Duurzaam Nederland een sociaal alternatief voor het al te rechtse (on) Leefbaar Nederland
Duurzaam Nederland . . . . . SDN homepage

De opvattingen van Duurzaam Nederland staan haaks op die van Pim Fortuyn

Persbericht en Partijcongres en flyer

Duurzaam Nederland wil en zal werken aan de ontwikkeling van een echte duurzame samenleving







Rotterdam, 15 februari 2002 _ _

PARTIJPROGRAMMA

DUURZAAM NEDERLAND






DUURZAAM NEDERLAND
POSTBUS 1528
3000 BM ROTTERDAM
POSTBANK (LIDMAATSCHAP): 9234480 T.N.V. DUURZAAM NEDERLAND
POSTBANK (DONATIES / GIFTEN): 9234500 T.N.V. STICHTING FONDSENBEHEER DUURZAAM NEDERLAND

www.sdnl.nl/duurzaam-nederland.htm
info@duurzaamnederland.nl

Rotterdam, 15 februari 2002


    INLEIDING

  • Duurzaam Nederland wil en zal werken aan de ontwikkeling van een echte duurzame samenleving. Verantwoordelijkheid, Verdraagzaamheid, Gelijkwaardigheid, Solidariteit en Vrijheid vormen de hoekstenen van dat beleid, vooral gericht op de lange termijn.

    • Definitie en doel van het begrip 'Duurzame ontwikkeling', ontleend aan het rapport van de 'Commissie-Brundtland':
      "Duurzame ontwikkeling is die ontwikkeling waarbij aan de huidige behoefte wordt voldaan zonder dat dit het vermogen van de toekomstige generaties om aan hun behoeften te voldoen in gevaar brengt, vernietigt of ondermijnt."

  • Duurzaam Nederland, vanaf hier merendeels afgekort als DN, introduceert een 'Derde Dimensie' in de Nederlandse politiek. De partij doorbreekt de gevestigde orde en ziet onder ogen dat onze cultuur voortdurend verandert in samenhang met de veranderende bevolkingssamenstelling. DN beseft dat de diversiteit vraagt om een andere denk- en werkwijze, die betere communicatie en een dialoog teweegbrengt, teneinde het bindmiddel in de samenleving te versterken.

  • DN wil de politiek dichter bij de burgers brengen. De partij pleit voor (rechtstreeks) gekozen bestuurders zoals de burgemeester, de minister-president enzovoort. De voornaamste bron voor maatschappelijk falen is de hoeveelheid wetten die uitgevaardigd zijn en niet nageleefd worden.

  • Duurzaam Nederland accepteert de samenleving met haar diversiteit als een gegeven. Daarbij gelden voor elke burger dezelfde plichten als rechten, onder het motto 'gelijke monniken, gelijke kappen'. We staan voor een reële beleidsvoering waarbij de minderheden zeker niet doodgeknuffeld maar ook niet doodgeknuppeld mogen worden.

  • De laatste jaren keert het begrip 'discriminatie' geregeld terug. Opvallend is de nieuwe tendens die we daarbij signaleren. Behalve de verscheidene extreem rechtse groeperingen, bestaande uit zowel autochtone als allochtone Nederlanders, betreuren we ook het feit dat sommigen, zogenaamd namens de islam, andere mensen veroordelen.

  • Voor DN is respect voor de religieuze opvattingen van de medemens vanzelfsprekend.

  • Duurzaam Nederland streeft naar een alles omvattend duurzaam Milieubeleid. Productie van afval moet met alle beschikbare middelen beperkt worden. Afval zal milieuvriendelijk, bij voorkeur in kringloopprocessen, verwerkt worden. Hoogproblematisch afval moet zodanig vernietigd en verwerkt worden dat wij er in onze dagelijkse omgeving niet mee in aanraking kunnen komen Alleen de best mogelijke verwerkingsprocessen mogen voor dit afval worden gebruikt. Indien er niet met spoed drastische maatregelen genomen worden, de mensheid de volgende eeuwwisseling niet zal halen.

  • DN spreekt elke burger aan op zijn gedrag. Wij bieden geen ruimte voor generaliserend gedrag, waarmee een individu een gehele groep in een verdachte hoek zet. Naast individualisme is er respect voor datgene waarin het individu collectief gedrag wil vertonen in de groep waarmee hij/zij zich verbonden voelt. DN wil alle taboes bespreekbaar maken. Dit zal de 'onderbuikgevoelens' wegnemen en leiden tot een prettiger samenleving.

  • DN wil vanuit een gelijkwaardigheidprincipe alle talenten (oud een nieuw) optimale ruimte bieden. Altijd tot voordeel van de samenleving. Wij staan voor de totale samenleving met al haar diversiteiten en wij willen als voorbeeld voor 'de gevestigde orde' een afspiegeling van de samenleving zijn. DN is een beweging waarin 'nieuwe' en 'oude' Nederlanders samen aan een duurzame samenleving bouwen. Daarbij is een duurzaam beleid over ecologie en milieu noodzakelijk.

  • Duurzaam Nederland is beslist geen protestpartij, geen afsplitsing en richt zich niet tot specifieke doelgroepen.



    Hoofdstuk 1 - ONDERWIJS EN WETENSCHAP

    • Het kunnen deelnemen aan basis- en voortgezet onderwijs is een recht van elke Nederlander of degene die rechtmatig in Nederland verblijft. Bij de verbetering van de kwaliteit van het basisonderwijs lijkt de aandacht nogal eenzijdig gericht op de 'klassenverkleining'. Dit is mede oorzaak van het tekort aan groepsleerkrachten.

