Koopkracht is ook een product dat een evenwichtige distributie behoeft

Sociale prestatie van Nederland inclusief de AOW

Voedselbanken . . . Kamerzetel 151 . . . Klokkenluiders <====> SDN . . . Crisisdebat . . . AOW

Zie eerst het commentaar op 23 maart 2002 onderaan
Betaalbaarheid sociale voorzieningen ruimschoots aangetoond

Samenstelling: R.M. Brockhus, St. SDN, Westkade 227, 1273 RJ Huizen. © 1992-2003
Verhoudingstabel sociale verzekering / Bruto Nationaal Inkomen (bron: CBS)
  Jaar 1969 Nationaal Product Int. Sociale Overdracht AOW uitkering Percentage ISO/BNI Percentage AOW/BNI Sociaal ecart minus AOW
 
  1969 108.490 14.430 4.590 13,30% 4,23% 9,07%
  1970 121.590 16.760 5.240 13,78% 4,31% 9,47%
  1971 136.500 20.160 6.190 14,77% 4,31% 9,47%
  1972 154.340 23.930 7.020 15,50% 4,55% 10,95%
  1973 177.110 27.840 8.340 15,72% 4,71% 11,01%
  1974 200.530 33.360 9.860 16,64% 4,92% 11,72%
  1975 218.070 39.960 11.600 18,32% 5,32% 13,00%
  1976 250.800 46.010 13.520 18,35% 5,39% 12,96%
  1977 273.730 51.950 15.040 18,98% 5,49% 13,49%
  1978 294.200 58.730 16.690 19,96% 5,67% 14,29%
  1979 313.720 64.720 17.920 20,63% 5,71% 14,92%
  1980 333.650 70.920 19.510 21,26% 5,85% 15,41%
  1981 348.320 75.690 20.530 21,74% 6,03% 15,71%
  1982 364.730 80.610 21.910 22,10% 6,01% 16,09%
  1983 378.320 81.400 22.320 21,52% 5,90% 15,62%
  1984 396.070 81.570 22.560 20,59% 5,69% 14,90%
  1985 414.930 82.960 23.720 19,99% 5,72% 14,27%
  1986 422.890 84.540 24.700 19,99% 5,84% 14,15%
  1987 425.040 86.910 25.260 20,45% 5,94% 14,51%
  1988 452.400 89.650 25.890 19,82% 5,72% 14,10%
  1989 482.670 88.560 26.890 18,35% 5,57% 12,78%
  1990 512.540 101.280 31.460 19,76% 6,13% 13,63%
  1991 536.820 108.760 33.180 20,26% 6,18% 14,08%
  1992 566.100 106.426 32.037 18,80% 5.66% 13.14%
  1993 581.500 109.903 32.861 18,90% 5.65% 13.25%
  1994 613.000 109.727 32.546 17,90% 5.31% 12.59%
  1995 635.000 109.855 33.453 17,30% 5.27% 12.03%
  1996 661.500 110.470 34.935 16,70% 5.28% 11.42%
* 1997 684.135 110.148 36.625 16,10% 5.35% 10.75%
* 1998 704.465 109.896 38.200 15,60% 5.42% 10.18%
*   prognose prognose prognose prognose prognose prognose

Nergens is een spoor van financiële afwikkeling te vinden van het saldo van € 50,9 miljard dat zou moeten zijn afgedragen door het
ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan het spaarfonds. Nergens is een afboeking van de staatsschuld te vinden die
met dat bedrag zou hebben moeten dalen met vernietiging van die staatsobligaties waaruit dat fonds voor honderd procent bestond.
In twee persconferenties van de minister-president werd een vraag gesteld over de structuur van de staatsschuld en de onderdelen
die er deel uitmaken, als investeringen in banken en leningen aan derden. Dat zijn bezittingen die met staatsschuld zijn gefiancierd.


Toelichting:

Het percentage ISO/BNI betekent Integrale Sociale Overdracht in relatie tot het Bruto Nationaal Inkomen.
Het Sociaal Ecart omvat de financiering van alle sociale voorzieningen tezamen; zoals de WAO, de ziektewet, kinderbijslag en studiefinanciering, naast de component AOW die vanwege de vergrijzing als zogenaamd 'onbetaalbaar' wordt bestempeld, hetgeen in economische zin volstrekte kolder is.
In een economische gebied gebeurt - meestal via het ruilmiddel geld - iets wel of iets niet. Het bouwen van piramides en kathedralen bijvoorbeeld gebeurde vanuit culturele overwegingen en niet omdat het economisch of financieel mogelijk of wenselijk zou zijn. Datzelfde geldt ook voor het voeren van oorlog. Voor dit laatste is er te allen tijde geld genoeg.

