Actuele verslagen en commentaren om onwaarheden en ontbrekende vragen over de Bijlmerramp aan de orde te stellen

André Bos doet verslag van zijn ervaringen rond de Bijlmerramp

Burgers & Bijlmer . . Bijlmer enquête . . Doemvlucht <===> Kamerzetel 151. . SDN . . Heijboer

Er komt een Boeing 747 aangevlogen, ik hoor dat hij te laag zit

Slachtoffer... Hoe bedoelt U?

Ik zal U in het kort vertellen hoe mijn leven is verlopen sinds 4 Oktober 1992 18.30 uur

El Al

Er komt een Boeing 747 aangevlogen, ik hoor dat hij te laag zit en volop zijn motoren overtrekt. Zoals iedere zondag maak ik mijn computer back-up om weer vers de nieuwe week in te gaan. Op dat moment zeg ik tegen Sonja die bij mij was, Jezus die idioot zit laag en pak vervolgens de telefoon en draai 0611 - Ik heb namelijk al eerder tijdens vliegshows van de Koninklijke Luchtmacht 2 toestellen horen en zien neerstorten en herkende als zodanig de geluiden en wist dus wat er kon gaan gebeuren.

Op het moment dat de telefoon de eerste keer over gaat scheert het toestel met de vleugels in verticale positie (waarvan aan de onderste vleugel 2 motoren ontbraken) met de buikzijde en het landingsgestel naar mij toe gericht rakelings langs mijn woning en duikt voor mijn ogen op de vijfde / zesde en zevende etage door de flatgebouwen Groeneveen en Kruitberg heen. Vervolgens was er een enorme vuur explosie rond het moment dat de onderste en bovenste vleugel tegen het gebouw komt.

Mijn woning stond te trillen als ware het een aardbeving. Even heb ik toen gedacht van nou, je laatste uur heeft geslagen, de flat stort in. Op dat moment wordt mij voor korte tijd het zicht verder ontnomen vanwege de grote vuurbal tot aan nabij mijn balkon. De politie neemt op en ik vertel wat er aan de hand is en vraag om met spoed groot alarm te slaan, brandweer, veel ambulances en afzetting materiaal naar Groeneveen / Kruitberg te sturen en verder hoe de situatie er voor stond (plm. 100 tot 120 in brand staande woningen en vermoedelijk een paar honderd doden en/of gewonden).

In eerste instantie ging ik er van uit dat het een passagiers vliegtuig betrof. Hierop kreeg ik als antwoord: "meneer we zullen eerst even een wagentje sturen om te kijken wat er aan de hand is", waarop mijn antwoord luidde "val dood". Vervolgens heb ik de telefoon opgelegd. Na het optrekken van de vuurbal springen er voor mijn ogen mensen naar beneden, sommigen brandend, gillend, anderen in paniek. Sonja die bij mij was raakte lichtelijk in een hysterische toestand, ze wilde vluchten, ze dacht dat ook mijn woning was geraakt en in elkaar zou storten, ik heb haar toen naar het raam aan de balkon zijde geroepen en gezegd: "Hier is niets aan de hand, het is aan de overkant."

Om 18.36 heb ik mijn colbert en schoenen aangetrokken en mij naar het rampterrein gespoed. Onderweg bij de gele lift heb ik Sonja, die bij mij was gemaand naar het maaiveld te gaan. Ik kwam bij het gecrashte blok aan en kreeg meteen in samenwerking met een ambtenaar van de dienst parkeer beheer de coördinatie van de ontruiming op mijn schouders. Vervolgens heb ik mij aldaar samen met 3 andere burgers, en een beveiliging beambte van de Nederlandse Veiligheid Dienst bezig gehouden met het ontruimen en evacueren van bewoners uit de betreffende woningen, ook die in brand stonden, omreden dat er gevaar was voor verdere ontploffingen en/of explosies door lekke gasleidingen alsmede het gevaar van instorting van de rest van het blok.

Bij deze evacuatie hebben wij bij woningen voor zover mogelijk naar binnen gekeken en waar een mogelijk teken van aanwezigheid was (bijv. een televisie die aanstond, of eten op een gasfornuis) maar geen reactie, hebben wij gezamenlijk ramen en of deuren geforceerd en woningen doorzocht. Hierbij heb ik mensen aangetroffen die apathisch waren, die zich hadden verstopt in kasten of douche cellen, die hysterisch waren, die in paniek waren, die gewond waren, die dachten dat zij dood waren, en ook die op rooftocht waren.