    • Een docent moet voortdurend ondersteuning krijgen om baanvaardig te blijven. Bij geen enkel beroep op de wereld kan men met een diploma voor 40 opvolgende jaren baanvaardig blijven. Dat betekent, vindt DN, dat leraren naast hun individuele inspanning ook vanuit de schoolorganisatie periodiek ondersteund moeten worden, zodat ze adequaat kunnen omgaan met de verscheidenheid en optimaal kunnen aansluiten bij de al aanwezige kwaliteiten van de leerlingen.

    • Binnen de grootschalige massa van scholen ontbreekt het aan herkenbaarheid bij de deelnemers aan het onderwijs.

    • De vele onderwijzers die nu in de WAO zitten of met pensioen zijn, moeten, indien gewenst, parttime leerkracht kunnen worden of voor speciale opdrachten ingezet kunnen worden Het systeem moet erop gericht zijn leerlingen bij te brengen dat efficiënt en doeltreffend werken loont. Het huidige systeem is hiermee in tegenspraak.

    • Elke leerling vanaf 12 jaar moet een laptop tot z'n beschikking hebben. Studenten moeten de optie krijgen niet direct te hoeven studeren om in aanmerking te komen voor een beurs en moeten de kans krijgen eerst werk- en levenservaring te mogen doen.

    • Het willekeurig switchen van studie moet stoppen, maar er moet ook een zeer degelijke voorlichting komen over studiemogelijkheden, om staat en student voor tijd- en geldverlies te behoeden.

    • Voor de leerlingen met een voorschoolse achterstand zou een forse investering in voorschoolse educatie snel vruchten kunnen afwerpen, zowel in sociaal, pedagogisch als materiaal opzicht. Dit zou een besparing op extra personele inzet kunnen opleveren en daarmee ook een bijdrage leveren aan de verkleining van het lerarentekort.

    • Ook in het basisonderwijs zou het streven gericht moeten zijn op kleinschaligheid in plaats van grootschaligheid: het kind verdient een omgeving waarbinnen het duidelijk herkenbaar is en voldoende individuele aandacht krijgt.

    • In alle groepen van het basisonderwijs zijn de lessen in de eigen taal te volgen, binnen de gewone schooltijden of eventueel in een verlengde schooldag. Daarnaast zou, eveneens binnen getalsmatige grenzen, de thuistaal van allochtone leerlingen zonodig ingezet moeten worden, zodat de leerlingen ondersteuning krijgen bij het bereiken van alle overige doelen van het basisonderwijs.

    • Organisaties zouden opdracht moeten krijgen om toetsen te ontwikkelen die de sociale intelligentie van de leerlingen met 'cultuurvrij' meten. De huidige manier van toetsing maakt het moeilijk om de intelligentie van de leerlingen correct te meten.

    • De eenzijdige nadruk op de cognitieve aspecten benadeelt al die kinderen die van huis uit of door een handicap als dyslexie onvoldoende taalvaardig zijn. Er moet gezocht worden naar andere vormen van beoordeling die 'elders verworven competenties' tot hun recht doen komen. De testmethoden mogen hoogstens gebruikt worden bij het persoonlijke advies dat de school met de ouders bespreekt.

    • DN vindt het onverantwoord om kinderen al op 14-jarige leeftijd te laten kiezen voor een vakkenpakket of richting die de latere studiekeuze definitief bepaalt. Wat betreft de inrichting van het voorgezet onderwijs zou Nederland zich meer moeten oriënteren op modellen die binnen Europa in gebruik zijn. Het onderwijs in de moderne vreemde talen zou een grotere plaats moeten gaan innemen, in samenhang met een algemene tendens van tweetalige leerlingen en met het doel een grotere mobiliteit binnen Europa. Meer scholen voor voortgezet onderwijs zouden 'nieuwe schooltalen' (bijvoorbeeld Spaans, Arabisch, Turks) moeten aanbieden. Ook als examenvak naast de traditionele vreemde talen (Engels, Frans, Duits).

    • Het hoger onderwijs maakt in de komende jaren met de invoering van de Bachelor- en (Post)doctorale opleidingen, een verandering door die aansluit op ontwikkelingen binnen Europa en die een internationale herkenbaarheid van diploma's en mobiliteit mogelijk maakt. Dit zijn belangrijke positieve ontwikkelingen in het hoger onderwijs. Voor wat betreft de ontwikkeling van een zelfstandige wetenschap, is het opzetten van zelfstandige wetenschappelijke instituten een goede stimulans. Nederlandse wetenschappers zouden zich echter meer op een Europese samenwerking dienen te oriënteren als belangrijke voortrekker van een verdere economische en politieke integratie van de Europese landen.


    Hoofdstuk 2 _ _ ARBEIDSMARKT

    • Werkenden en werkzoekenden moeten beloond worden en er moet een ontmoedigingsbeleid komen voor mensen met een uitkering die fysiek en mentaal in staat zijn om te werken. Gepensioneerden moeten het recht krijgen ingezet kunnen worden indien ze dit willen. Er moet een flexibeler pensioen komen. DN beschouwt werk als een fundamentele basis voor de ontwikkeling van de integratie en de emancipatie van de burger. Arbeidsparticipatie moet daarom veel aandacht krijgen. Werkloze jongeren moeten via een sterktezwakte analyse optimaal kunnen aansluiten bij hun kernkwaliteiten. De jonge werkzoekenden worden op verschillende trajecten ingezet om hen op de arbeidsmarkt te houden.

