Burgers & Bijlmer . . Bijlmer enquête . . Doemvlucht <===> Kamerzetel 151. . SDN . . Heijboer

Burgemeester Den Oudsten van Enschede reed tegen een zogeheten poller


Verslag van Pierre Heijboer


Onwaarheden Politie Twente ontzenuwd: (Klik)
De burgemeester van Enschede reed wel degelijk door rood


Burgemeester Den Oudsten van Enschede is bij zijn aanrijding met een zogeheten poller in zijn gemeente wel degelijk door rood gereden. Hetgeen de Politie Twente hierover in een persbericht heeft verklaard is aantoonbaar onjuist. De onwaarheden in het persbericht van de politie blijken uit het zogeheten technische log van de aanrijding van de burgemeester, die zich voordeed op 13 augustus van het vorig jaar.

In technische logs wordt alles wat rond een aanrijding gebeurt vastgelegd: de bewegingen van voertuigen, de bewegingen en van de pollerpalen en de stand van de waarschuwingslichten bij de pollerinstallatie.

Deze logs worden door de gemeente Enschede gebruikt in het geval van schadeclaims. Een en ander met de aantekening: ‘Het log liegt niet.’ Dat ís inderdaad zo. En het geldt óók voor het technisch log van de aanrijding van de burgemeester.

Een kopie van dit log is in het bezit gekomen van de Amsterdamse journalist Pierre Heijboer, die al enige tijd onderzoek doet naar de effecten en de werking van pollers, bollards, verzinkbare palen en andere verkeersregulerende obstakels op de openbare weg.

Bestudering van het betreffende log brengt Heijboer tot de onderstaande conclusies:

Het log toont duidelijk en onweerlegbaar aan dat het licht op rood stond toen Den Oudsten tegen de poller reed, en dat dit óók zo was toen de burgemeester optrok vlak vóór zijn aanrijding. Het log toont eveneens aan dat de pollerpaal omhoog stond toen de burgemeester bij de poller arriveerde. Het log toont verder aan dat de pollerpaal aan het zakken was toen de burgemeester ertegenaan reed, en dat de paal niet ‘omhoog aan het komen was’. Tenslotte tonen zowel het log als de afloop van de aanrijding duidelijk en onweerlegbaar aan dat de paal de auto van de burgemeester niet aan de onderkant geraakt heeft, maar dat de burgemeester tegen de paal aangereden is.

Heijboer: ‘Van al deze punten beweert de Politie Twente precies het omgekeerde: er zou niet zijn gebleken dat het licht op rood stond; de paal zou in de grond hebben gezeten, de paal zou bij de aanrijding bezig zijn geweest omhoog te komen en de auto zou aan de onderkant geraakt zijn. Dit zijn vier pertinente en bewust weergegeven onwaarheden, waarmee de bevolking van Enschede simpelweg belógen is.’

‘Het is onbegrijpelijk,’ stelt de journalist, ‘dat iemand bij de Politie Twente heeft gemeend dat men ongemerkt met deze leugens kon wegkomen. De naar buiten gebrachte bevindingen van de politie getuigen niet alleen van een arrogante domheid, maar ook van een evidente minachting voor de waarheid, voor de waarde van een ambtseed en voor het recht van de burgers van de gemeente Enschede om door hun bestuurders eerlijk voorgelicht te worden.’

Een ooggetuige, Hanneke Kemna, heeft aan RTV-Oost een beschrijving van de aanrijding van de burgemeester gegeven, en daarbij gezegd dat hij door rood reed. Achteraf blijkt nu, dat haar beschrijving van de aanrijding exact de juiste is geweest, en dat zij door de politie onterecht als onbetrouwbaar is neergezet.

Heijboer vraagt zich af wie de verantwoordelijkheid voor deze gang van zaken dient te dragen. De anonieme politiefunctionaris die het onderzoek naar de aanrijding heeft verricht? De toenmalige korpschef? Of de hoogste baas, korpsbeheerder Den Oudsten zelf?


Bewijzen van onwaarheden

Derhalve de onwaarheden en de bewijzen daarvan op een rij:

Onwaarheid 1:

De Politie Twente (Heijboer moet de site van de gemeente (Bijlage 3) en een Telegraaf-bericht (Bijlage 2) citeren, maar gaat ervan uit dat hierin de conclusies van de politie juist worden weergegeven):

‘Er is niet gebleken dat het rode waarschuwingslicht brandde toen de burgemeester optrok…’

Het bewijs van het tegendeel is te vinden in de hieronder als Bijlage 1 weergegeven bladzijde uit het technisch log over de aanrijding. Op deze ene bladzijden staan zelfs twee bewijzen van het feit dat de burgemeester door rood is gereden.

