Daags voor het openbare verhoor heb
ik een politiecollega gesproken. Uiteraard werd ingegaan op
de
uitnodiging zoals deze door U naar
mij was verstuurd. Ons gesprek kreeg een wending in de
richting
van de vermeende 'mannen in de witte
pakken'. Naar mijn mening beschikt deze collega over
essentieel getuige-materiaal
aangaande deze problematiek. Deze collega heeft de mannen
gezien,
gevoeld, aangeraakt, gehoord. Deze
collega heeft deze mannen, komende vanaf de rijbaan van
de
Groesbeekdreef te Amsterdam, willen
tegenhouden toen zij brutaal, alles negerend, onder het
door
deze collega aangebrachte afzetlint
doorliepen. Deze collega heeft een van deze mannen
vastgepakt.
De man was gespierd, afgetraind en in
de optiek van mijn collega absoluut geen 'hulpverlener'.
De
man sprak Engels en er werd een
legitimatiebewijs getoond, waarop het bedrijfslogo van 'El Al'
was
te zien.
Mijn collega werd gesommeerd de man
door te laten
'omdat
dit zo afgesproken zou zijn'en hem niet
in zijn optreden te belemmeren.. Mijn
collega restte toen niets anders dan hieraan gevolg te
geven.
omdat in de hectiek, het optreden van
de man niet viel na te trekken. De portofoonfrequenties
waren
namelijk overbelast.
De reden dat mijn collega zo snel
aldaar te plaatse was, is dat hij zich toevallig op het moment van
de
koerscorrecrtie van het El Al
vliegtuig, zich al op de Gooiseweg te Amsterdam z.o. bevond. Ik heb
uit
zijn verhaal begrepen dat de' mannen
in de witte pakken' kennelijk zelf verbaasd waren over
het
reeds ter plaatse zijn van
politiepersoneel en hun tegenhouding in eerste aanleg.
De politiecollega is wel als getuige
gehoord door de Rijksrrecherche !
Er is proces-verbaal opgemaakt, maar
wat daar mee is gebeurd is verder niet bekend. Het heeft
hem
dan ook al die tijd bevreemd dat
informatie hieromtrent altijd onduidelijk is gebleven, terwijl
de
collega daar heel andere ervaringen
mee heeft gehad. Bovendien meen ik hieruit op de kunnen
maken
dat de lokatie waar deze mannen zijn
gezien, aansluit bij hetgeen dhr C. Boer in zijn getuigenis bij
U
heeft verklaard.
Boer moest zich namelijk op bevel van
'mannen in witte pakken' terugtrekken onder een
tunneltje,
dat achteraf gezien is gelegen onder
de Groesbeekdreef te Amstedam z.o. en op nagenoeg
dezelfde
postte als waar mijn collega zich
bevond. Toeval ?
In mijn verklaring tegenover de
Commissie heb ik op voorhand hier geen uitspraak over
kunnen
doen, aangezien ik vooraf deze
collega wilde benaderen, om hem niet ongevraagd in dit proces
te
betrekken. Echter, na overleg met
deze collega, voel ik het hierbij als mijn plicht U hierover nu
alsnog
te informeren. Uiteraard is deze
collega bereid e.e.a. aan U (ook onder ede) toe te lichten.
Hiermee
zou de onduidelijkheid over deze
'mannen in witte pakken' wellicht kunnen worden
weggenomen.
Naam en telefoonnummer van deze
collega kunnen door U, desgevraagd, via mij worden aangeleverd.
(…)
|