    • DN wil passende arbeid en reïntegratieprojecten stimuleren voor mensen die ooit uit het arbeidsproces zijn gegaan of voor mensen die nog een link missen met de arbeidsmarkt, zoals de gedeeltelijk arbeidsongeschikten. Ook willen we de trajectbegeleiding meer stimuleren om klantgerichtheid te bevorderen, zodat er meer resultaten geboekt kunnen worden. Uitzendkrachten hebben in het huidige model ondergeschikte rechten. De overheid moet enorme vaart zetten achter het bijsturen van de huidige CAO voor uitzendkrachten die nu toestaat dat tijdelijke krachten financieel en anders uitgebuit worden. Veel van de huidige maatregelen die zogenaamd ter bescherming van de uitzendkracht zijn ingevoerd, werken averechts en maken het uitzendkrachten alleen maar moeilijker om aan werk te komen en werk vast te houden. Er is een intensief en energiek debat nodig op dit gebied, zodat deze (weliswaar zogenaamd tijdelijk) achtergestelde burgers de rechten krijgen die ze verdienen en die alle vaste werknemers in Nederland al tientallen jaren voor lief nemen. Aan de elitaire houding naar deze grote en waardevolle groep burgers toe moet een einde komen.

    • Tot slot moet in de sociale activering meer geïntensiveerd worden en de positieve kwaliteiten van de werkzoekende meer benut. Projecten als 'Onbenutte Kwaliteiten' in Rotterdam geven goede hoop dat er ook met mensen, voor wie de afstand naar de arbeidsmarkt in eerste instantie te groot lijkt, een goede oplossing te vinden is via sociale activering. In-, door-, en uitstroom moeten, rekening houdend met pluriformiteit van de samenleving, beter worden gestroomlijnd.


    Hoofdstuk 3 _ _ MILIEU, ECOLOGIE, VERKEER,
    _ _ _ _ _ _ _ _ __RUIMTELIJKE ORDENING EN OPENBAAR VERVOER

      Milieu

    • De Europese Unie oefent op Nederland veel druk uit op het niet nakomen van afspraken voor wat betreft het milieu. Dit betekent dat we veel boetes krijgen en het schaadt ons imago. DN stelt voor een duurzaam milieubeleid te voeren zonder dat Nederland problemen verschuift naar onderontwikkelde landen. Een schoon milieu betekent een gezondere leefomgeving, betere voedselketen, goede gezondheid en uiteindelijk minder gezondheidsuitgaven.

    • Nederland heeft de hoge technologie in huis om hoogproblematische afval op een verantwoorde en onschadelijke manier te verwerken en te recyclen. Bij de verwerking en vernietiging van hoogproblematisch afval dient er grootschalig gebruik te worden gemaakt van de beschikbare Internationaal gepatenteerde 'Minimumstandaard-technologie'. Hiermee kunnen alle soorten hoogproblematische afval, met uitzondering van radioactief afval, zodanig verwerkt worden dat er vrijwel geen emissie naar Lucht, Water en Bodem plaatsvindt. Het eindproduct is niet alleen onschadelijk voor het milieu, maar ook nuttig als grondstof. Deze internationaal gepatenteerde technologie kan onder andere worden ingezet om de vele stortplaatsen in Nederland duurzaam te saneren. Ook de miljoenen tonnen vervuild haven- en rivierslib kan met deze techniek tot een onschadelijke grondstof voor b.v. bouwmateriaal verwerkt worden.

    • Uit talrijke gevallen is gebleken dat het achteraf opruimen van verontreiniging - uit het verleden - een veelvoud kost van wanneer we nu verantwoord omgaan met het milieu. Het principe luidt: de vervuiler betaalt.


      Infrastructuur

    • De Nederlandse infrastructuur en openbare middelen mogen niet aan het buitenland verkocht worden. Het moet eigendom van de Nederlandse staat blijven.

    • Verkeersborden en -wetgeving moeten meer gericht zijn op de praktijk. Wij pleiten voor verkeersborden die verschillende snelheden aangeven voor slecht/donker weer en droog/helder weer. Er moet een 'groene golf' komen voor verkeerslichten en verhogingen binnen de bebouwde kom.

    • Mobiliteit is een recht. Dat betekent echter niet dat iedereen altijd en overal met de eigen auto kan rijden. Binnensteden moeten in de nabije toekomst op zijn minst autoluw worden. Vooral de fiets zal in de stedelijke gebieden de ruimte moeten krijgen. Er moet wel voldoende ruimte zijn voor het zakelijk verkeer, met name ook voor de bevoorrading van de winkels en andere bedrijven. Transferia met daaraan verbonden (pendel)vervoer naar de winkelcentra zal de lucht in de binnensteden schoner maken. Het openbaar vervoer vormt een basisvoorziening waarvoor de overheid aansprakelijk is. Onderlinge verbindingen tussen stads- en streekvervoer (die als tram de binnenstad binnen rijdt) moeten de reistijd aanzienlijk verkorten.

    • Het gebruik van de auto in het woon-werkverkeer en in het recreatieverkeer wil DN ontmoedigen. Gebundelde deconcentratie wordt verder doorgevoerd. Iedere woonkern moet voldoende groot en geconcentreerd zijn om hoogwaardig openbaar (rail)vervoer als aantrekkelijk alternatief voor de auto rendabel te maken.

    • DN zal naar nul gedwongen daklozen streven. Er moet meer geld komen voor het toezicht op de naleving van de rechten van huurders, die nu, wanneer ze in conflict komen met woningcorporatie en particuliere huurders, te vaak aan het kortste eind trekken. Nederland moet omzichtig met de beschikbare ruimte omgaan. In binnensteden wordt de nadruk gelegd op hoogbouw.


    Hoofdstuk 4 _ _ (SOCIALE) MOBILITEIT EN MIGRATIE

    • De mens wil mobiel kunnen zijn; nieuwsgierigheid is één van de essentiële kenmerken van de mens. DN wil zich ervoor inspannen dat alle hoeken van de wereld voor iedereen ooit toegankelijk zijn. De wens om de wereld te verkennen kan verschillende motieven/doelen hebben.