Het eerste:
Zie op tijdstip 11.51.20 (11 uur, 51 minuten en 20 seconden), waar staat: ‘Bollard breuk detectie geactiveerd; de bollard is aangereden.’ Dit is dus het exacte moment van de aanrijding.

Zie vervolgens op tijdstip 11.53.13, waar staat: ‘Groenlicht verkeerslicht gaat AAN.’ Het stond hiervóór dus niet op groen.

Dit blijkt ook op tijdstip 11.53.14, één seconde later, waar staat: ‘Roodlicht verkeerslicht gaat UIT.’ Het stond hiervóór dus op rood.

Zie nu de meldingen tussen 11.51.20 (de botsing) en 11.53.13/14 (de lichtverandering). Hier wordt géén wijziging in de lichtsituatie aangegeven, hetgeen wél altijd zo is wanneer er van een verandering van het licht sprake is. Ook vanaf het eerste tijdstip dat op deze log-bladzijde wordt weergegeven (11.47.49) is er géén sprake van een wijziging van de lichten. Dus: op het moment van de aanrijding (en ook op het moment dat de burgemeester, een of twee seconden eerder, optrok) stond het licht op rood.


Het tweede bewijs:

Op tijdstip 11.51.20, hetzelfde tijdstip waarop de aanrijding plaatsvond, vermeldt het technisch log: ‘Bollard verlaat bovenste positie, omdat er een aanvraag is gedaan om uitterijden.’

Hier begint de poller dus omlaag te gaan. Maar hij is nog niet in zijn benedenste positie. Ook dit bewijst onweerlegbaar dat het licht op dat moment (het moment waarop de burgemeester optrok en zijn aanrijding had) op rood stond. Want: het licht kan alleen maar groen zijn of worden wanneer de paal zijn benedenste stand heeft bereikt. En die stand wás op dit moment niet bereikt.

Dit is een veiligheidsmaatregel die in het systeem is ingebouwd. Zowel aan de onderkant van de paal, als aan de onderkant van de huls waar hij inzakt, zitten schakelaars (of relais) Pas op het moment dat deze twee contact met elkaar maken (en de paal dus helemaal beneden is) kan het licht op groen gaan. Dat de paal op het moment van de botsing niet helemaal beneden was, blijkt niet alleen uit de melding ‘hij gaat zakken’, maar ook uit het feit dat de burgemeester het afbreekbare bovenste gedeelte van de poller eraf gereden heeft. Laat iemand maar eens proberen uit te leggen dat dit anders is.

Het gegeven dat het licht alleen maar groen kan zijn als de paal helemaal beneden is, wordt door de gemeente zelf altijd aangevoerd bij claim-zaken.

Bijlage 4 is een bladzijde uit een rechtbank-vonnis over een poller-zaak in Enschede. Lees 3.5: ‘De gemeente stelt zich op het standpunt dat hetgeen Xxxxx stelt technisch onmogelijk is. Het verkeerslicht gaat pas groen licht uitstralen als de eindschakelaar de onderste stand heeft bereikt en dat kan alleen als de bollard geheel in de grond is verzonken.

Bijlage 5 is een bladzijde uit een brief van de gemeente aan een verzekeraar. Lees: ‘Pas als de bollard volledig in het wegdek is verzonken, gaat het verkeerslicht op groen en kan 1 automobilist de binnenstad verlaten.’

Aantekening hierbij: de paal kan niet in dezelfde seconde beginnen te zakken én al helemaal beneden zijn. Uit andere logs (heeft Heijboer eveneens in huis) blijkt dat de paal er twee seconden over doet om van de bovenste stand naar de benedenste te gaan.

De paal begon in de seconde van de aanrijding van de burgemeester dus te zakken. En was nog niet beneden. Dus kan het licht (ook volgens de gemeente zelf) niet op groen hebben gestaan. En stond dus op rood. (Tussen rood en groen is er geen geel-fase, alleen tussen groen en rood.)

Het log geeft óók niet aan dat er wellicht een lampje kapot zou zijn. Bovendien: áls er een lampje kapot zou zijn geweest, dan zou dat geconstateerd zijn, en het zou, ter ontlasting van de burgemeester, door politie en gemeente gemeld zijn. Is niet gebeurd.

Let wel: de politie zegt niet ‘het licht stond op groen’ maar zegt dat ‘rood niet is gebleken’. Dit is een bewuste onwaarheid, omdat – zoals hierboven is heb aangegeven – het technisch log liefst twee bewijzen bevat van het op rood staan van het licht. Hier kan de politie zich niet verschuilen achter ‘dat hebben we niet opgemerkt’. Ze zullen er verplicht een deskundige bijgehaald moeten hebben en die heeft het echt wel gezien.


