Reinier Kelder verbrandt zijn schilderij als protest tegen het cultuurbeleid van Delft


J. Thomassen . . F. Couwenbergh . . L. Laaf .. I. Veen <==> R. Kelder .. J. Jager . . Kunst . . E. Quakkelsteijn

Reinier Kelder zijn zinloze kreet van vuur

Delftse Courant van 15 juli 1998

Openbare schilderijverbranding door Reinier Kelder

Vlammend protest tegen 'falend kunstbeleid


Reinier Kelder, beeldend kunstenaar


Beeldend kunstenaar Reinier Kelder (51) gaat zaterdagmiddag op de Markt een van zijn recente schilderijen (Icarus II) verbranden. Hij protesteert tegen het 'krenterige gemeentelijke subsidiebeleid'.


    door Tom Tates

Delft - Reinier Kelder heeft zelfs al toestemming binnen van de gemeente. Hij mag zaterdag zijn Icarus II op de Markt in brand steken. De kunstenaar zal het doek - 145 bij 180 cm, cataloguswaarde vijfduizend gulden - om half drie temidden van een serie dranghekken met een liter wasbenzine besprenkelen. Lucifertje erbij en de 'hete' demonstratie kan beginnen. De actie, zo is de verwachting, zal niet aan de Delftse bestuurders voorbij gaan. Alle betrokken instanties hebben van Reinier Kelder namelijk een uitnodiging ontvangen voor wat hij noemt 'een vreedzame, oppervlakkige verbranding van een schilderij. Hoe dan ook moet de actie doorgaan, vindt de Delftse kunstenaar. "Tenzij ik het schilderij natuurlijk nog voor zaterdag kan verkopen". Hoewel het idee voor de protestactie van Kelder zelf is, ziet hij toch behoorlijk tegen de verbranding op.

"Ik zal echter niet zo emotioneel zijn als bij de crematie van een familielid. Hoewel? Het kunstwerk bevat een deel van mijn ziel, is een stuk van mezelf. En ik denk dat niemand dat bewust zou willen vernietigen. Maar ja, ik kan niet anders. Iemand moet toch in Delft het signaal geven dat het zo niet langer kan. Ik heb schoon genoeg van het kunstenaarsbeleid van de gemeente Delft. Een beleid wat bij 'democratisch' besluit haar kunstenaars al jaren structureel onrechtvaardig behandelt. De provincie Zuid-Holland en de Rijksoverheid zijn overigens medeplichtig aan deze misstanden".

Zaterdag belooft de zoveelste 'zwarte dag' in het leven van Reinier Kelder te worden. Na een mislukte carrière als architect ('ik was de rivaliteit en het gekonkel in dat geforceerde wereldje spuugzat') en een echtscheiding, besloot Kelder zijn mogelijkheden in de kunstwereld te gaan verkennen. Hij schreef zich in bij de Vrije Academie, maar koos na korte tijd - de VAK had voor mij een te amateuristisch karakter -toch voor een meer professionele studie aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag. Na zijn afstuderen, nu zo'n tien jaar geleden, begon Kelder als vrijgevestigd kunstenaar in Delft.

    Knokken

"Vanaf het eerste moment heb ik keihard moeten knokken om het hoofd boven water te kunnen houden Toen ik begon was de financieel comfortabele BKR (landelijke subsidieregelingen voor beeldend kunstenaars red.) namelijk al afgeschaft. Ik was uiteindelijk maar een fractie van m'n tijd bezig met schilderen.

Het overgrote deel van de werkweek ging op aan de boekhouding, public relations en andere zaken die bij het zelfstandig ondernemerschap horen. Ik heb ook in het begin wel kunnen profiteren van een regeling van de sociale dienst voor beginnende ondernemers. Zo kreeg ik anderhalf jaar lang een lening op bijstandsniveau om alles op te starten en in een later stadium nog eens duizend piek van de gemeente om een documentatiemap van mijn eigen werk te maken. Een goede presentatie is immers voor een kunstenaar van levensbelang. Daarna heb ik feitelijk nooit meer een cent van de gemeente gezien.

Tot twee keer toe heb ik in Delft subsidies aangevraagd die in de rest van Nederland heel gangbaar zijn. Maar zowel mijn subsidieverzoek voor een tentoonstelling als een voor een meer uitgebreide documentatie zijn afgewezen. Waarom? Volgens de gemeente Delft, omdat ik subsidies, had aangevraagd voor zaken die in Delft helemaal niet meer bestonden. 'Dat had u kunnen weten, mijnheertje', werd mij eventjes haarfijn uitgelegd.

De gemeente krijgt wel geld voor kunstenaarsprojecten, maar veegt alles in het potje culturele doeleinden. Als de gemeente een keer een groot project moet bekostigen, hebben de kunstenaars het nakijken. De knip is dan gewoon leeg. Maar ik heb geen boodschap aan hetgeen de gemeente bij democratisch besluit heeft afgeschaft. Ik zou niet weten waarom ik dat absurde beleid zou moeten pikken. En juist daarom vliegt mijn schilderij straks in de hens. Niet als ludieke actie waarmee ik mezelf in de publiciteit til, maar veel meer als een 'statement' tegen iets dat goed scheef zit".

    Inspanningen

Volgens Reinier Kelder krijgen grote gemeenten zoals Amsterdam, Rotterdam en Den Haag rechtstreeks geld van het Rijk voor kunstzaken. Middelgrote gemeenten zoals Delft en Leiden krijgen hetzelfde geld uitgekeerd via de provincie. Die gemeenten kunnen dat geld vervolgens naar eigen inzicht besteden. Kleinere gemeenten moeten hun aanvragen, indienen bij de provincie.