    • Er zijn mensen die zonder goede voorbereiding als economisch vluchteling Europa binnen komen. Preventief zouden de Europese ambassades in landen waar zij zijn gepositioneerd, taken moeten krijgen om helderheid te geven over de mogelijke consequenties op het moment dat een economisch vluchteling naar Europa komt. Zonder kapitaal, zonder inkomensbron heeft niet alleen dat individu een probleem, maar ook de samenleving waar hij/zij binnen komt.

    • De nieuwelingen moeten verantwoordelijk zijn voor de integratie. Dat houdt in voor de Nederlandse taalverwerving en het begrip en toepassen van de in Nederland gerespecteerde normen en waarden.


    Hoofdstuk 5 _ _ SOCIALE VERZEKERINGEN EN ARBEIDSRECHT (WAO)

    • Er dient een landelijk onderzoek te komen naar hoe gemeenten het geld besteden dat de overheid en de Europese Unie beschikbaar stellen. Zo ook naar de vraag in hoeverre de Sociale Diensten efficiënt en soepel functioneren. Ongelijkheid bij sociale verzekeringen en voorzieningen moet worden weggenomen.

    • DN wil het aantal WAO'ers terugdringen door de toepassing van goede reïntegratietrajecten. De instroom in de WAO kan ook beperkt worden door hogere eisen te stellen aan het arbeidsverleden. Het bestaande bestand aan WAO'ers kan verkleind worden via goede reïntegratietrajecten.

    • DN streeft naar aangepaste scholing voor mensen met een achterstand.


    Hoofdstuk 6 _ _ JUSTITIE, GEDOOGBELEID EN POLITIE

    • Op de uitvoering van de politietaken zou meer, democratisch geregeld, toezicht moeten plaatsvinden. Politie- en controlediensten lijken soms een staat binnen de staat te worden, zonder merkbare controle van buitenaf.

    • Het geregeld terugkerend appèl van politiediensten aan de medewerking van burgers, dreigt door het afnemend dienstbetoon en de toenemende kritiek op bejegening, steeds minder resultaat op te leveren. Jongeren dreigen op te groeien met een overwegend negatief beeld van de politie.

    • DN wil meer politie 'op straat', met name 's nachts.

    • Het veelvuldig seponeren van zaken door het Openbaar Ministerie, de heenzending wegens cellentekort, de lange tijd tussen misdrijf en veroordeling en het veelvuldig hanteren van milde taakstraffen, tasten het rechtsgevoel van de burger in ernstige mate aan.

    • Op dit moment worden vanwege bureaucratische tekortkomingen in ons land de bestaande wetten onvoldoende gehandhaafd. DN wil procedures vereenvoudigen en meer begrijpelijk maken voor de gewone burger. Er moet meer personeel worden opgeleid met name voor voorbereidende werkzaamheden die de procesvoering kunnen versnellen.

    • Het gedoogbeleid moet sterk beperkt worden, vindt DN. Voor wat betreft het "lik op stuk-beleid" moet de delinquent zelf opdraaien voor de door hem of haar veroorzaakte schade.

    • Vormfouten moeten hersteld kunnen worden. Er moet meer ruimte komen in de gevangenissen en dat betekent dat we instellingen moeten creëren die goedkoper en eenvoudiger draaien. Dus minder personeel en minder luxe. Onze gevangenissen moeten drastisch aangepast worden om efficiënter te kunnen draaien. Gevangenen zouden eventueel door bereikte zelfstudies en maatschappelijke scholing tijdens hun opsluiting privileges/luxe kunnen verdienen.


    Hoofdstuk 7 _ _ VEILIGHEID EN PREVENTIE

    • Een belangrijk item is het wegnemen van gevoelens van onveiligheid die leven bij veel mensen. Dit moet beginnen bij het huis en de buurt. Misdaadpreventie vergt een ander soort inzet dan de inzet van buurtagenten.

    • Terrorisme is onaanvaardbaar. Het is, vindt DN, echter een illusie dat terrorisme met geweld kan worden bestreden. Wie geweld gebruikt tegen terrorisme, bestrijdt alleen de symptomen. Wanneer wij in onze wereld een duurzame vrede willen bereiken, zullen we de oorzaken van het (internationale) terrorisme moeten aanpakken. De mondiale tweedeling, de grote ongelijkheid tussen de rijken en de armen en de inmenging in buitenlandse aangelegenheden vormen de belangrijkste voedingsbodems voor het terrorisme.


    Hoofdstuk 8 _ _ DEFENSIE

    • DN acht het van belang de soevereiniteit van Nederland (en Europa) te bewaken. De democratie en de mensenrechten moeten beschermd worden. Wij moeten defensief en niet offensief optreden. Duurzaam Nederland is tegen gebruik van kernwapens. Indien nodig, is DN voorstander van de inzet van de krijgsmacht bij de bestrijding van terrorisme.


    Hoofdstuk 9 _ _ INTERNATIONALE BETREKKINGEN EN DE ROL VAN NEDERLAND

    • Nederland blijft zich actief inzetten bij de uitvoering van vredesmissies van de Verenigde Naties en andere internatonale organisaties. Investeringen in onderhandelingen en diplomatie acht DN belangrijker dan investeringen in bewapening.

    • Er moet op korte termijn een duurzame oplossing komen voor de spanningen in het Midden-Oosten.

    • Nederland zal zich in het internationale overleg moeten inzetten voor de volledige uitvoering van de door de Veiligheidsraad aangenomen resoluties.

    • De soevereiniteit van Palestina en Israël moet in onderlinge samenwerking worden gegarandeerd. De sinds 1967 door Israël bezette gebieden dient het land integraal terug te geven.


    Hoofdstuk 10 _ _ ONTWIKKELINGSSAMENWERKING EN WELVAARTSONGELIJKHEID

    • Hier gaat het erom de problemen structureel op te lossen. Voor een duurzame oplossing is het noodzakelijk dat iedereen in zijn eigen onderhoud kan voorzien; je moet geen vis vangen en weggeven, maar juist leren hoe ze zelf vis kunnen vangen.