Onwaarheid 2:

De Politie Twente: ‘de paal die op dat moment in de grond verzonken was.’

Het log zegt echter: ‘Bollard verlaat bovenste positie, omdat er een aanvraag is gedaan om uitterijden.’

De paal was dus op dat moment niet verzonken, maar nog in bovenste positie. Het log bewijst het. En dit was in dezelfde seconde dat de botsing plaatsvond. Dit kan men bij de politie echt niet over het hoofd hebben gezien.


Onwaarheid 3:

Politie Twente: ‘Die paal is omhoog gekomen terwijl de burgemeester eroverheen reed…’

Zie het log: ‘Bollard verlaat bovenste positie, omdat er een aanvraag is gedaan om uitterijden.’

Dit kan (ook door de politie) niet anders gelezen worden dan dat de paal juist begon te zakken, en niet dat hij juist omhoog kwam.


Onwaarheid 4:

Politie Twente: ‘… en heeft de auto aan de onderzijde geraakt..

Zie het log: : ‘Bollard breuk detectie geactiveerd; de bollard is aangereden’

Dat de paal gebroken is duidt erop dat het bovenste gedeelte ervan, dat met breukbouten aan het onderste vastzit, is afgebroken. Dit kan alleen gebeuren wanneer dit bovenste deel zich boven de grond bevindt en er van de zijkant tegenaan gereden wordt. De bollard heeft de auto dan ook bewijsbaar niet aan de onderzijde geraakt, maar aan de voorkant. Of beter omgekeerd: de voorkant van auto heeft de poller geraakt.

Dat dit zo gebeurd is blijkt ook uit twee andere gegevenheden.

A. Het bovenste deel van de poller is afgebroken en de burgemeester heeft het zelf aan de kant gelegd. Was de auto van de onderkant geraakt, dan was het bovenste deel van de poller niet afgebroken, maar was de poller (óók onderdeel van het veiligheidsmechanisme) in zijn geheel in de grond gezakt.

B. De auto van de burgemeester had maar lichte schade, zo wordt gesteld. Dat is zelden of nooit zo als een auto van onderen wordt geraakt. Ook bij een lage snelheid wordt dan bijna altijd het motorblok ontzet – en dat betekent een flinke schade. Maar die had de burgemeester dus niet, omdat hij zeer waarschijnlijk alleen maar zijn bumper heeft verspeeld.

Commentaar Politie Twente

In het kader van ‘hoor en wederhoor’ heeft Heijboer de Politie Twente om commentaar gevraagd en daarbij aan de politie de volgende vragen voorgelegd:

  1. Waarop baseert de Politie Twente haar conclusie dat ‘niet is gebleken dat het rode waarschuwingslicht brandde op het moment dat de burgemeester optrok om de paal te passeren’?

  2. Waarop baseert de Politie Twente haar conclusie dat ‘de paal op dat moment in de grond verzonken was’?

  3. Waarop baseert de Politie Twente haar conclusie dat ‘de paal omhoog gekomen is terwijl de burgemeester eroverheen reed’?

  4. Waarop baseert de Politie Twente haar conclusie dat ‘de paal de auto van de burgemeester aan de onderzijde heeft geraakt’?

  5. Heeft de Politie Twente het zogenaamde technisch log van de aanrijding van de burgemeester in haar onderzoek betrokken?
De Politie Twente heeft laten weten op dit moment geen behoefte te hebben aan het beantwoorden van deze vragen. De politie heeft getuigen gehoord en aan de hand van hun verklaringen haar bevindingen over de aanrijding gegeven, aldus een woordvoerder van de politie

Heijboer tekent hierbij aan: ‘Dit maakt duidelijk dat de Politie Twente willens en wetens een flut-onderzoek heeft verricht. Het meest voor de hand liggende bewijsmiddel over de afloop van de aanrijding – het technisch log waarmee de gemeente onmiddellijk op de proppen komt als het om schadeclaims gaat – heeft de politie niet bij haar onderzoek betrokken. Dit is volksverlakkerij.’


Bewijzen en documenten.

Bijlage1:
Het logboek van de aanrijding van de burgemeester

Bijlage 2:
Een bericht van De Telegraaf over de bevindingen van de politie

Bijlage 3:
Een bericht op de eigen website van de gemeente Enschede over de aanrijding

Bijlagen 4 en 5:
Twee teksten (één uit een gerechtelijk vonnis en een uit een brief van de gemeente Enschede) waarin de gemeente stelt ‘dat het licht alleen op groen kan staan wanneer de pollerpaal hélemaal in de grond zit’.