Halverwege de gele lift heb ik deze samen met Bud Pronk - de beambte van de Dienst Parkeerbeheer - buiten gebruik gesteld door er - naar later bleek - een stuk vliegtuigstaal van de tussen de liftkooi en de schacht te wrikken. Hierna hebben ik en enkele anderen de toegang tot de gele lifthal afgesloten om te voorkomen dat er toch mensen het gebouw in zouden gaan. Aldaar meldden bewoners zich in paniek of zelfs hysterisch dat zij naar boven wilden om goederen of kinderen veilig te stellen. Waar het kinderen betrof hebben wij de sleutels van de woningen aangenomen en zijn daar vervolgens gaan kijken. Op deze wijze konden wij de paniek situatie onder controle houden.

Ruim 20 minuten na de inslag kwamen twee onervaren jonge agentes paniekerig de binnenstraat doorlopen en zij wisten zich geen raad met de situatie. Ik heb ze toen gevraagd om op iedere etage een agent in de lifthal te stationeren om te voorkomen dat een ieder via andere liften over de galerijen in het gecrashte blok kon komen en aldus te voorkomen dat de (openstaande) woningen zouden worden leeg geplunderd.

Zij gaven mij te verstaan dat daar geen personeel voor was, terwijl er op het maaiveld op dat moment 12 agenten voor de liftingang stonden om te voorkomen dat mensen met de niet werkende lift naar boven konden gaan. Na enige tijd kwamen er agenten naar onze afzetting in de binnenstraat en werden wij, hulpverleners van het eerste uur, als criminelen weg gejaagd. Zij wilden ook niet luisteren op welke wijze de situatie onder controle was. Want zo zeiden zij: "wij hebben de situatie goed en beter onder controle".

Als voorzitter van de Leefbaarheids Commissie Groeneveen en mede bestuurslid van de Bewoners Commissie heb ik nog een radio interview afgegeven waarbij ik een oproep heb gedaan op een ieder om zoveel mogelijk weg te blijven van het rampgebied, opdat hulp van brandweer, politie, etc. zo veel mogelijk vrije doorgang kon vinden.

Na al deze werkzaamheden zijn ik en andere hulpverleners door de politie verwijderd naar buiten de afzettingsgrens op het maaiveld niveau. Aldaar aangekomen constateerden we tezamen met de Bijlmer politie dat er complete rooftochten werden gehouden binnen het afgezette deel en heb vervolgens met enkele anderen in overleg met de Bijlmer politie opnieuw positie gekozen op het ramp terrein ter hoogte van de knik van het getroffen blok.

Hier vandaan hebben we de in de flat aanwezige agenten moeten toe schreeuwen op welke etage er op dat moment werd ingebroken en op welke etage er mensen verbleven die daar niets te zoeken hadden. Dat wij zo moesten schreeuwen kwam doordat de portofoons van de diverse corpsen niet op elkaar waren afgestemd, dus onderlinge communicatie was bijna niet mogelijk. Tegen 22.00 uur zijn we aldaar opnieuw door van niets wetende agenten uit de regio Rotterdam met de wapenstok verwijderd.

Zij beweerden ondanks dat er woningen werden leeg geroofd de situatie meester te zijn. Ik heb mij huiswaarts gekeerd om familie te verwittigen dat ik nog in leven was, om Sonja op te zoeken en om in mijn computer te kijken welke woningen er verloren waren gegaan en waar eventueel hoeveel slachtoffers konden zijn gevallen. Hier bleek dat door de crash van het vliegtuig óók mijn computer die tijdens de crash zijn wekelijkse bedrijfs- back-up stond te draaien door het magnetisch veld en de trillingen was gecrasht en alle bedrijfsadministratie e.d. verloren is gegaan. Ik heb mijn computer toen opnieuw met een opstartschijf opgestart en via de gegevens die ik nog op een losse floppy had staan aantekeningen gemaakt op een gevelraster gemaakt die ik vervolgens heb meegenomen.

Sonja was erg angstig en bang dat ik niet meer uit het gebouw zou terug keren omdat er zich tussen haar en mij nog enkele ontploffingen voor deden. Zij was met een flat bewoner mee naar huis gegaan en heeft aldaar onder andere mijn moeder gebeld. Nadat ik via mijn moeder te weten was gekomen waar Sonja zat heb ik haar aldaar opgezocht. Ik trof beiden aan in een paniek toestand, daar de bewoner het vermoeden had dat zijn beste vrienden om het leven waren gekomen.

