Raad voor de Journalistiek bijt de tanden stuk
op de zaak van Rooij contra het Eindhovens Dagblad

EuroStaete . . EKC . . Klokkenluiders <===> SDN . . Wolmanzouten . . English

Een kijkje is de keuken van de rechtspraak van de Raad voor de Journalistiek (zie het organogram)

Vrijdag 6 december 2002

Vanwege de stroomstoring in Rotterdam moest voorzitter Mr. D. Allewijn verstek laten gaan omdat er geen treinen meer reden. Zijn plaats werd ingenomen door een van de vier overige raadsheren Mr.Drs. M.M.P.M. Kreyns

Door Rob Brockhus

Nog nooit heb ik Ad van Rooij zo kwaad gezien als tijdens de zitting voor het college van de Raad voor de Journalistiek in Amsterdam op 6 december 2002. Sinterklaas was op zijn witte ros nog niet afgereisd naar het Middellandse zeegebied of de ene surprise na de andere toverde ing. Ad van Rooij als klager uit de onderstaande pleitnotitie. Dit als onderstreping van zijn klacht over een artikel in het Eindhovens Dagblad van 25 mei 2002. Dat artikel was geschreven door ene J. Egmond, waarin Van Rooij werd neergezet als een "milieuactivist" die vertrouwelijke stukken over het gesubsidieerd beëindigen van agrarische bedrijven in het buitengebied van Sint-Oedenrode openbaar zou hebben gemaakt.

Hogere Arbo- en veiligheidskundige ing. A.M.L. Van Rooij is woedend over dit reputatie beschadigende artikel, waarbij ook hij vlak na de moord op Pim Fortuyn door een "milieuactivist" met de kwalificatie "milieuactivist" van een zwaar crimineel aureool werd voorzien. Van Rooij beklemtoont in zijn pleitnota dat het niet de eerste keer was dat het Eindhovens Dagblad vuilspuiende berichten over hem naar buiten bracht, maar dat al tien jaar een journalistieke hetze tegen hem wordt gevoerd, die begon met de aanstelling van hoofdredacteur J.M. van der Hart.

Professor doctor meester Bas de Gaay Fortman trok wit om de neus weg toen hij van repliek werd gediend en te horen kreeg dat het niet alleen ging om dit ene smaadartikel, maar dat de onderliggende feiten en bewijzen duidelijk maakten dat van boze opzet sprake is; en dat het de Raad voor de Journalistiek als tuchtcollege zou sieren ervoor te zorgen dat in de toekomst dit soort anonieme vuilspuiterij uit alle persmedia verbannen zou worden. Niet alleen tegen Van Rooij maar voor alle mensen die mikpunt dreigen te worden van vunzige riooljournalistiek. De Gaay Fortman zei van zichzelf dat hij een "milieuactivist" is en dat daar niets mis mee was. Van Rooij reageerde prompt met te zeggen dat hij dat per definitie helemaal niet is en dat hij nog nooit met een spandoek had rondgelopen. "Wel ben ik 'milieudeskundige' op het hoogste en ook Europese niveau" wierp hij De Gaay Fortman zeer ad rem tegen.

Het is overigens opvallend dat de media wel hevig tekortschieten wanneer massale overheidscriminaliteit wordt ontdekt en aan de pers wordt voorgelegd. Dit terwijl juist de pers als het geweten van de natie deze zaken openbaar zou moeten maken om deze publiekelijk te laten bediscussiëren door anderen dan zijzelf. De zwaarste vorm van organisatiecriminaliteit is die wanneer, als bij vier handen op een buik, de onzuivere belangen van de overheid en het bedrijfsleven samengaan in wat in de criminologie COLLUSIE wordt genoemd. Alleen moord is nog erger. De bouwfraude is zo'n voorbeeld, waarbij het ministerie van Verkeer en Waterstaat de zaken uit de publiciteit heeft proberen te houden en het Openbaar Ministerie een volstrekt corrupte actie ondernam om gevangenisstraf voor de bouwfraudeurs te voorkomen met een boeteregeling van 'n paar zielige miljoentjes, terwijl de schade voor de staat en de belastingbetalers in de miljarden loopt.

