaals bevestigde.Een brug te ver in de criminele op mij toegepaste vooringenomen arrogantie van Politie en Justitie om toch vooral te zoeken naar een stok om deze hond te slaan.

    Blz. TA. 71.

    Mijn motivatie om de waarheid aan het licht te brengen omtrent de opsporingsmethoden van de Politie, is mede met de resultaten hiervan bekend, terwijl de resultaten van de verdachtmaking tegen mij, ondanks de enorme vooringenomen inzet van de Politie exact nul zijn. De tegenwerking van Justitie om de aangifte vanwege valse aangifte op te nemen frustreerde de rechtsgang gedurende 8 maanden, waarna ik ongebruikelijker wijze alsnog toestemming kreeg van de Off. v.Justitie om de aangifte te doen. Deze goed onderbouwde aangifte die even zovele feitelijke waarheden bevat als de aangifte tegen mij destijds onwaarheden, is door de officier van Justitie afgedaan bij politie sepot, wat wederom de rechtsgang frustreert.

    Mijn ervaringen met de Politie en Justitie te Rotterdam geven mij door de onafwendbare en onbetrouwbare betrokkenheid van de Off. van Justitie te Rotterdam tijdens de geplande terechtszitting van 08-08-01 geen vertrouwen in een goede rechtsgang. Dit vanwege het door Justitie opzettelijk ontlopen van feitelijke erkenning van gepleegde ontoelaatbare daden die de rechtsgang frustreren.

    Uitdrukkelijk breng ik naar voren dat het niet mijn bedoeling is om hiermee de rechter in verlegenheid of diskrediet te brengen, doch grote problemen heb met het beginsel van "terechtszitting", de verbondenheid aan de sector "strafrecht" in combinatie met de aanwezigheid van de vooringenomen aanklager welke ongerechtvaardigd en gedurende 20 maanden gemeenschapsgeld misbruikend, getracht heeft om mij onschuldig in de gevangenis te krijgen, tegelijkertijd in de wetenschap zijnde van de onhaalbaarheid hiervan, en alsmede weigert om te getuigen van enige moraal en mij dientengevolge te rehabiliteren.

    Een onmondiger en met minder doorzettingsvermogen behepte verdachte zou, geconfronteerd met gelijke omstandigheden zeerzeker onschuldig in de gevangenis zitten, dit kan en mag niet meer gebeuren.Toevallig sta ik tegenover Justitieel onrecht en discriminatie van de burger, en indien ik zwicht voor enig onderdeel hiervan maakt mij dat mede schuldig aan het volgende slachtoffer van dergelijk Justitie beleid. Zelden is de gelegenheid voor het scheppen van een rechtvaardiger beleid en het aan de kaak stellen van het verschil in gelijke persoonsbehandeling betreffende burger en overheidsfunctionarissen zo duidelijk voorhanden als nu. Vele hoge functionarissen met corrigerende bevoegdheden zijn immers op de hoogte van de bekende feiten en kunnen hun handen niet in onschuld wassen. Mijn bereidheid om mijn leven op het spel te zetten om hen ter verantwoording te roepen zie ik enkel als de prijs die nodig is voor verbetering van een rechtvaardiger samenleving.

    Op grond van het door mij hierboven uitgesproken en onderbouwde gebrek aan vertrouwen en respect heb ik de schadeclaim als èèn geheel zoals die ook is aangericht vanuit èèn motief, op voorstel van de heren Borghouts en vertrouwenspersoon P.R.F. baron Groeninx van Zoelen ingediend bij de korpsleiding van Rotterdam. Naar aanleiding van de bespreking met de heren, het later overleg met de heer Groeninx, mijn onhoudbare huidige omstandigheden, en de ongerechtvaardigde lange termijn waarin de Justitie de kwestie manoeuvreert, heb ik een termijn gesteld waarin de Politie kan komen tot bezinning en bereidheid tot een oplossing. Die termijn eindigt op 2 augustus, waardoor mogelijk bovenvermelde problemen i.v.m. de zitting vanwege schade vergoeding door onterechte hechtenis achterwege zou kunnen blijven, en door de korpsleiding in een enkele, verwarring voorkomende schadevergoeding kan worden afgedaan.

    Na 2 augustus informeer ik U zo spoedig mogelijk omtrent het resultaat van mijn schadeclaim en onderbouwing hiervan, welke tot deze datum in behandeling is bij de korpsleiding.

    Hoogachtend,

    A. van Velsen


    Bijlagen, blz TA. 17, 21 en 68.
    C.c.
    Mr H.C.J.L. Borghouts, Secretaris-Generaal van Justitie,
    R.M.T. Verheijde, griffier,
    off.v.Justitie te Rotterdam,
    korpsleiding Rotterdam.

    Blz. TA. 72.


gepubliceerd bij: St. Sociale Databank Nederland