    • Dus meer financiële hulp ter plaatse. De U.N.C.H.R. zou hierin een controlerende taak kunnen hebben. Een nauwere samenwerking met het ministerie van Buitenlandse Zaken zal een positieve bijdrage leveren.

    • Daar, waar in de Derde wereld een succesvolle aanpak redelijk te waarborgen is, dient Nederland alles te doen om de huidige economische en politieke tweedeling ten opzichte van de westerse democratische wereld met gerichte projecten op te heffen; Er moet meer preventief gehandeld worden en niet achter feiten aanhollen.

    • DN wil geld vrijmaken om armoede, hongersnood, ziekten en ander leed in de wereld te bestrijden. Een eerlijker verdeling van de welvaart in de wereld zal leiden tot minder geweld (terreur), oorlog en toestroming van vluchtelingen. Meer import van producten uit de ontwikkelingslanden zal dit eveneens stimuleren. Net als het afschaffen van handelsquota, -embargo's en -barrières en subsidies aan Europese agrarische producten. Immers, zo kunnen ook grotere afzetmarkten voor onze en hun producten geschapen worden.

    • Het recht van de sterkste kan niet samengaan met een duurzame samenleving. Globalisering op zich wijst DN niet af. Maar wij achten het onaanvaardbaar als onze groeiende welvaart steeds meer gebaseerd is op de armoede van de Derde Wereld. Economische groei als doel op zich dienen we hoe dan ook ter discussie te stellen, zeker binnen de Westerse wereld. Doorgaan op de ingeslagen weg van de economische groei in Nederland, de EU en de wereld leidt niet tot wezenlijke vooruitgang. Vooral niet indien we geen rekening houden met de gevolgen voor onze leefomgeving en die voor de arme landen in andere werelddelen. De EU moet haar grenzen openstellen voor producten uit de rest van de wereld, vooral uit de ontwikkelingslanden. De ontwikkeling van 'eerlijke handel' leidt op de langere termijn tot een beter evenwicht in de wereldverhoudingen. De hoofddoelstelling van de ontwikkelingssamenwerking zal dan ook gericht moeten zijn op economische, sociale en politieke vooruitgang in de ontwikkelingslanden. De vaak schrijnende ongelijkheid in deze landen zal omzichtig moeten worden aangepakt. Wanneer de rijken er niet in slagen voldoende perspectief op ontwikkeling te bieden, zal er een 0ongecontroleerde migratie van tientallen miljoenen (economische) vluchtelingen naar 'onze wereld' ontstaan. Op korte termijn zal deze handelwijze wellicht tot minder welvaart in onze wereld leiden, op de langere termijn zal er een duurzame samenwerking ontstaan waar beide 'werelden' baat bij hebben en die op den duur tot één wereld leidt.


    Hoofdstuk 11 _ _ GEZONDHEIDSZORG EN ETHIEK

    • Er moet zo snel mogelijk gewerkt worden aan het wegwerken van de enorme wachtlijsten in de gezondheidszorg. Dit kan mede door een betere afstemming en benutting van de financiële middelen. Een doelmatiger management en vermindering van de bureaucratie kan hieraan een bijdrage leveren. De mens als patiënt moet centraal staan en niet de organisatie. DN wil meer aandacht en middelen geven aan het uitvoerende personeel.

    • De Nederlandse overheid heeft een tekort aan artsen, veroorzaakt door jarenlange beperking van de instroom van studenten geneeskunde. De beperking dient zo spoedig mogelijk te worden weggenomen.

    • Gemiddeld heeft maar 20 % van de gezondheidsproblemen te maken met erfelijke factoren en 80 % met externe factoren zoals voeding, leefomgeving en milieuvervuiling. Daarom pleit DN ervoor dat de burger goed geïnformeerd wordt over de kwaliteit van het voedsel. Gezond voedsel moet als zodanig herkenbaar zijn.


    Hoofdstuk 12 _ _ BELASTINGSTELSEL

    • Het hele huidige belastingstelsel wil DN sterk vereenvoudigen in relatie tot invoering van een basisinkomen; basisinkomen voor uitkeringen, eventueel aan te vullen met betaald werk of vrijwilligerswerk (waarvoor extra basisinkomen wordt gegeven). Er moet een hogere milieuheffing komen. Belasting innen over een uitkering is niet reëel. Je pakt met je linkerhand een deel terug van wat je met de rechterhand hebt gegeven.

    • Hogere inkomens moeten relatief meer belasting betalen.

    • Om de grote verschillen tussen (naastgelegen) gemeenten tegen te gaan, dient de Onroerende Zaak Belasting (OZB) te worden geharmoniseerd binnen Nederland. Hierdoor zijn gemeenten niet meer in staat om de OZB-inkomsten als sluitpost op hun begroting te gebruiken en kan centraal het bezit (en dus ook de bouw) van huizen in bepaalde gebieden worden gestimuleerd of tegengegaan.

    • DN wil dat er continu direct contact / wisselwerking is tussen de burger en het parlement.


    Hoofdstuk 13 _ _ RELATIE OVERHEID EN BURGER & POLITIEKE
    _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ PARTICIPATIE EN BESTUURLIJKE VERNIEUWING

    • Duurzaamheid zal in de 21ste eeuw uitgroeien tot één van de belangrijkste randvoorwaarden van ons politieke denken en handelen. Om dat te bereiken zal duurzaamheid in het beleid van alle bestuurslagen een hoofdrol spelen, vergelijkbaar met die van financiën. Er zou een overkoepelend orgaan (ministerie met of zonder portefeuille) moeten komen voor duurzaam beleidsvoering met uitgebreide bevoegdheden.