Waar ing. Ad van Rooij zich als hogere veiligheidsdeskundige ook aan ergert is dat hij meer dan 2000 rechtszaken heeft gevoerd voor o.a. de Raad van State en het Europese Hof van Justitie, waarvan hij er veel heeft gewonnen. Ondanks die gewonnen rechtszaken weigeren de Nederlandse overheid en politiek hieraan uitvoering te geven en misbruiken zij daarvoor de Pikmeer-jurisprudentie van de Hoge Raad om deze ambtelijke criminaliteit af te dekken. Met name het Eindhovens Dagblad verzwijgt zijn jarenlange strijd om de uiterst gevaarlijke tekortkoming in de Bestrijdingsmiddelenwet die geen rekening houdt met de afvalfase te laten repareren door het parlement. Hij wordt steevast als een Donquichotte neergezet.

Als geen ander weet Van Rooij, en hij kan dat bewijzen, dat op langere termijn vele honderdduizenden mensen die in hun jeugd op geïmpregneerde kinderspeeltoestellen in de wijk hebben gespeeld op latere leeftijd het risico lopen om ziek te worden en voortijdig aan kanker te overlijden. Dat is geen spookverhaal maar een wetenschappelijk verantwoorde prognose. Hetzelfde geldt voor de zogenaamde groene stroom uit biomassa waarmee Essent dankzij van Rooij op 1 januari 2003 gaat stoppen.

Henry George (1839-1897): De Aarde behoort toe aan alle levende wezens

't Achterom 9a
5491 XD Sint Oedenrode
Tel. 0413-490387
Fax. 0413-490386

Amsterdam, 6 december 2002.

Raad voor de Journalistiek,
p/a Joh. Vermeerstraat 22,
1071 DR Amsterdam.

PLEITNOTITIE

Tijdstip hoorzitting: 6 december 2002 om 14.30 uur

Samenstelling Raad van Journalistiek:

  • Mr. D. Allewijn, voorzitter- coördinerend vice-president van de rechtbank Den Haag
  • Prof. Dr. Mr. B. de Gaay Fortman - hoogleraar Politieke economie van de rechten van de mens aan de Universiteit van Utrecht, Professor of Political Economy Institute of Social Studies
  • Mr. Drs. M.M.P.M. Kreyns - directiesecretaris Koninklijke Barneveldse Drukkerij/Uitgeverij
  • Mw. C.J.E.M. Joosten - opinieweekbladjournalist
  • Mw. Drs. J.W.M. Kok - correspondent Noord-Nederland voor Trouw

Betreft:

  • Klacht tegen Jan Egmond, journalist bij het Eindhovens Dagblad.
  • Aangevuld met een klacht tegen J.M. van der Hart, hoofdredacteur van het Eindhovens Dagblad.


Geacht Raadscollege,

Namens ondergetekende als natuurlijk persoon en als directeur van het Ecologisch Kennis Centrum B.V. heb ik bij u tegen J. Egmond, journalist bij het Eindhovens Dagblad, een klacht ingediend naar aanleiding van zijn publicatie "Vertrouwelijke gegevens Rooi in openbaarheid", in het Eindhovens Dagblad van 25 mei 2002. Het procesverloop met betrekking tot deze klacht is als volgt:

  1. Mijn klacht van 2 juni 2002, kenmerk: JE/ED/02062/kl, aan de Raad voor de Journalistiek (36 pagina's).
  2. Verweerschrift van 11 juli 2002 van J.M. van der Hart, hoofdredacteur van het Eindhovens Dagblad, als antwoord op mijn klacht van 2 juni 2002 tegen J. Egmond (1 pagina). Hiermee is J.M. van der Hart onderdeel gaan uitmaken van mijn klacht tegen J. Egmond.
  3. Mijn reactiebrief van 23 juli 2002 op het verweerschrift van 11 juli 2002 van J.M. van der Hart (41 pagina's).
  4. Behandeling van deze klacht op 6 december 2002 voor de Raad van Journalistiek.

De feiten zijn als volgt:

  1. Na een week van hard werken kom ik op zaterdag 25 mei 2002 uit mijn bed, neem de krant en lees bijgevoegd artikel met als kop "Vertrouwelijke gegevens Rooi in de openbaarheid". (zie bijlage 1). Ik kon daarbij mijn ogen niet geloven. Een anonieme journalist schreef over mij en het Ecologisch Kennis Centrum B.V., waarvan ik directeur ben, letterlijk het volgende:

    Vertrouwelijke gegevens Rooi in openbaarheid.

