Pierre Heijboer met zijn boek Doemvlucht: De verzwegen geheimen van de Bijlmerramp

(10-06) Proces-verbaal van het verhoor door de Luchtvaartpolitie (op 4 oktober 1996) van Israel Chervin, vrachtmanager van El Al, waarin deze zich van alles 'niet kan herinneren' over de avond van 4 oktober 1992. 'Hij' is een hoorfout. Dat moet zijn: Aaij.

______________________________________________________________________________________

Bijlage 13-K bij

proces-verbaal

96.08.21.0452.01

KORPS LANDELIJKE POLITIEDIENSTEN

DIVISIE MOBILITEIT

LUCHTVAARTPOLITIE

LUCHTHAVEN SCHIPHOL

TELEFOON 020 - 5025693

Nummer: 96.08.21.0452.01.12

P R O C E S - V E R B A A L

Terzake : nader horen van de getuige I. Chervin in

verband met een nader onderzoek betreffende een

ongeval op 4 oktober 1992,

Luchtvaartuig : 4 X - A X G.

Bi j lage(n) : geen.

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

Verbalisanten.

Wij, Johannes Wernardus Gerardus Maria HOUTMAN en

Johannes Petrus DE ROOIJ, beiden brigadier van poli-

tie, behorende tot de Luchtvaartpolitie van het

Korps Landelijke Politiediensten, relateren het vol-

gende .

Inleiding.

Naar aanleiding van een aangifte van de aangever

Plettenberg (zie de bijlage 13 bij proces-verbaal

96.08.21.0452.01) werd door ons een onderzoek inge-

steld. Hiertoe werden door ons diverse getuigen

gehoord.

Getuigenverhoor.

Eén van de getuigen is de op vrijdag 4 oktober 1996,

omstreeks 10.00 uur gehoord:

Getuige: ------ Isra�l CHERVIN. --------

geboren op 11 februari 1951 te Ramat Gan, Isra�l,

van beroep vrachtmanager, wonende Straat van Sicili�

9 te 1183 GK Amstelveen.

Nadat wij de getuige terzake in kennis hadden

___________________________________________________________________

Proces - verbaal 08.08.21 0452.01.12 Pagina 2

gesteld, verklaarde deze:

"Naar aanleiding van hetgeen U vertelt, kan ik

de volgende verklaring afleggen. Ik ben werkzaam bij

El Al sinds november 1977 en ik startte in Tel Aviv

en ik heb al de tijd, die ik bij El AL heb gewerkt.

in de vrachtafdeling doorgebracht. Sinds augustus

1991 ben ik geplaatst op het station Amsterdam als

vrachtmanager. Ik zal trachten Uw vragen zo accuraat

mogelijk te beantwoorden, hoewel de gebeurtenissen

waar U mij naar vraagt, vier jaar geleden zijn.

Op de avond van de 4e oktober 1992 was ik thuis

toen de telefoon ging en ik gebeld werd door Herman

Hij , een medewerker van de vrachtafdeling. Hij zei

mij dat de AXG verongelukt was. Ik wist dat Herman

wel eens overdreef, dus ik nam het bericht in eerste

instantie niet helemaal serieus. Ik dacht dat de AXG

op de baan op Schiphol een probleem zou hebben, maar

niet dat het toestel helemaal verongelukt was. Hij

bleef er bij en ik ben uiteindelijk, na het plegen

van enkele telefoontjes', naar Schiphol gegaan en met

name naar het vrachtkantoor. Ik schat dat ik daar

aankwam op een tijdstip ergens tussen een uur en

anderhalf uur na het ongeval. Als U dus zegt dat het

toestel verongelukte om 18.36 uur lokale tijd, leid

ik daar uit af dat ik ergens tussen 19.35 uur en

20.05 uur op Schiphol was.

Ik ben daar naar schatting een uur of anderhalf uur

gebleven en in die tijd heb ik telefoongesprekken

beantwoord en met mensen gesproken. Ik ben in die

tijd onder meer gebeld door de Isra�lische TV en in

kwam live in de uitzending. Ik hoorde dat er gezegd

werd dat er sprake was van een vlucht New York -

Amsterdam en dat er een bom was ontploft en dat heb

ik weersproken. Ik kan mij niet herinneren dat ik

met andere persmensen heb gesproken.

Ik meen dat ik ergens rond 21.00 uur naar het kan-

toor in het stationsgebouw ben gegaan. Ik kan mij

_________________________________________________________________

Proces - verbaal 96.08.21.0452.01.12 Pagina 3

herinneren dat ik daar de heer Uri Danor (de direc-

teur El Al Nederland) , de stationmanager van El Al

Schiphol, de onderhoudsmanager mr. Almozlino, aan-

trof en dat was in de kamer van de stationmanager.