    Commentaar op 1 april 1992

Met de uitbouw van de verzorgingsstaat in de zeventiger jaren kwam de sociale prestatie in 1982 tot een hoogtepunt. Keerpunt '81 is beleidsmatig terug te vinden in de ontwikkeling van de sociale quote als aandeel in het nationaal inkomen. Het niveau van de inkomensoverdracht ligt vandaag nauwelijks 50% hoger dan in 1969. Vanaf 1982 is het aandeel van de sociale inkomensoverdracht met 'n licht dalende tendens tamelijk stabiel gebleken.

Paniekzaaierij over de "onbetaalbaarheid" van het stelsel is niet opportuun. Wel is er een verschuiving waar te nemen van de inkomensoverdracht van mensen jonger dan 65 jaar naar mensen ouder dan 65. Het welvaartsniveau per individu wordt vooral beïnvloed door het aantal mensen dat aangewezen is op een uitkering (hier niet in verwerkt), waarbij ook de koopkracht op basis van het prijsindexcijfer sterk wordt beïnvloed. Vervuiling van het prijsindexcijfer (met de uitbouw van de verzorgingsstaat in de zeventiger jaren) door de privatisering van collectieve diensten, zoals bijvoorbeeld de eigen bijdrage voor het ziekenfonds), versluiert een eventueel neerwaarts welzijnsniveau van de gemiddelde uitkeringsgerechtigde onzichtbaar.

    Commentaar op 25 maart 1996

Toen in 1992 deze tabel werd ontwikkeld op basis van ruwe gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek, was duidelijk dat niet eerder relaties waren gelegd tussen de werkelijke kosten van de sociale voorzieningen en het nationaal inkomen. De bezuinigingen op de sociale zekerheid hebben dan ook een ideologische oorsprong en geen economische, sociale, religieuze of wetenschappelijke achtergrond.

Het marktdenken van economen en politici is leidraad (geweest) voor een arbeidsmarktbeleid dat tot de verpaupering van velen heeft geleid. Met of zonder werk (want met een Melkertbaan kan men geen gezin onderhouden, laat staan een toekomst opbouwen), het maakt weinig uit, want de armoede groeit gewoon verder. Het wachten is op een mogelijkheid om bovenstaande bewijzen in een openbare discussie te krijgen.

    Commentaar op 17 juli 1997

In tegenstelling tot wat men in de politiek en via de media ons wil laten geloven, blijkt in werkelijkheid dat de kosten van alle sociale voorzieningen bij elkaar niet "onbetaalbaarder" worden, maar juist gemakkelijker betaalbaar. Het lijkt er op dat het naar buiten brengen en doorgeven van onjuiste cijfers de carrièremogelijkheden van bestuurders, politici en journalisten zelfs gunstig beïnvloedt; want anders is een dergelijke waarneming niet te verklaren. Voorspelbaar is dat met de komende verkiezingspropaganda het verpauperingseffect van deze ontwikkeling zorgvuldig buiten de discussie zal blijven.

We mogen op tv weer met muntjes schuiven voor plannen in de toekomst. De maatschappelijke en sociale verwoestingen van de afgelopen periode worden daarbij onder het tapijt geveegd. De "Wet Boeten", het geesteskind van PvdA-fractievoorzitter Jacques Wallage, die heel veel sociaal leed en ontwrichting zal veroorzaken, wordt gegarandeerd geheel buiten de discussie gehouden. Wie zijn daar verantwoordelijk voor? De politici? De partijen? De pers? De maatschappelijke instellingen? De bonden? De kerken? Ik weet het al: het zijn de armen zelf; want zij (moeten) zwijgen!

    Commentaar op 3 februari 2000

Op 2 februari 2000 lezen we in de Volkskrant dat de WRR - in navolging van het dr. W.F. Duisenberg, de huidige president van de Europese Centrale Bank - dat de staatsschuld eigenlijk helemaal afgelost moet worden. Dit, om met de wegvallende rentelasten van 30 miljard per jaar over de huidige staatsschuld van 530 miljard gulden de vergrijzing en de AOW te kunnen betalen.