    SINT-OEDENRODE - De aanmeldingslijst voor de opkoopregeling van agrarische bedrijven is een vertrouwelijk stuk. Het gaat immers over financiële en ook vaak emotionele zaken van privé-personen. Bij een ingezonden brief van het Ecologisch Kenniscentrum, het bureau van milieuactivist Ad van Rooi uit Sint Oedenrode, zat die lijst als bijlage. Hoe zou dit kunnen gebeuren? Het college van B en W van Rooi werd donderdag behoorlijk in verlegenheid gebracht door deze vraag van het nieuwe CDA-raadslid H. van den Berk. De lijst had vertrouwelijk ter inzage gelegen in de leeskamer van het gemeentehuis, waartoe alleen gemeenteraadsleden en bevoegde ambtenaren toegang hebben. Wethouder C. van Rossum kon het achterste van zijn tong niet laten zien. "De verleiding is natuurlijk groot om te gaan gissen, maar het enige antwoord dat ik kan geven is: we weten het niet."

Een anonieme journalist heeft dat geschreven zonder hoor- en wederhoor te hebben toegepast. In het belang van een eerlijke journalistiek wil ik u vragen in uw beslissing een helder antwoord te geven op de volgende vragen:

  • Een anonieme journalist heeft dit artikel geschreven zonder hoor- en wederhoor te hebben toegepast. Juist daardoor heeft het Eindhovens Dagblad aan mij en aan het Ecologisch Kennis Centrum B.V. grote schade toegebracht. Mag dit?

  • Na het plegen van enkele telefoontjes ben ik erachter gekomen dat deze anonieme journalist J. Egmond geweest moest zijn. De heer J. Egmond is benevens journalist voor het Eindhovens Dagblad ook freelance redacteur bij de Midden Brabant en woont in Sint Oedenrode alle raadsvergaderingen bij. Bij besluit van 28 februari 2002 heeft de raad der gemeente Sint Oedenrode, gelet op de Wet op de Ruimtelijke Ordening, het bestemmingsplan m.b.t. de in geding zijnde agrarische blokken vastgesteld en voor iedereen ter inzage gelegd en deze ter inzage legging bekend gemaakt in het Eindhovens Dagblad, Midden Brabant en Staatscourant van 6 maart 2002 (zie bijlage 2 en 3).
    De CDA-wethouder C. van Rossum is wethouder Ruimtelijke Ordening en Loco-burgemeester. Dit betekent dat zowel C. van Rossum alswel J. Egmond allebei zeer goed op de hoogte waren van het feit dat het hier ging om voor iedereen ter inzage gelegde stukken en niet om geheime stukken. Hiermee heb ik toch duidelijk aangetoond dat tussen C. van Rossum en J. Egmond hierover voorafgaande afspraken zijn gemaakt met als doel mij en mijn bureau te beschadigen. Juist om die reden moest de schrijver van het artikel anoniem blijven. Mag dit?

  • Op hetgeen hierboven staat geschreven schrijft de hoofdredacteur J.M. van der Hart van het Eindhovens Dagblad het volgende: "De ervaring heeft geleerd dat de heer Van Rossum een betrouwbare gesprekspartner is voor onze plaatselijke correspondent de heer J. Egmond". De heer van der Hart schrijft dit met de wetenschap dat J. Egmond in dezelfde gemeente woont als waar C. van Rossum wethouder Ruimtelijke Ordening en Loco-burgemeester is. Ook geeft de heer van der Hart niet aan op welke feiten zijn ervaring berust. Zowel ik, als wel andere inwoners van Sint Oedenrode waarvoor het Ecologisch Kennis Centrum B.V. werkzaamheden verricht, ervaren zowel C. van Rossum als wel J. Egmond als zeer onbetrouwbaar. Ik kan dat zonodig met feiten en getuigenverklaringen onderbouwen. Mag een hoofdredacteur zich baseren op subjectieve ervaringen?

  1. In betreffend artikel schildert betreffende anonieme journalist mij in het Eindhovens Dagblad af als "Het Ecologisch Kennis Centrum, het bureau van milieuactivist Ad van Rooij". Dit om daarmee te beklemtonen dat van een dergelijk iemand wel te verwachten valt dat die vertrouwelijke gegevens op straat gooit. Het is hierbij goed te weten dat een paar weken eerder Pim Fortuyn werd vermoord door een milieuactivist. Het is hierbij tevens goed te weten dat het naar buiten brengen van deze gegevens CDA-wethouder C. van Rossum niet goed uitkwam. Dit omdat daarmee wel eens aan het licht zou kunnen komen dat hij zijn functie als wethouder heeft misbruikt om daarmee huidig CDA-voorzitter J. Jansen (partijgenoot) persoonlijk op een onrechtmatige wijze met zo'n 50.000 euro aan gemeenschapsgeld te verrijken, hetgeen ik met een onherroepelijke uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State feitelijk kan bewijzen.
    Dit moest kost wat kost worden voorkomen. Ik moest dus kapot worden geschreven. In het belang van een eerlijke journalistiek wil ik u vragen in uw beslissing een helder antwoord te geven op de volgende vragen:

  • Is het toegestaan dat ik om hierboven genoemde reden als milieuactivist wordt afgeschilderd?