"Je moet als kunstenaar in Delft echt leuren om geld waar je recht op hebt. Alle inspanningen liggen hier bij de kunstenaar zelf. Dat is buitengewoon moeilijk te verteren. Bij ieder schilderij dat ik maak, heb ik het gevoel dat de gemeente niet achter me staat". Ondanks het 'krenterige' subsidiebeleid van de gemeente Delft, heeft Kelder recent zijn zoveelste geldverzoek richting gemeente gestuurd. Deze keer gaat het om een projectsubsidie voor een bronzen muurplaquette met daarop portretten van tien personen die iets hebben betekend voor de Delftse geschiedenis".

Hoewel de uitslag van die aanvraag volgens de kunstenaar nog niet bekend is, wil Reinier Kelder best op de zaken vooruit lopen. "Dat feest gaat natuurlijk weer niet door. Onbegrijpelijk, want dit project heeft echt een doel. De reliëfs zullen het Delftse straatbeeld een belangrijke meerwaarde geven. De gemeente moet daarin investeren en mij de opdracht en het geld geven om het te maken". Zou de gemeente dan iedere creatieve ingeving van een Delftse kunstenaar met geld moeten honoreren? "Als een kunstproject een mooi doel heeft, dan wel ja", zegt Kelder vastberaden.

    Bergje as

De kunstenaar hoopt dat zijn 'Icarus II' zaterdag niet geheel in vlammen zal opgaan. "Ik zou geen ware kunstenaar zijn als ik mijn werk zonder meer zou vernietigen, zonder te overwegen of er uit de vernietiging iets nieuws zou kunnen worden gecreëerd. Het bewuste schilderij verbeeldt de mythologische figuur Icarus die ter aarde de stortte nadat hij zijn vleugels van was door de hitte van de zon had verloren. Icarus vloog te hoog en hield zich niet aan het advies van zijn vader. De vleugels op het schilderij gaan - symbolisch - het eerste in de fik, denk ik. En de verlammen, hoop ik, zullen snel doven. Er zal, verwacht ik, veel meer overblijven dan alleen een bergje as. Misschien voegt de brand wel iets toe aan het oorspronkelijke werk. Derhalve is het niet uitgesloten dat de cataloguswaarde van 'lcarus II' na zaterdag een stuk hoger zal zijn dan de huidige vijfduizend gulden. Misschien iets leuks voor aan de muur bij de gemeente?"



Commentaar van de redactie van de Delftse Courant van 15 juli 1998.

    Niet reëel

Delft - "De actie van Kelder der tegen het zogenaamd falende gemeentelijke cultuurbeleid is verre van reëel.. De verbranding van zijn schilderij is gewoon de bittere nasmaak van een project dat door ons is afgewezen wegens een te geringe kwaliteit. Een te emotionele reactie dus en zonde van het schilderij".

Paulus van Uijthoven, sectorhoofd van de Delftse dienst cultuur, weer spreekt Kelders 'beschuldigingen' dat de gemeente Delft individuele kunstenaars volledig en zonder geld in de kou laat staan.. "Ieder subsidieverzoek dat bij de gemeente binnenkomt, wordt aan de hand van een aantal criteria - bijvoorbeeld artistieke kwaliteit - beoordeeld door onze speciale adviescommissie beeldende kunst. Die commissie is in het leven geroepen, omdat de gemeente nu eenmaal niet alle subsidieverzoeken kan honoreren. Vandaar dat we de adviezen over kunst uit handen hebben gegeven aan experts", aldus Van Uijthoven.

De gemeente Delft, zo benadrukt het sectorhoofd, ontvangt jaarlijks een fiks bedrag voor kunst- en cultuurprojecten. "Van de provincie Zuid-Holland krijgt Delft voor dat doel jaarlijks 19.000 gulden en de gemeente zelf stort per Jaar nog eens 75.000 gulden in het fonds beeldende kunst. En dan is er nog de mogelijkheid om van de provincie, 50.000 gulden extra te krijgen voor bijzondere projecten". Wat er met het geld in het fonds gebeurt, bepalen de adviescommissie beeldende kunst en uiteindelijk het college van B en W en natuurlijk de gemeenteraad. De gemeente Delft is, zo stelt Van Uijthoven, hard bezig met een nota beeldende kunst die eind augustus in de openbaarheid komt. Daarin komen alle (subsidie)regelingen te staan die gelden òf moeten gaan gelden op het gebied van kunst en cultuur in de gemeente. Iedereen krijgt straks de gelegenheid om op die nota te reageren. Dus ook Reinier Kelder". "sinds de afschaffing van de BKR heeft iedere gemeente in Nederland haar eigen kunstbeleid. Delft heeft ook zo'n kunstbeleid en wil dat de komende tijd verbeteren".

    Suggestie van Adrie van Aken.

Beste Rein: Maak een onafgeschilderd schilderij en biedt dat dan voor 80 miljoen gulden aan aan de Nederlandse Bank. Een geroosterd schilderij zou zelfs nog meer moeten kunnen opbrengen, denk ik. Veel inspiratie toegewenst.


    Beeldend kunstenaar Reinier F. Kelder is bereikbaar op:
    Nieuwstraat 24, 2611 HK Delft, 015-2148449