Om ongeveer 01.00 uur heb ik beiden meegenomen naar de sporthal en hun en mijzelf aangemeld als hulpverlener / slachtoffer bij het opvang centrum aan het zwembad. Hier aangekomen kreeg ik te horen dat mij de toegang tot het centrum werd geweigerd, daar ik (inmiddels moeilijk ter been) aan de hand van mijn huisnummer geen slachtoffer kon zijn. Voor de deur van het zwembad heb ik vervolgens middels het meegenomen gevelraster voorlichting gegeven aan familie, vrienden en aanverwanten van mogelijke slachtoffers, door hen te informeren welke woningen er bij de ramp betrokken waren en welke niet. Ter plaatse heb ik nog enkele interviews gegeven voor de Belgische, Deense en Duitse televisie.

Na ruim een uur ben ik vervolgens weer met naar later bleek opnieuw gescheurde enkelbanden lopende... (ik mocht geen gebruik maken van de slachtoffer pendel bus) huiswaarts gekeerd. Daar aangekomen kreeg ik te horen dat ik de flat niet mocht betreden vanwege gevaar. Ik ben toen doorgelopen naar de Groesbeekdreef en daar vervolgens een uur gebleven.

Om 02.45 werd ik door het Leger des Heils getrakteerd op een kop soep. Tijdens het nuttigen hiervan ben ik in gesprek geraakt met een aantal Journalisten en fotografen van enkele Nederlandse week en/of maandbladen waaronder het blad actueel. Hierna ben ik met hen opnieuw naar huis gekeerd. De journalist heeft bij mij thuis een interview afgenomen en de fotograven hebben honderden foto's gemaakt tot 's morgens 08.00 uur aan toe.

Maandag en dinsdag ben ik vervolgens in Groeneveen gebleven omdat ik meende aanwezig te moeten zijn voor o.a. de bewoners en of familie leden en bekenden van deze bewoners te helpen, te informeren en te ondersteunen waar mogelijk. Ik ben in contact getreden met het crisis centrum om voor achterblijvenden te achterhalen welke mensen zich in leven hadden aangemeld om onnodige ongerustheid weg te nemen. Deze gegevens mochten niet worden vrij gegeven dus onzekerheid en angst steeg.

Daar een grote groep mensen van hulpverlening werd uitgesloten heb ik vervolgens tezamen met anderen met spoed een inloop ruimte trachtten te realiseren, zodat mensen hun verhaal kwijt konden. Omdat er van gemeente wegen, de stadsdeelraad en de woningbouw vereniging geen medewerking werd verleend hebben wij vervolgens in overleg met de bewoners commissie Gooioord een inloop ruimte geopend in hun vergader ruimte. Hieruit is de nul lijn hulpverlening op gang gekomen.

Ik ben toen vanaf woensdag weer aan de slag gegaan in de broodjes zaak waarmee Sonja bezig was om over te nemen. Ik heb daar ook mijn werk gedaan door mijn telefoon door te schakelen. De ramp bleek zeer ingrijpend op haar te hebben ingewerkt en zij begon zich langzaam maar zeker agressiever op te stellen onder andere richting haar klanten en raakte het overzicht op haar werkzaamheden kwijt. Na enkele weken begon ik mij steeds meer te realiseren en bewust te worden wat er was gebeurd, wat ik had gedaan, welke risico's ik had genomen en dat bij een paar meter dichter langs mijn huis ook ik het niet had overleefd.

In deze periode blijkt mijn direct geheugen het te laten afweten en moest ik mijn werkzaamheden met mijn bedrijf stil leggen op advies van het RIAGG. Ik kwam er achter omdat een klant mij belde met de vraag waar de bevestigingen waren gebleven voor een rit met 23 bussen naar Brussel, hetgeen ik totaal niet meer wist.

Om deze reden heb ik mij vervolgens aangemeld bij het RIAGG en aldaar een intake gesprek gehad met mevr. Vermunt die het advies gaf om alle bedrijfsactiviteiten te staken om de vervolgschade te beperken en af te wachten op verdere behandeling. Ik zou een oproep krijgen van het RIAGG. Deze oproep kwam echter nooit. Na uitgezocht te hebben wat hiervoor de reden was bleek dat men de hulpverleners van het eerste uur met geen mogelijkheid kon behandelen omreden dat men daar simpelweg geen behandel methode voor had en omdat zij niet als zodanig werden en waren erkend door bijvoorbeeld de gemeente.