  • Het is daarbij goed te weten dat ik over de hoogste deskundigheidspapieren beschik en deze deskundigheid is erkend door de Staatssecretaris van het ministerie van SZW, door de Stichting voor de Certificatie van Vakbekwaamheid en bij onherroepelijke uitspraak door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Mag het Eindhovens Dagblad mij, ondanks deze wetenschap, dan toch nog afschilderen als milieuactivist?

  • Op hetgeen hierboven staat geschreven schrijft de hoofdredacteur J.M. van der Hart van het Eindhovens Dagblad het volgende: "de heer Van Rooij staat al jarenlang wijd en zijd bekend als milieuactivist en wordt al jarenlang als zodanig omschreven in publicaties, niet alleen in het Eindhovens Dagblad". De heer van der Hart verzwijgt daarbij te zeggen dat juist het Eindhovens Dagblad, onder zijn leiding, de naam "milieuactivist" erin heeft gebracht en het Brabants Dagblad hun artikelen overnemen, waardoor het in een andere krant is gekomen. De heer van der Hart verzwijgt dat ik in de landelijke kranten en op TV als deskundige en als directeur van het Ecologisch Kennis Centrum B.V. wordt omschreven (zie bijlage 4 en 5). Ook verzwijgt de heer van der Hart dat onder zijn leiding al eerder door anonieme journalisten diverse verwoede pogingen zijn gedaan om mij, op basis van leugens en zonder hoor- en wederhoor te hebben toegepast, via het Eindhovens Dagblad kapot te schrijven. Op klachten die ik daarover aan hem heb verstuurd wordt nooit gereageerd. Dit is al zo'n tien jaar lang aan de gang. Zo'n 10 jaar geleden werd ik in het Eindhovens Dagblad zelfs afgeschilderd als "paranoïde". Ook hier ging het weer om een CDA-wethouder en een anonieme journalist, waarbij alles was gebaseerd op leugens en zonder dat hoor- en wederhoor was toegepast (zie bijlage 6). Mag dit een hoofdredacteur doen?

  1. Hoofdredacteur J. van der Hart schrijft in zijn verweerschrift "de heer van Rooij was geen partij bij de behandeling in de gemeenteraad van Sint Oedenrode. De kwestie ging over een brief van de heer Van Rooij in een discussie tussen een raadslid en een wethouder". Dit is volstrekt onjuist. Het ging niet om zomaar een brief. Het betrof een bezwaarschrift tegen een raadsbesluit waarmee verantwoordelijk CDA-wethouder C. van Rossum zijn partijgenoot CDA-voorzitter J. Jansen op onrechtmatige wijze met zo'n € 50.000,- persoonlijk wilde verrijken (zie bijlage 7). Juist daarom moest ik in het Eindhovens Dagblad worden kapot geschreven. Vraag: Mag het Eindhovens Dagblad zich hiervoor laten misbruiken?

  2. Hoofdredacteur J. van der Hart schrijft in zijn verweerschrift: "Het Eindhovens Dagblad vermeldt regelmatig de naam van correspondent Egmond wanneer het gaat om producties waar een naam bij hoort te staan uit journalistieke overwegingen. Een berichtje wordt nooit onder naam geschreven". Met hetgeen ik heb geschreven onder de punten 1 t/m 3 gaat het niet om zo maar een berichtje. Het betreft hier zeer nadrukkelijk een doelbewuste in afstemming met CDA wethouder C. van Rossum geschreven artikel met de bedoeling:
    • mij en het Ecologisch Kennis Centrum B.V. grote schade toe te brengen.
    • CDA-wethouder J. Jansen persoonlijk met zo'n € 50.000,- gemeenschapsgeld te verrijken.
    De naam van de journalist van het Eindhovens Dagblad die zich hiervoor leende mocht hieraan niet worden verbonden. Vandaar het anonieme artikel. Het wordt heel hoog tijd dat deze vorm van anonieme journalistieke criminaliteit in de toekomst wordt uitgesloten.

    Vraag: Bent u bereid om hierover een heldere beslissing te nemen?