Bij navraag stelt de WRR dat men de problematiek bekijkt vanuit het perspectief van de generaties. Dat wil zeggen, hoeveel werkende mensen betalen er voor mensen die oud en ziek zijn geworden. Je ziet dan in de statistiek dat de verhoudingen minder gunstig komen te liggen. Maar wat zowel Duisenberg als de WRR buiten beschouwing laten is, dat de automatisering en de robotisering zeer veel arbeidscapaciteit toevoegen aan de werkenden van de toekomst. Het probleem van de betaalbaarheid komt dan geheel anders te liggen. Dat is slechts een kwestie van willen delen van wat er méér geproduceerd wordt in de industrie.

Wel ben ik het met de WRR eens dat de basis van financieren verbreed moet worden. Dat is sowieso nodig, omdat de geautomatiseerde productieprocessen nog steeds geen bijdrage leveren aan de distributie van producten die daaruit voortkomen. Anders gezegd: robots betalen geen loon, geen belasting en geen (AOW) premies, maar produceren wel voor een markt die geen koopkracht verwerft uit het economisch proces. Sterker nog, de robots verlangen zelfs subsidie en belastingaftrek.

Bekijken we de tabel boven dan blijk dat - met keerpunt '81 als omslagpunt - de vergrijzing zelfs nog zonder verbreding van het draagvlak meer dan betaalbaar is. Het is op een laag niveau van ruim 5,5 procent van het Bruto Nationaal Inkomen gemakkelijk op te brengen. De enge visie van de WRR richt zich voornamelijk op de aantallen mensen in de productieve en in de rustfase van hun leven.

Wanneer de waardestijging van onroerend goed en aandelen fiscaal belast zou worden - net als in Amerika - dan zouden mensen beter in staat zijn om naast de collectieve regelingen ook particulier meer te sparen. Dat gaat evenwel ten koste van de positie van de mensen met de laagste inkomens, omdat die ook voor later niet kunnen sparen. Een goede AOW is dus noodzakelijk, en het minimumloon moet daarom zodanig omhoog dat de meeste mensen zonder huursubsidie moeten kunnen rondkomen. Het kopen van een woning komt dan ook voor de lagere inkomens in het verschiet, hetgeen maatschappelijk en sociaal grote voordelen heeft. Verkrotting wordt daarmee tegengegaan, die nu na de verwaarlozing met het poldermodel vele miljarden kost om te herstellen.

Het begrip "sparen voor later" is ons met de paplepel ingegoten. We kunnen daardoor - ook economen - kennelijk niet zo goed begrijpen dat individuen en bedrijven binnen een maatschappelijke context kunnen "sparen" voor later, maar dat een volk in zijn geheel dat per definitie NIET kan, behalve wanneer al het spaargeld in het buitenland wordt belegd. Het sparen van handen aan het bed of van kroppen sla is de facto illusoir, maar kapitaal kan men ongelimiteerd creëren en verzamelen. Ik denk dat ik niet uitgebreid hoef uit te leggen dat dat scenario zowel voor het buitenland als voor de financiering van de bedrijvigheid als voor de finale bestedingen volstrekt onacceptabel is. Een complete ineenstorting van de economie zou het gevolg zijn, samen met een meedogenloze deflatie en internationale spanningen. Japan verklaarde Amerika niet voor niets de oorlog met de aanval op Pearl Harbour. Die vloeide voort uit onevenwichtigheden in de handelsbetrekkingen en protectionistische maatregelen.

De visie van Peter van der Heiden van het Centrum voor Parlementaire Geschiedenis van de Katholieke Universiteit Nijmegen, in de Volkskrant van 8 februari 2000, geeft een heldere kritiek op het ook door mij bekritiseerde standpunt van de WRR, waarbij ik me afvraag hoe 'wetenschappelijk' de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) eigenlijk wel is. Het lijkt er op dat een sterke politiek ondertoon de richting aangeeft die zal kunnen leiden tot een meer Amerikaanse maatschappijstructuur.