Vervolgens ben ik drie keer behandeld door een particuliere Psychologen praktijk PPAZ. De behandeling moest echter worden gestaakt omdat deze voor eigen rekening ging komen omdat niemand voor de kosten garant stond. Nu na twee en een half jaar ben ik nog steeds in afwachting voor verdere behandeling en of debriefing voor mij als persoon en als hulpverlener.

Door mijn geheugen verlies en de crash van mijn Computer ging mijn bedrijf vervolgens compleet verloren. Mijn schade werd door een belasting advocaat berekend en op om en nabij 1 Miljoen gulden derving van inkomen beraamt, buiten de tegoeden die ik door verlies van mijn administratie niet meer kon innen of claimen, de investeringen en de bedrijfswaarde. De derving schade was relatief laag omreden dat ik tijdens de opbouw jaren zeer hoog investeerde, waardoor de winst met +/- 20% per jaar steeg, om met een goed lopend bedrijf definitief aan een GAK uitkering te kunnen ontkomen en een fulltime baan te beoefenen. Alle bedrijfskosten liepen gewoon door, klanten betaalden niet meer, en schulden gingen zich opstapelen, (boven op de derving schade) en dan hebben we nog niet eens over immateriële schade, door dit alles opgelopen.

Vele bewoners waaronder sommigen suïcidaal, bleken buiten de reguliere hulpverlening te vallen. Hiervoor hebben we op Kerst avond 1992 in de huismeester ruimte een opvang gerealiseerd na twee maanden touw trekken met de woningbouw vereniging Nieuw Amsterdam. Afgesproken werd dat Nieuw Amsterdam alle kosten ten behoeve van het inloop centrum zoals koffie, thee en dergelijke voor haar rekening zou nemen. (Kantoor kosten moesten wij echter zelf zien te financieren door bijvoorbeeld een bijdrage te vragen van het bedrijfsleven.)

Deze beloften zijn echter tot heden toe nooit nagekomen, al dus moest deze ruimte uit eigen portemonnee gefinancierd worden. Nog sterker, het personeel van Nieuw Amsterdam alsmede aannemers maakte dankbaar gebruik en misbruik van de geboden service van koffie, thee, suiker etc. behalve het nuttigen hiervan kreeg alles, van toilet papier tot en met declaratie nota's spontaan pootjes. Dit inloopcentrum hebben wij daar dagelijks in stand gehouden waarbij dagen van 18 tot 20 uur niet vreemd waren.

In April 1993 kwam er een kink in de kabel en moesten wij hals over kop deze ruimte uit omdat daar per direct een verhuur medewerker kantoor moest gaan houden. Als compromis kregen wij een andere woning ter beschikking waar wij gebruik van konden maken, omdat er door de vliegramp geen collectieve ruimte meer was, terwijl de bewoners van Groeneveen er in hun huur wél voor betalen. De afspraak werd ook gemaakt dat als we er uit moesten op den duur, dan zouden wij huisvesting kunnen krijgen in de nieuwe terug komende collectieve ruimte.

Het nieuwe adres werd bij deze Groeneveen 217 op de 7e etage. Nieuw Amsterdam beloofde opnieuw om alle kosten te zullen dekken die hiermee gepaard gingen zoals behangen, schilderen, opknappen en aankleden van de woning. Er was zelfs een apart waardering potje voor beschikbaar gesteld. Hierop hebben wij voor het gestelde bedrag diverse aankopen gedaan en de nota's ingeleverd met als resultaat géén uitbetaling. Doordat ik in financiële nood kwam gaf Nieuw Amsterdam mondeling akkoord dat ik mijn huur twee maanden lang mocht inhouden.

Toen ik in de maand Mei mijn huur ging betalen stond mij een onaangename verrassing te wachten. Ik kreeg te horen dat ik een huurschuld had van twee maanden. Plotseling wist Nieuw Amsterdam niets meer van gemaakte afspraken over inhouden van huur om de gemaakte kosten te verrekenen. Dat was een zaak die stond volledig los van huurbetaling en kon ook niet worden verrekend. Ik heb op dat moment meteen de zogezegde huurschuld voldaan doormiddel van mijn uitkering met vakantiegeld op tafel te leggen.

Een paar dagen later kwam de volgende onaangename verrassing in de vorm van een brief van een deurwaarder, waarin in werd gesommeerd op per direct drie maanden huur te betalen omdat ik een wanbetaler zou zijn en huurschuld had. Ik heb toen meteen de betalingsbewijzen getoond dat deze betaling al had plaatsgevonden en verteld waaruit deze zogenaamde huurschuld bestond. Daar had de door Nieuw Amsterdam ingeschakelde deurwaarder niets mee te maken.