    • Geen top down benadering van de burger door de staat maar interactief en bottom up. De staat moet zijn verantwoordelijkheden actiever oppakken en zaken van algemeen belang niet aan toeval en economische ontwikkeling overlaten.

    • DN is voorstander van directe referenda. Ervaringen in het buitenland tonen aan dat directe democratie goed werkt. Bij een correctief referendum geldt een drempel van 200.000 handtekeningen. Het resultaat moet bindend zijn. De burger dient meer bij de overheidsmacht betrokken te worden. Elk systeem moeten we geregeld controleren en evalueren.


    Hoofdstuk 14 _ _ NORMEN EN WAARDEN (ETHIEK)

    • In een samenleving als de onze gelden algemene normen en waarden. Zij worden gehandhaafd met respect voor ieders eigenheid.

    • In dit kader stelt DN voor permanente televisieprogramma's te maken, die op een positieve manier de dialoog tussen allerlei stromingen en groepen in Nederland tonen. Dit moet dienen als voorbeeld hoe het wel kan. Onderwerpen die daarbij aan bod kunnen komen zijn bijvoorbeeld gezinsleven, voeding, geloof, onderwijs, werk en zorg voor de zwakkeren.

    • Primair ligt de opvoedende taak bij de ouders en het reguliere onderwijs. De ouders dienen te worden geschoold en/of geïnformeerd.

    • Men moet zaken durven aanpakken, bijvoorbeeld vrouwenbesnijdenis of andere praktijken waarbij de gebruiken (de normen van de ander) in conflict komen met de universele regels.


    Hoofdstuk 15 _ _ AGRARISCHE SECTOR (AKKERBOUW, TUINBOUW, VEETEELT, VISSERIJ) EN BIOTECHNOLOGIE

    • Een schoner milieu betekent een gezondere leefomgeving, een betere voedselketen en dus relatief minder gezondheidsuitgaven. Een onderdeel hiervan is ook een schoon en kleinschalige Land- en Tuinbouwbeleid (Deltaplan) met als resultaat kwalitatief beter voedsel.

    • De ethiek dient zich behalve naar het uitvoeren van algemene en ambtelijke diensten en beroepen ook te richten op het welzijn van andere levensvormen dan de mens. DN is op korte termijn voor het streng toezien op de naleving van de reeds aanwezige welzijnswetten, met strenge maatregelen bij overtredingen. Er moet een staatserkenning komen voor diervriendelijke en natuurlijke producten. Daarna wil DN de wet voor dierenwelzijn uitbreiden en toewerken naar een land zonder bio-industrie. Er moet meer overheidssteun komen voor bedrijven die bereid zijn over te schakelen naar deze vorm van agrarische bedrijfsvoering-lange termijn.


    Hoofdstuk 16 _ _ VERSLAVINGSPORBLEMATIEK

    • Nederland moet verslaving als een ziekte beschouwen, verslaafden zijn dus patiënten. Deze patiënten vormen door hun gedrag een gevaar voor zichzelf en in veel gevallen ook voor anderen. Dat geldt voor bijna alle vormen van verslaving, variërend van gokverslaving tot alcohol- en drugsverslaving. DN is niet voor een maatschappij waarin alles verboden is. Roken

    • Roken dienen we met alle middelen te ontmoedigen. Een rookverbod in alle openbare ruimten heeft alleen het gewenste effect wanneer er sancties aan overtreding worden verbonden. Een streng handhavingsbeleid is dus geboden. Daarnaast moeten tabaksreclame en eenvoudig toegankelijke automaten verboden worden. Softdrugs

    • DN wil ook het gebruik van hennepproducten ontmoedigen. Het is echter een illusie te verwachten dat het gebruik van softdrugs zal verdwijnen. Het gebruik en de handel in cannabisproducten zouden, bij voorkeur in samenspraak met zo veel mogelijk andere EU-lidstaten, moeten worden gelegaliseerd. Er kan dan kwaliteitscontrole worden verricht om schade voor de gezondheid zo veel mogelijk te beperken. Door het wegvallen van het criminele circuit krijgt de politie de handen vrij voor het bestrijden van de echte misdaad.


    Hoofdstuk 17 _ _ WELZIJN EN OUDERENZORG (VERGRIJZING)

    • De reguliere en alternatieve hulpverlening moet worden geïntegreerd.

    • DN pleit voor verscherping van toezicht op elke vorm van welzijnszorg door klachtenmelding via internet en een 0800 (gratis) telefoonnummer. We staan ervoor om werken in de zorg aantrekkelijker maken voor met name direct verzorgend personeel. Daartoe willen we hun inkomen verhogen en de werkdruk verminderen.

    • Ouderen wil DN zo lang mogelijk betrekken bij de maatschappij, deels als vrijwilligers. Ze worden hierdoor uit het isolement gehaald, terwijl ze een nuttige functie voor de maatschappij vervullen. Hun ervaring is hard nodig bij het aanpakken van alle huidige problemen. Met name een rol als adviseur bij allerlei bedrijven en instellingen is van essentieel belang. Bovendien blijven ouderen die een actief leven leiden langer helder van geest, hebben minder gezondheidsproblemen en leven langer. Indirect wordt hierdoor op de kosten van zorg bespaard.

    • Als het gaat om de ouderenzorg willen we meer plekken creëren bij de thuisopvang. Daarnaast kunnen ook mensen met een redelijk inkomen meer zorg op maat inkopen. Er dienen meer opvang en zorgcentra te komen die dichtbij de ouderen zijn gevestigd. Tot slot dient de mantelzorg en de familiezorg meer gestimuleerd te worden en ook erkend en beloond worden.