  3. Hoofdredacteur J. van der Hart schrijft in zijn verweerschrift "het Eindhovens Dagblad ziet geen enkele reden tot rectificatie". Hierbij dient opgemerkt te worden dat ik, nadat bekend was geworden dat J. Egmond de anonieme journalist was, ik hem heb opgebeld. Dit heeft geleid tot een persoonlijk gesprek met hem in het bijzijn van mijn vrouw en moeder op 26 mei 2002 bij mij thuis. Hij heeft mij toen beloofd een correctieartikel te zullen schrijven, maar heeft dat niet gedaan. Hiermee heb ik toch echt bewezen dat de heer J. Egmond als journalist absoluut onbetrouwbaar is en daarbij wordt geholpen door hoofdredacteur J. van der Hart. Bovengenoemde punten 1 t/m 4 maken duidelijk met welk doel het Eindhovens dagblad artikelen in hun krant schrijft. Rectificatie van het artikel brengt de voorzetting van deze vorm van anonieme journalistieke criminaliteit in gevaar. Om in de toekomst deze vorm van anonieme journalistieke criminaliteit te voorkomen wordt het heel hoog tijd dat u hierop beslist dat anonieme artikelen niet meer mogen en dat het toepassen van hoor- en wederhoor verplicht is. Ik verzoek u hierop dan ook als zodanig te beslissen.

  4. Hoofdredacteur J. van der Hart schrijft in zijn verweerschrift: "De kwestie speelde in deze vergadering niet rond de heer Van Rooij en zijn Ecologisch Kennis Centrum B.V. maar ging over het feit of wethouder Van Rossum terecht of niet terecht over een vertrouwelijk stuk had gesproken".

    Voor reactie hierop verwijs ik u naar mijn reactie onder de punten 1 t/m 5. Hieruit blijkt tevens dat de heer Van der Hart zelf ook van mening is dat de naam milieuactivist, Van Rooij en het Ecologisch Kennis Centrum in zijn geheel niet gebruikt behoefden te worden in betreffend artikel. Dit is een toevoeging zonder enige waarde voor dat artikel; alleen waarde om van Rooij en het Ecologisch Kennis Centrum schade toe te brengen. OPZET DUS!!

CONCLUSIE.

Met hetgeen onder de punten 1 t/m 6 staat geschreven heb ik feitelijk bewezen dat het Eindhovens Dagblad onder leiding van hoofdredacteur J. van der Hart, een krant is geworden die anonieme artikelen schrijft om daarmee de overheidscriminaliteit behulpzaam te zijn. Degene die gebruik maakt van de wettelijke bezwarenmogelijkheden tegen die overheidscriminaliteit wordt door het Eindhovens Dagblad anoniem kapot geschreven. Een dergelijke journalistiek van het Eindhovens Dagblad heb ik al 10 jaar lang aan de lijve ondervonden. Ik wil u vragen om op mijn klacht een zodanige beslissing te nemen dat hieraan voor goed en altijd een einde komt. U zou daarmee heel veel toekomstige slachtoffers, mat name in het gebied waar het Eindhovens Dagblad wordt uitgegeven, een hele grote dienst bewijzen.

Tenslotte wil ik u vragen het Eindhovens Dagblad te verplichten tot plaatsing van uw beslissing op deze klacht in hun hoofdkrant.


    Hoogachtend

    ing. A.M.L. van Rooij, veiligheids- en milieudeskundige Ecologisch Kennis Centrum BV
    Voor deze

    Ing. A.M.L. van Rooij,
    directeur.
    (Tevens getekend als natuurlijk rechtspersoon).


Bijlage:

  1. Artikel "Vertrouwelijke gegevens Rooi in openbaarheid" uit het Eindhovens Dagblad van 25 mei 2002 (1 pagina).
  2. Besluit van 28 februari 2002 van de Raad der gemeente Sint Oedenrode (1 pagina).
  3. Bekendmakingen raadsbesluit d.d. 28 februari 2002 in Eindhovens Dagblad, Midden Brabant en Staatscourant van 6 maart 2002 (1 pagina).
  4. Artikel "Provincies negeren verbod Raad van State op houtversnippering" uit het Algemeen Dagblad van 31 juli 1999 (1 pagina).
  5. Artikel "Vergunning voor spuiten met gif" uit het Algemeen Dagblad van 16 oktober 1999 (1 pagina).
  6. Artikel "Werkwijze Van Rooij kan niet langer" uit het Eindhovens Dagblad van zo'n 10 jaar geleden (1 pagina).
  7. Artikel "Fors meer subsidie op sloop stal" uit het Eindhovens Dagblad van 27 juli 2002 (1 pagina).