Nieuw Amsterdam had de deurwaarder al op de eerste werkdag van de maand opdracht gegeven om dat bedrag te innen en dat zouden ze dan ook desnoods via beslaglegging uitvoeren. Toen uiteindelijk bleek dat de betaling inderdaad had plaatsgevonden werd mij meteen kenbaar gemaakt dat ik toch een wanbetaler was geweest en dus ook verplicht was om de opgelegde boete van bijna duizend gulden per ommegaande te betalen. Deze boete is naderhand ook door de rechter bekrachtigd omdat er door Nieuw Amsterdam werd gesteld dat de huurschuld volledig los stond van de bedragen die ik van Nieuw Amsterdam tegoed had.

Van de Gemeente Amsterdam kwam een waardering subsidie van Fl. 4000,00 , hiervan moesten de eerste kosten voor inboedel en benodigdheden worden gedekt, alsmede reclame en informatie kosten. Vervolgens werd er de belofte gedaan door de gemeente Amsterdam dat wij na een jaar opnieuw voor subsidie in aanmerking konden komen voor het ontplooien van diverse activiteiten.

Dit stimuleerde ons dan ook om door te gaan met onze activiteiten. Het aantal medewerkers werd uitgebreid met een klinisch psychologe en een therapeute. Vanwege de vele door cliënten aan ons gestelde vragen voelden wij ons als Klankbord genoodzaakt om te gaan onderzoeken wat er nou werkelijk aan de hand was op het gebied van:

    • de oorzaak van de ramp
    • de gezondheidsklachten
    • de schade afwikkeling
    • de psychische gevolgen
    • de lading van het betreffende vliegtuig
    • de giftigheid van deze lading
    • de gevolgen voor de gezondheid
    • de uitgevoerde onderzoeken hoe en door wie
    • de rol van de RIAGG daarin
    • de rol van de stads deelraad daarin
    • de rol van de gemeentelijke milieu dienst daarin
    • de rol van de Rijks Luchtvaart Dienst daarin
    • de rol van de brandweer daarin
    • de rol van de GG&GD daarin
    • de fouten die er zijn gemaakt tijdens de eerste uren.
    • het uitspitten van rapporten betreffende onderzoeken.
    • het gevaar van het in het toestel aanwezige verarmd Uranium

Hiervoor hebben wij vele deskundigen aangetrokken die op vrijwillige basis met ons zijn gaan samenwerken en ons van allerhande informatie voorzien.

Sedert eind 1993 begon vervolgens een van mijn huisdieren plotseling verlamming verschijnselen te krijgen, onderzoeken hebben geleerd dat het vrijwel zeker gaat om Uranium vergiftiging. Middels Amerikaanse ontgiftiging en merg aanmakende alsmede reguliere ontsteking remmende medicijnen wordt het dier sedert dien stabiel gehouden.

Begin 1994 kreeg ik het bericht dat ik niet in aanmerking kon komen voor een schade claim volgens het Amerikaans recht. Dit omdat mijn huisnummer niet correspondeerde met de door Boeing bepaalde huisnummers die in aanmerking kwamen. In dit kader werd gemeld dat de gemeente Amsterdam de gevaren zone had bepaald en dat deze was over genomen door Boeing.

Onderzoek leerde echter weer dat er nooit door de gemeente Amsterdam een gevaren zone is bepaald. Het enige waar deze zone van afgeleid zou blijken te zijn is een bepaling van de dienst herhuisvesting welke woningen al dan niet onbewoonbaar waren geworden en welke bewoners geëvacueerd moesten worden.

Hiermee werd gesteld dat ik geen traumatische gevolgen kon ondervinden. Het geduld van mijn schuld eisers raakt op en de aanvragen tot faillissement kwamen voor de dag. In 1994 heb ik mij vervolgens bij het noodfonds in Nederland (beheerd door de GG&GD te Amsterdam) aangemeld met een verzoek tot overname van de schulden om een faillissement te voorkomen, ook hier nul op het rekest omdat inmiddels de richtlijnen van Boeing waren overgenomen.