    Hoofdstuk 18 _ _ EMANCIPATIE

    • DN staat voor: gelijke kansen voor iedereen ongeacht seksuele geaardheid, huidskleur of geloof. Dit begint al bij kleine kinderen. DN wil ervoor zorgen dat er geen achterstand ontstaat op jonge leeftijd. Dus we pleiten voor meer voorschoolse opvang. Mensen die in een achterstandspositie verkeren, willen we steun verlenen om hun kinderen een goede start te geven. Dezelfde mensen gunnen we een kans om hun positie te verbeteren (bijvoorbeeld op de arbeidsmarkt, maar ook toegang geven tot kennis), mensen met een taalachterstand willen we aangepaste scholing bieden, ze uit hun isolement halen, de dialoog aangaan, de helpende hand bieden. We gaan vrouwen stimuleren hogere posten aan te nemen (ook in de politiek). Tot slot gaan we de strijd aan tegen discriminatie op welk gebied dan ook (door middel van voorlichting maar ook door sancties).


    Hoofdstuk 19 _ _ ASIEL- EN VLUCHTELINGENBELEID

    • DN staat voor een realistische asielbeleid, met identificatieplicht voor iedereen. Aan asielzoekers willen we de mogelijkheid bieden om tijdelijk zelf voor inkomen te zorgen of een opleiding te volgen. Op deze manier krijgen zij een prikkel krijgen om een positieve bijdrage te leveren aan de opbouw van hun moederland. Dit bevordert tevens de integratie en drukt de kosten voor de staat (uitkeringen). DN wil een enkele status voor alle asielzoekers en streeft naar het afschaffen van langdurige bezwaarprocedures.

    • Economische vluchtelingen moet Nederland niet meer accepteren en echte vluchtelingen moeten we meer hulp bieden in de vorm van permanente verblijfsvergunningen, hulp bij het verwerken van trauma's en regelen van huisvesting, scholing en werk.

    • Waar dat mogelijk is, zullen vluchtelingen in de directe omgeving worden opgevangen. Dat maakt het eenvoudiger om hen later te laten terugkeren naar hun vaderland en leidt ook tot lagere kosten zodat het beschikbare geld meer effect sorteert.


    Hoofdstuk 20 _ _ ECONOMIE EN FINANCIEN

    • Er moeten nieuwe op duurzaamheid gerichte economische visies en methoden worden geïntroduceerd. Het is onzinnig om welvaartsgroei helemaal gelijk te stellen met productiegroei. Onze milieuschuld aan toekomstige generaties groeit daardoor ieder jaar door. Onlangs nog becijferde het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) de totale milieuschade in Nederland op circa NLG 40 miljard (!) (= € 18,15 miljard) per jaar, 5 % van het Bruto Nationaal Product, onderdeel van het Nationaal Inkomen. Deze kosten worden echter niet afgetrokken van de groeicijfers, maar alsmaar doorberekend c.q. doorgeschoven naar de toekomst. De door econoom Roefi Hueting ontwikkelde methode voor de berekening van een Duurzaam Nationaal Inkomen kan daarbij een belangrijke rol spelen.

    • Een sterke economie, gericht op duurzaamheid biedt zowel voor overheid als particulier de mogelijkheid, beleid te ontwikkelen dat zowel samenleving als milieu ten goed komt.

    • Onderzoek leert dat mensen met een hoger besteedbaar inkomen meer betrokken zijn bij de samenleving en het milieu. Een ander speerpunt is de verschuiving van het accent op de fysieke infrastructuur naar kennis infrastructuur.


    Hoofdstuk 21 _ _ NEDERLAND KENNISLAND

    • Nederland moet zijn vooraanstaande positie in de wereld behouden c.q. verbeteren. Op vele terreinen vervullen wij een belangrijke rol zoals op het gebied van de Land- en tuinbouw, Waterstaat, Technologie, Bio-industrie en Delfstofwinning. Echter, onze export kan in het geding komen als wij geen duurzaam beleid voeren. Zo heeft bijvoorbeeld de export op land- en tuinbouwgebied in de laatste twee jaren veel schade opgelopen. Er moeten ook betere en effectievere afspraken gemaakt worden om bijvoorbeeld inenting tegen Mond- en Klauwzeer opnieuw op de agenda te plaatsen. Een ander aspect is onze vooraanstaande positie in de verkoop van bijzondere knowhow op milieutechnologisch gebied waarover wij in ons land beschikken. Op dit gebied kunnen wij zelfs de eerste plaats in de wereld verwerven.

    • Nederland heeft op een aantal aspecten (landbouw, waterwerken, infrastructuur) zeer veel en hoogwaardige kennis opgebouwd. Momenteel wordt deze kennis slechts door een beperkt aantal (grote) bedrijven c.q. consortia geëxporteerd. Hoewel Twinningcentra (waar bedrijfsleven en universiteiten kennis delen) in enige mate bijdragen bij de verspreiding van kennis, is in vele gevallen het effect dat rendabele initiatieven nauwelijks worden gesponsord. Twinningscentra dienen dan ook scherpere criteria te gebruiken op haalbaarheid.

    • Universiteiten moeten meer onderscheid maken tussen zuiver wetenschappelijk onderzoek (knowwhy) en toepassingsgericht onderzoek (knowhow). Bij dit laatste dienen we het bedrijfsleven vanaf het begin te betrekken. Bij het vaststellen van de onderzoeksdoelen, maar ook bij het vaststellen van het curriculum van de studenten.

    • Ook dient er meer aandacht te komen voor interdisciplinair onderzoek, waarbij er kruisbestuiving plaatsvindt tussen diverse disciplines. Op deze wijze wordt er minder vanuit de "ceteris paribus" gedachte gewerkt, en meer vanuit de (weerbarstige) praktijk.


