door Kofi Annan
secretaris-generaal van de Verenigde Naties
(New York Times)
IK BEZOEK vandaag in Washington president Bill Clinton en leden van zijn regering - niet alleen om over Irak te praten, maar ook over het slepende probleem van de 1,3 miljard dollar aan achterstallige contributies die de Verenigde Staten de Verenigde Naties schuldig zijn. Toen ik secretaris-generaal werd in januari 1997 heb ik beloofd dat ik de Verenigde Naties nieuw leven zou inblazen en de Organisatie van hoog tot laag zou hervormen. Ik heb die belofte gehouden.
Toch zijn de Verenigde Naties nog steeds bankroet. Wij kunnen onze deuren slechts openhouden, doordat andere landen ons in wezen rentevrije leningen verstrekken om de tekorten te dekken die zijn ontstaan door de Amerikaanse nalatigheid - dat zijn niet alleen NAVO-bondgenoten als Groot-Brittannië en Frankrijk, Italië en Canada, maar ook ontwikkelingslanden als Pakistan en zelfs Fiji.
De Verenigde Staten hebben hun VN-contributie al enkele jaren niet geheel en ook niet op tijd afgedragen. In 1995 betaalden zij minder dan de helft van de verschuldigde bijdrage. Deze kloof is nooit gedicht. Wie profiteert er van armlastige Verenigde Naties? De agressors in de wereld wier plannen wij proberen te verijdelen; de schenners van de rechten van de mens wier misbruiken wij trachten te stoppen; de drugsdealers en internationale misdadigers wier praktijken wij aan de kaak stellen; de kooplieden des doods wier handel in wapens wij met onze verdragen proberen te verhinderen. En ook ons humanitaire werk tegen honger, armoede en het verlies van huis en haard wordt belemmerd.De Irak-crisis bewijst hoe onontbeerlijk de Verenigde Naties zijn voor vrede en veiligheid. Als het goed is, geeft mijn akkoord met Bagdad de wapeninspecteurs de kans om hun speurtocht naar en de vernietiging van Iraakse massavernietigingswapens uit te breiden - een resultaat dat we met andere acties wellicht niet hadden bereikt. De mensen worden' zich slechts af en toe bewust van de bijdrage die Verenigde Naties leveren bij het oplossen van conflicten, namelijk als er een crisis komt die ons aan de tv kluistert en die de voorpagina's beheerst. Mijn recente reis naar Bagdad was zo'n situatie.
Maar wij zijn nooit weggeweest uit Irak. Zoals Clinton talloze keren heeft herhaald, hebben de en gewapende VN-inspecteurs de afgelopen zes jaar meer massavernietigingswapens vernietigd en de operatie Desert Storm vermocht. Resoluties van de Veiligheidsraad hebben de sancties steeds weer bekrachtigd. Het olie Geef ons geld, dan klaren wij de klus voor voedselprogramma dat de Verenigde Naties beheren, heeft de nood van de Irakese burgers proberen te lenigen, met name van wouwen en kinderen. En toen de internationale gemeenschap besliste dat diplomatie in Irak een laatste kans verdiende, richtte de wereld haar ogen instinctief op de Verenigde Naties. Institutionele hervormingen zijn moeilijker te verkopen aan het publiek dan crisisbeheersing. Met mijn hervormingspakket hebben we de VN-uitgaven omlaag gekregen - tot 2,53 miljard dollar voor ~1998 en 1999 tezamen. Bijna duizend banen zijn geschrapt; de staf omvat nu minder dan negenduizend mensen Andere posten worden niet opgevuld. De administratieve uitgaven zijn van 38 procent van de begroting teruggesnoeid tot 25 procent. Onze topstructuur is afgeslankt, waardoor hij coherenter is en sneller kan reageren op de noden van de wereld. De Algemene Vergadering discussieert over mijn aanbevelingen om wetsprocedures te stroomlijnen en om voorzieningen te treffen voor nieuwe mandaten en een efficiënter begrotingssysteem.Natuurlijk, mensen zijn belangrijker dan de organisatiestructuur. Mijn recente benoemingen zijn onder andere die van Louise Frechette, voormalig Canadees staatssecretaris van Defensie, als vice-secretarisgeneraal; Mary Robinson, oud-president van Ierland, leidt onze inspanningen op het gebied van de rechten van de mens. En ex-senator Pino Arlacchi, een Italiaanse maffiabestrijder, leidt onze anti-drugs- en antimisdaadprogramma's; Klaus Töpfer, Duits minister van Stadsontwikkeling, stuurt het Milieuprogramma; Jayantha Dhanapala uit Sri Lanka, een expert op het gebied van de wapenbeheersing, wordt hoofd van Ontwapeningszaken. Hij leidt ook de speciale inspecteurs die de presidentiële paleizen in Irak gaan doorzoeken.
Er wordt wel eens gezegd dat alle politiek lokaal is. Maar in toenemende mate heeft lokale politiek wereldwijde consequenties. En die consequenties op hun beurt beïnvloeden de kwaliteit van het leven op alle plekken in de wereld. Een hernieuwd partnerschap tussen de Verenigde Naties en de Verenigde Staten is dus in het belang van beide. Maar er moet voor worden betaald. Om te parafraseren wat Winston Churchill tegen Franklin Roosevelt zei: Geef ons de middelen, dan doen wij het werk.(Kofi Annan is secretaris-generaal van de Verenigde Naties)