Ik kan mij niet herinneren dat ik politiemensen heb

gezien.

U las mij voor wat Plettenberg heeft gezegd wat ik

zou hebben gezegd, die avond over de afgifte van de

vrachtpapieren. Ik kan mij niet herinnerendat ik

dit letterlijk heb gezegd. Ik kan mij ook niet her-

inneren dat ik geweigerd heb om de vrachtpapieren af

te geven. Het is evenwel mogelijk dat ik zoiets

gezegd heb omdat ik wel verwachtte dat er iemand zou

komen (hetzij van de RLD hetzij van de politie het-

zij van het Ministerie van Verkeer) om de vrachtpa-

pieren op te halen. Ik kan mij niet herinnerendat

ik een politieman met een Indonesisch uiterlijk heb

gezien; ook de naam 'Daan Nix' zegt mij niets. Ik

kan mij ook niet herinneren dat Plettenberg binnen-

kwam met een politieman- en die introduceerde en dat

die de vrachtpapieren op kwam halen. Ik kan mij

zelfs de aanwezigheid van Plettenberg op die avond

niet herinneren . Wat ik mij herinner is dat er voor-

namelijk vracht vanuit New York naar Tel Aviv aan

boord was en dat er bijna geen vracht hier aan boord

is gegaan.

Ik weet dat ik tot zeer laat in het kantoor van de

stationmanager was, maar ik weet niet meer hoe laat

ik weg ben gegaan. Ik ben in elk geval niet in de

Bijlmermeer geweest die avond.

Ik kan mij herinneren dat Uri Danor zei dat wij

moesten meewerken met iedere autoriteit die papieren

kwam halen. Hoe de papieren bij enige autoriteit in

Nederland zijn gekomen, weet ik niet.

Als El Al employé en werkzaam bij El Al voor

bijna 20 jaar, kan ik zweren dat wij van de vlucht

waar het hier om gaat, alle vrachtpapieren hebben

___________________________________________________________________

Proces - verbaal 96.08.21.0452.01.12 Pagina 4

overlegd aan de Nederlandse autoriteiten. De in-

structie aan de mensen hier is om geen zendingen aan

boord te laten als de papieren niet kloppen, onge-

acht of het hier gaat om papieren voor de gevaarlij-

ke stoffen of douane-papieren of anderzijds. Ik wil

zendingen niet vervoerd hebben als de zaken niet

kloppen in enige zin."

de getuige,

(handtekening)

I. Chervin.

Na voorlezing en volharding door de getuige

ondertekend. Bij het afleggen van zijn verklaring in

de Engelse taal zijn geen communicatiestoornissen

opgetreden.

Dit proces-verbaal maakt als bijlage deel uit

van proces-verbaal 96.08.21.0452.01.

Waarvan door ons op ambtseed is opgemaakt dit

proces-verbaal te Schiphol op 4 oktober 1996.

De verbalisanten:

(handtekening)

J.G.W.M. Houtman.

(handtekening)

J.P. de Rooij

type: jh

corr: jh

Gezien en doorgezonden,

het hoofd Luchtvaartpolitie,

(handtekening)

J.J. ter Schure

(10-06) Contact tussen de Rijkspolitie Dienst Luchtvaart en de Amsterdamse politie, waaruit blijkt dat dit op de rampavond niet ál te collegiaal was.

___________________________________________________________________________

20.58

CMK: 'Centrale meldkamer, goeienavond.'

RPDL: 'Goeienavond, Dienst Luchtvaart, Schiphol. Moment, ik verbind even door. (�) Met Bloemen, Rijkspolitie Dienst Luchtvaart, piketofficier.'

CMK: 'Goedenavond, u spreekt met de centrale meldkamer momenteel. Ik neem aan dat u de UCK wil hebben?'

RPDL: 'Met zeer veel spoed alstublieft.'

CKM: 'Met zeer veel spoed. Sodemieters. Nou, als u even probeert te bellen 5592165.'

RPDL: '5592165.'

CMK: 'Ja, dan krijgt u onze Uniforme Commando Kamer.'

RPDL: 'Dank u wel.'

CMK: 'Tot uw dienst.' (25/3)

___________________________________________________________________________

Commandant Bloemen van de Luchtvaartpolitie had klaarblijkelijk een dringende boodschap voor de Amsterdamse politie. Helaas is het telefoon- gesprek hierover niet op band vastgelegd.