    Hoofdstuk 22 INKOMENSPOLITIEK

    • Inkomsten dienen naar redelijkheid gegenereerd worden. We moeten het werk zeker belonen. Maar het mag niet zo zijn dat je bijvoorbeeld in één dag een salaris verdient dat je normaal gesproken in een jaar moet kunnen verdienen. Denk bijvoorbeeld aan topsalarissen van een raad van bestuur en topadviseurs en aan onevenredige hoge optieregelingen.


    Hoofdstuk 23 _ _ Midden- en Klein Bedrijf

    • Het Midden- en Klein Bedrijf (MKB) in Nederland heeft twee belangrijke (economische en maatschappelijke) functies. Enerzijds is het de banenmotor van onze economie, anderzijds is het MKB de buffer voor groei en krimp. Om deze belangrijke functies optimaal te kunnen uitvoeren, dient de administratieve last voor het MKB te worden verkleind. Met name het aannemen en ontslaan van personeel dient (administratief) eenvoudiger en (juridisch) laagdrempeliger te worden. Hierdoor worden ondernemers gestimuleerd om makkelijker de markt te volgen in groei en krimp. Dit levert gezondere bedrijven op die meer zullen investeren, onder andere in arbeid.

    • Daarnaast pleit DN ervoor om per (deel)gemeente een ondernemersloket op te zetten, dat als vraagbaak en verstrekker voor vergunningen dienst. Op deze wijze raken de betrokken ambtenaren meer geïnformeerd over de wensen van de ondernemers en zij kunnen dit vertalen in adequaat beleid. Dit vergroot de acceptatie vanuit de ondernemers. Ook kunnen op deze wijze milieumaatregelen effectiever worden uitgevoerd. Met name in de grote steden dient er per winkelgebied een winkelmanager te worden aangesteld. Deze moet de branchering in een winkelgebied beheren door strikte afspraken te maken met ondernemers, verhuurders en pandeigenaren. Zo kan een gezonde branchering ontstaan en leegloop worden tegengegaan. Hierdoor neemt de sociale cohesie in (de omgeving van) het winkelgebied toe, wat weer een aanzuigende en versterkende werking heeft op het winkelgebied.


    Hoofdstuk 24 _ _ HARMONISATIE BINNEN DE E.U.

    • Regelingen en fiscale tarieven binnen de Europese Unie moeten meer op elkaar worden afgesteld. Onderlinge verschillen, zoals de brandstofaccijnzen in Nederland en de buurlanden wil DN in overeenstemming brengen.

    • Om de kiezer hierbij beter te betrekken en hierop directe invloed te kunnen laten uitoefenen stelt DN verkiezingen voor een Europees Parlement (mede samengesteld uit ministers uit de nationale regeringen) op basis van een districtenstelsel op Europees niveau voor. Dit EU-parlement kiest vervolgens uit haar midden een permanente Europese regering. Het subsidiariteitsbeginsel voor lokale en regionale overheden moet versterkt worden.


    Hoofdstuk 25 _ _ (DUURZAME) ENERGIE

    • Duurzaam Nederland is tegen het opwekken en gebruik van kernenergie. Er moet meer gebruik worden gemaakt van mens- en milieuvriendelijke energie. Toepassing van duurzame energie willen we flink stimuleren door overheidssubsidie.

    • Verlaging van het energiegebruik is één van de speerpunten in het door DN voorgestane beleid.

    • Op talrijke onderdelen van het overheidsbeleid zal energiebesparing van invloed zijn. Op zo kort mogelijke termijn zal de productie van groene en duurzame energie de opwekking van vuile energie moeten vervangen. De productie van wind-, water- en zonne-energie moedigt DN sterk aan. Er zal een grootschalig onderzoeksprogramma worden gestart om de overgang naar een 'Waterstof-economie' mogelijk te maken. Waterstof zal op de langere duur de enige toegestane brandstof (in letterlijke zin) moeten zijn.

    • DN realiseert zich dat energieverbruik door de voorgestelde maatregelen aanzienlijk in prijs zal stijgen, maar is ervan overtuigd dat de onafwendbare overgang naar een duurzame samenleving op de lange termijn ook financieel aantrekkelijker zal zijn dan het doorgaan met de huidige, verspillende energieconsumptie.

    • Beleidsterreinen die voor een op besparing gericht beleid in aanmerking komen zijn Verkeer en Waterstaat, Landbouw, Economische Zaken, Defensie, Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening.

    • Het door Duurzaam Nederland voorgestane Ministerie van Duurzame Ontwikkeling zal de uitvoering van de genoemde taken moeten coördineren. Namens het campagneteam : (Duo) voorzitter: Huib Poortman Seyfi Özgüzel Tel.: 010-2135315 Tel.: 010-2653621 / 06-53642897 E-mail: hh.poortman@wanadoo.nl E-mail: ssnt@planet.nl Noordmolenwerf 258 Stationssingel 93b 3011 DJ Rotterdam 3033 HG Rotterdam

      Bestuur Duurzaam Nederland:

      
      Dr. Seyfi Özgüzel    (duo)voorzitter  SSNT@Planet.nl     06-53642897    010-2653621
      Mr. Manuel Kneepkens (duo)voorzitter  MKneepkens@stadhuis.rotterdam.nl  010-4142591
      Co Meyer  (aspirant)  vice-voorzitter
      Abdel Abali           secretaris      abdel-maatrix@wanadoo.nl
      Jan Haanstra          penningmeester  haanstra@ceo.nl	
      Drs. Huib Poortman    campagneleider  hh.poortman@wanadoo.nl            010-2135315
      Barryl Biekman        adviseur        biekman-b@dataweb.nl
      
      Programma-commissie:
      Ronald Zwiers                         r.zwiers@tip.nl
      Puck van der Land                     A.vanderLand@hes-rdam.nl
      Dick de Graaf                         dickdegraaf@hetnet.nl
      Rikie Koning                          kostoel@hotmail.com