Men vond de situatie uiterst vervelend maar kon niets doen want regels zijn regels. Een aanvraag ingediend bij het Carnegie Helden Fonds dat als doelstelling heeft om mensen die zichzelf met gevaar voor eigen leven hebben ingezet om anderen het leven te redden te ondersteunen wanneer zij ten gevolge hiervan in financiële problemen geraken. Antwoord: "Uw schuld is te groot geworden". Dan maar een brief naar de koningin gestuurd, deze werd door gestuurd naar het ministerie van Sociale Zaken en kreeg als antwoord: "Meneer U heeft de schade aan Uzelf te wijten want U moet nou eenmaal rekening houden dat zoiets kan gebeuren".

"Dat U psychische schade heeft kunt U niet bij ons voor aankloppen, deze schade heeft U zich immers zelf aangedaan door uzelf binnen dat gebied te begeven". Op mijn vraag of ik niet de levens van mijn naaste behoorde te redden wanneer dit mogelijk was, kwam het antwoord: "Ik had ze niet gered want mijn gezondheid staat voorop". "Ik had gemaakt dat ik zo snel mogelijk wegkwam en nergens naar gekeken". "Meneer U bent zelf schuldig en het recht moet nu eenmaal zijn beloop hebben".

Per 21 April 1994 is er vervolgens een surseance van betaling afgegeven door de rechtbank voor een periode van 2 maanden, hierna zou vermoedelijk worden over gegaan tot een persoonlijk faillissement tenzij er voor 21 Juni 1994 een afkoop bedrag van plm. Fl. 15.000,00 tot Fl. 20.000,00 op tafel kwam. De rechter besliste dat het faillissement opnieuw zou worden bekeken op 21 oktober 1994 en zou dan opnieuw beslissen of er tot faillissement zou worden overgegaan of dat de surséance werd verlengd.

Nu was mijn vriendin in blijde verwachting en ik in de gelukkige omstandigheid vader te mogen worden. Ook hier weer opnieuw donkere wolken. Mijn huisdier moet via mijn kleding zijn besmet, dit betekent dat er een redelijke kans bestaat dat ook ik, mijn toenmalige vriendin en toekomstige kind besmet kunnen zijn.

Ik ben nu zes jaar na de ramp nog steeds bijna permanent verkouden, ik heb bijna geen reukvermogen meer, mijn long inhoud is sterk afgenomen, mijn luchtwegen zijn bijna doorlopend ontstoken, medicijnen werken niet, ik ben blij als ik voor 04.00 uur in slaap kan vallen, heb steeds vaker last van vermoeidheid, heb regelmatig zenuwpijnen en als ik mijn ogen dicht doe dan zie ik vaak nog het hele tafereel opnieuw.

Door de huidige omstandigheden en ontwikkelingen heb ik mijn inmiddels geboren kind niet kunnen en of mogen erkennen omdat ik d.m.v. mijn toen dreigende faillissement het inkomen van de moeder en de opgroei van het kind in gevaar zou brengen. Middels mijn uitkering zou het er op neer komen dat ik als er geen oplossing komt, levenslang zal moeten aflossen terwijl de schulden door rente over rente alleen maar zullen toenemen, zodat mij nalatenschap een miljoenen schuld zou zijn.

Door dit toen dreigende faillissement werd mij mijn rechtspersoonlijkheid ontnomen en zou ik nooit meer financiële transacties mogen uitvoeren of een nieuwe inboedel kunnen aanschaffen. Het inloopcentrum is in 1995 door de woningbouw vereniging gesloten omdat er volgens de gemeente geen mensen meer zijn die kampen met gezondheidsklachten. De gemaakte kosten zijn tot op heden nooit vergoed.

Sterker nog, in het kader van de hulpverlening, kreeg ik van een bedrijf een kopieer apparaat geschonken. De woningbouw vereniging meende na de sluiting van het inloop centrum haar recht te kunnen doen gelden op alle in deze ruimte aanwezige inboedel, tot mijn eigen kantoorinrichting welke ik had overgehouden aan mijn verloren bedrijf had overgehouden aan toe. Het onderzoek werk gaat echter nog altijd door en eens zal de waarheid boven water komen.


    SLACHTOFFER... HOE BEDOELD U?

Na dit alles te hebben mee gemaakt concludeerde ik bijna:

    LES NUMMER 1

    "HELP NOOIT UW NAASTE, U WORDT LEVENSLANG VEROORDEELD"

    LES NUMMER 2

    "IEMAND ZIJN LEVEN REDDEN IS IN NEDERLAND EEN GROTERE MISDAAD DAN VELEN HET LEVEN ONTNEMEN".


André Bos, Bijlmerbewoner
Amsterdam, dinsdag 21 juli 1998