Privatisering van de grindwinningsgebieden aan Aqua Terra B.V.


Wolmanzouten . . . Kamerzetel 151 . . . Klokkenluiders <====> SDN . . . Schandpaal

Mr. T.E.F.E.M. Duynstee Mr. C.G.J.M. van Hilten-van Heeswijk | Henrie Veldekeplein 29 Mr. P.F.C.M. DAHMEN Mr. G .I.E P0ER1NK | postbus 289 APVOCATEN EN PROCUREURS | 5200 AG Maastricht Mr. R.A.L.M. van DOOREN Mr. G.E.M. NEDERVEEN Advocaat | tel. Kantoor: 043-50043
College van Gedeputeerde Maastricht, 14 mei 1985 Staten uw ref.: 40 afdeling Bouillonstraat nr. 3, t.a.v. Mr. J. Huurman 6211 LH MAASTRICHT onze ref.: P 1038 PROVINCIALE GRIFFIE VAN LIMBURG --------------------- INGEKOMEN 15 MEI 1985 --------------------- AFD 4 Ag/Bo Nr. 10405
    Hoogedelgestreng College,

    Inzake de privatisering van de grindwinningsgebieden refereer ik aan ons onderhoud, waarin u mij advies vroeg over de met Aqua Terra B.V. te sluiten verkoopovereenkomst.

    Ik zou eerst een opmerking vooraf willen maken. Als verlener van de ontgrondingsvergunningen en als inrichter van de grindwinningsgebieden rust op de Provincie een duidelijke verantwoordelijkheid in deze materie. Privatisering is gebaseerd op de stelling, dat sommige overheidstaken beter of even goed verricht kunnen worden binnen het kader van het particulier initiatief.

    Privatisering mag er naar mijn mening niet toe voeren, dat de verantwoordelijkheid overgeheveld wordt naar het particulier initiatief. Anders gezegd! Ingeval tot privatisering van de grindwinningsgebieden wordt overgegaan, dient het publieke belang in redelijke mate verzekerd te zijn. De overheid kan bij privatisering niet op de stoel gaan zitten van het particulier initiatief. Wèl zullen bepaalde garanties verlangd kunnen en mogen worden.

    Ik baseer het onderstaande op de volgende stukken:

    • concept-overeenkomst, document 723 OP
    • de brief van J.A. Haverhals d.d. 15-4-1985.

    In de considerans wordt melding gemaakt van de uitgangspunten van de Provincie, t.w. de toeristische en recreatieve ontwikkeling van het gebied en de inrichtingsnota. Het valt op, dat de considerans niet resulteert in contractsbepalingen en dat de koper in dat opzicht dus vrij wordt gelaten. Dit is niet aanvaardbaar De koper dient de beleidsvisie van de Provincie te realiseren en in stand te houden, al dan niet bijgesteld op verzoek van de koper.

    De opmerking van de heer Haverhals, dat iedere investering in principe afhankelijk is van het rendement en dat men winst moet maken, omdat men anders failliet gaat, is ongetwijfeld juist, maar in het kader van de te maken afspraken ongenoegzaam.

    In het voorliggend concept is het mogelijk, dat Aqua Terra B.V. de aantrekkelijke delen van de verworven gebieden doorverkoopt al dan niet naar een bevriende vennootschap. De krenten kunnen aldus uit de pap worden gehaald, waarna de B.V. gevoeglijk kan failleren. De koper zal binnen redelijke grenzen:

    • de beleidsvisie moeten realiseren;

    • het gehele gebied (waaronder ook b.v. de natuurgebieden) dienen te onderhoud en de gerealiseerde en nog te realiseren voorzieningen in stand dienen te houden

    • het gehele gebied dienen te beheren, des dat het gebied zijn publieke functie t.b.v. de recreatie behoudt.

    Daartoe zal een investeringsplan opgesteld moeten worden, alsmede een onderhoudsplan en een beheersplan. Dit alles dient in de overeenkomst vastgelegd te worden. Er zou dan b.v. een commissie van toezicht geformeerd kunnen worden, die de uitvoering van bedoelde plannen begeleidt.

    In de overeenkomst zal een verbod tot vervreemding/verpachting/ingebruikgeving enz. opgenomen moeten worden, behoudens voorafgaande schriftelijke toestemming van de Provincie. Bij vervreemding enz. zullen de verplichtingen uit de overeenkomst aan de derde, opgelegd moeten worden. Tevens zal een kettingbeding opgenomen moeten worden. De op te richten B.V. Aqua Terra is in feite een lege B.V. Aan de actiefzijde van de balans zullen de verworven grindwinningsgebieden staan en aan de passiefzijde de hypothecaire lening, waarmede de aankoop is gefinancierd. De hypotheeknemer (geldverstrekker) is een bevriende vennootschap. Aldus heeft men het volledig in de hand de Aqua Terra B.V. te laten failleren. Vervolgens zal de hypothecaire schuldeiser tot veiling kunnen overgaan. Naar mijn mening is het aldus een vereiste, dat Aqua Terra B.V. voldoende met eigen risico dragend kapitaal is uitgerust, teneinde de bovengeschetste gang van zaken onaantrekkelijk te maken.

    In de nu voorliggende opzet zijn de risico's van de koper zeer beperkt. Bij een veiling van het onroerend goed zal de hypothecaire lening er wel uitkomen. De Provincie blijft dan met de brokken zitten. De realisering van de beleidsvisie kan men rustig vergeten. Het spookbeeld van half gerealiseerde voorzieningen, niet onderhouden natuurgebieden, enz. laat ik nu maar verder onbesproken.

    Kortom! ~ De koper zal voldoende risicodragend kapitaal moeten fourneren. Daartegen bestaat voor een ondernemer, die een project als interessant beoordeelt, ook geen enkel bezwaar. Verder zal de koper zich moeten vastleggen op een investeringsplan, een onderhoudsplan en een beheersplan.

    Ik ben niet en detail ingegaan op de concept-overeenkomst, alhoewel ik daarover wel opmerkingen heb. De bijlagen A en B zijn wel geschikt als beschrijving van de projectgebieden, doch niet geschikt als omschrijving van hetgeen in eigendom wordt overgedragen. Het dient zo te zijn, dat 'de koper treedt in alle bestaande rechten en verplichtingen Vermeden moet worden, dat de Provincie in de ring moet treden tegen particulieren, om aldus aan haar leveringsverplichting t.o.v. de koper te kunnen voldoen. In een eerder stadium wees ik reeds op het voorkeursrecht van de pachter.

    Zo zijn er nog meerdere opmerkingen te maken, die echter in het kader van deze brief te ver zouden voeren. Wel van groot belang is, dat in de overeenkomst sancties worden opgenomen. Substantieel is dat in een overeenkomst wordt afgezien van de mogelijkheid ontbinding te vorderen wegens wanprestatie. Sancties zouden gevonden kunnen worden in het niet verder overdragen van de grindwinningsgebieden en in een boeteclausule.

    Tot nader overleg ben ik gaarne bereid.

    Hoogachtend,