Toch is m.i. de visie van van der Heiden niet compleet, omdat hij kennelijk niet ziet dat het AOW-fonds in feite nu al een versnelde aflossing van de staatsschuld inhoudt. Nog los van de ontlasting van de AOW-financiering door de gigantische vermogens van het ABP en de PGGM; die qua omvang tot de bevolking absoluut uniek zijn in de wereld. Nederland is een meester om zich armer voor te doen dan we zijn, want ook de vermogenskant en bezittingen en vorderingen die de Staat der Nederlanden aan de debetzijde van de balans heeft staan, laten van de staatsschuld na fiscalisering en consolidering niet al te veel over. Want ook de fiscale component in het vermogen van het ABP wordt gemakshalve niet meegerekend; en dat is onterecht. (Zie het begrotingsdebat 1998 van oud-kamerlid Hendriks)

In dezelfde Volkskrant staat een verslag over de laatste begroting die Clinton aanbiedt aan het Congres, waarin enkele frappante cijfers naar voren komen. Onder verwijzing van mijn brief aan president Clinton van 12 januari jl. blijkt dat in de VS vandaag nog steeds 45 miljoen mensen (18%) geen enkele verzekering heeft, noch voor ziektekosten, noch voor de AOW. Zo'n maatschappijstructuur moeten wij in West-Europa echt zien te voorkomen, omdat de criminaliteit van overheidswege bevorderd wordt door grote groepen mensen in een kansloze en uitzichtloze situatie te brengen.

    Commentaar op 23 maart 2002

In het politieke discussieprogramma van TROS-Kamerbreed op 23 maart 2002 stelde de lijsttrekker van de Verenigde Senioren Partij mevrouw Smit-Boerma tegenover Robin Linschoten (VVD), dat het spaarfonds voor de AOW dat bestaat uit staatsobligaties geen enkele reële waarde heeft, omdat de staat 'staatsschuld aan zichzelf' opkoopt. Robin Linschoten met enkele zware commissariaten in de financiële wereld hield halsstarrig vol: als zou dat AOW-spaarfonds uit louter spaargeld bestaan, dat op elk moment verzilverd kon worden wanneer dat nodig zou zijn voor de financiering van de AOW.

Zelfs een matig intelligent mens kan snappen dat wanneer je geld leent aan jezelf of schuld aan jezelf aflost aan jezelf, dat je dan bezig bent met het bouwen van luchtkastelen. Mevr. Smit-Boerma had dat goed door, maar kreeg niet voldoende ruimte om deze grove politieke misleiding door zowel de overheid, de politiek in het algemeen en in die TROS-uitzending door Robin Linschoten in het bijzonder, te weerleggen. Het is verbijsterend dat een knappe journalist als Caspar Becx een dergelijke omissie kan maken door niet boven op dit onderwerp te springen en Linschoten hierover door te zagen. Het welvaarts- en welzijnsbelang van enkele miljoenen mensen staat op het spel.

Het is kennelijk bon ton om de leugen rond de financiering van de AOW te koesteren, want het is goed voor de verkleining van de staatsschuld en dus goed voor het land. (???) Ook dit laatste is lariekoek; en dat weten ze bij de media en in Den Haag maar al te goed. Men gaat er domweg vanuit dat de burger belazerd wíl worden, want anders zou die wel opspelen en protesteren. Dat doet ie wel, maar alleen daar waar het in het openbaar niet gehoord kan worden. is dus een absolute noodzaak om o.a. de betaalbaarheid van de AOW in de parlementaire discussie te dwingen. Vanzelf gaat dat niet. De belangen zijn daarvoor te groot.

Ik schreef haar op 23 maart daarom het volgende bericht:

Huizen, 23 maart 2002

Mevrouw Smit-Boerma,

Ik hoorde u bij de TROS in Kamerbreed. Mijn compliment voor uw inzichten. Met name uw visie op het AOW-fonds en de staatsschuld sprak mij aan. U hebt gelijk dat het inkopen van staatsobligaties voor een zogenaamd fonds voor de financiering van de AOW een grove leugen is. Het is een bedrieglijke concessie aan de VVD (Linschoten) om met misleiding van alle kiezers de staatsschuld versneld af te lossen. Wie van die aflossing zou profiteren is mij nog steeds onduidelijk. Schadelijk is het sowieso voor alle gepensioneerde ambtenaren, verplegend personeel en andere beleggers in staatsobligaties. Ik verzoek u de onderstaande website te bezoeken en de links te volgen.

Wat onze democratische inbreng betreft is het initiatief op www.sdnl.nl/kamerzetel-151.htm"> vermoedelijk de enige mogelijkheid om de kloof tussen de burgers en de politiek te verkleinen. Vanuit de politiek moet u overigens niets verwachten, want daar is met alleen bezig met consolideren en het jongleren met loze beloftes. Misschien kan ik iets voor u doen.


schreef Robert M. Brockhus (59),
Westkade 227,
1273 RJ Huizen.
Telefoon 035-5244141.