Het verslag van de tumultueuze rechtszaak bij de Rechtbank in Amsterdam

Antecedentenregister RM . . . . . . SDN ====> Karel de Werd

PERSBERICHT

Amsterdam, 7 april 2006, 11.50 uur

Het verslag van de tumultueuze rechtszaak bij de Rechtbank in Amsterdam op 7 april 2006 wordt spoedig openbaar. Het is een unicum in de rechtsgeschiedenis dat een meineedzaak al 30 jaar slepend wordt gehouden, omdat het OM en het ministerie van Justitie ondanks schriftelijke erkenning van de bewijzen de aansprakelijkheid proberen te ontlopen. (luister naar de geluidsopname)

K.H. de Werd moest wegens verdenking van belediging van twee rechercheurs terechtstaan. Hij werd met een vervalst vonnis illegaal bedreigd met gijzeling door Officier van Justitie mevr. Mr. H. Hoekstra. De heer De Werd werd echter geen strobreed in de weg gelegd, wegens de ernstigste vorm van belediging van hoge ambstdragers in functie, voor het honderdduizendvoudig rondzenden van e-mails met afbeeldingen van oud-procureur-generaal Johan de Wijkerslooth als nazi, versierd met alle symbolen van dat Hitlerregiem, evenals de minister van Justitie mr. J.P.H. Donner, ministerpresident Prof. mr. dr. J.P. Balkenende en de vorige Nationale Ombudsman prof. dr. mr. R. Fernhout.

Geen van deze personen heeft het gewaagd een strafklacht wegens nazistische belediging neer te leggen bij het Openbaar Ministerie. Sterker nog, procureur-generaal prof. jhr. mr. J.L. de Wijkerslooth de Weerdesteyn verklaarde op televisie in Twee-Vandaag dat hij er maar bij zou laten, net als de minister van Justitie. (zie de uitzending van Twee Vandaag) ook het parlement werd als geheel met nazisymbolen aan de wand in de Tweede Kamer te kijk gezet, en ook daar deed men net alsof de neus een beetje bloedde. Men waagt het niet vragen te stellen over het disfunctioneren van het rechtssysteem als geheel en over fraude gepleegd door het OM in deze en andere zaken. Af en toe komt er wel eens wat justitiële rotzooi aan het licht in nieuwsuitzending zoals over de http://www.sdnl.nl/parkmoord.htm">parkmoord in Netwerk.

Lees over de twijfels in de Deventer moordzaak!Maurice de Hond kan duidelijk gebruik maken van deze affaire om zijn gevecht ten behoeve van de zaak Louwes open te breken en het hush-hush-beleid van het OM en en het College van Procureurs-generaal tegen het openbare licht te houden.

De gevleugelde uitspraak van de heer de Werd na de korte tumultueuze zitting van 7 april 2006 in een restaurant in Amsterdam was: "Of ze schieten me dood, of ze gaan betalen." Hij doelde daarbij op zijn schadeclaim jegens de Staat der Nederlanden van meer dan 12 miljoen euro. Willem Oltmans heeft ook zo'n lang gevecht moeten voeren tegen de corruptie bij de overheid. Hij heeft er maar enkele jaren plezier gehad van zijn schadeloosstelling in geld. De Werd vergaat het tot nu toe niet anders als Oltmans.

U kunt een cd-rom bestellen bij de heer K.H. de Werd waarop zijn zaak tot in detail te lezen, te horen en te zien is.

K.H. de Werd,
Postbus 36157
1020 MD Amsterdam
E-mail: freespirit@chello.nl
website: De geheimen van vrouwe Justitia


Sensationele ontwikkelingen in de grootste juridische
zwendelaffaire uit de Nederlandse rechtsgeschiedenis

Officier van Justitie H. Hoekstra, kiest het hazenpad, politierechter mevr. Mr. Van Stoffen verschoont zich na kennisneming van ambtelijke corruptie en de politierechter mr. Kalf beschikt vanwege de betrokkenheid van gerechtelijke ambtenaren bij ambtelijke corruptie, dat de Rechtbank Amsterdam de affaire niet meer heeft te beoordelen, derhalve dient te worden doorverwezen naar Haarlem of elders in Nederland.

K.H. de Werd, juridisch/politieke rattenvanger

Politierechter Amsterdam, zittingsdatum 7 april 2006.

Geachte medeburgers,

Dat de Nederlandse samenleving een zeer hoge prijs betaalt voor de verraderlijke afspraken in de Tweede Kamer en het media-embargo daarop, dat er met geen woord zal worden gerept over de ernstige misstanden bij Justitie en de rechtspleging, bleek mij wederom, toen ik mij op 7 april 2006 geëscorteerd door verontruste burgers, zonder oproeping naar de rechtbank te Amsterdam aan de Parnassusweg no. 220 begaf. Dit omdat aldaar de zitting zou worden hervat die door politierechter mevr. Mr. B.J. van Stoffelen op 8 november 2006 werd geschorst, omdat zij zich hoogstpersoonlijk er van wenste te overtuigen, via het door mij aan haar overlegde wettig overtuigend bewijs:

Dat ik ter aanranding van een behoorlijke procesgang veelvuldig werd/wordt geconfronteerd met een criminele organisatie ex art. 140 Sr gevormd door malafide juridische criminelen binnen de gelederen van de Zittende en Staande magistratuur. Te weten: de officier van Justitie Ressortparket Leeuwarden, de officier van Justitie H. Hoekstra, de griffier M.K.L. van der Hilst en de Voorzitter van de rechtbank Amsterdam sector Kanton H.Th. van de Meer.

Politierechter mevr. Mr. Van Stoffelen, zal het ongetwijfeld als bijzonder schokkend hebben ervaren, toen zij heeft moeten besluiten zich te verschonen. Dit omdat de beschuldigingen van de Werd aan het adres van genoemde togacriminelen, c.q. juridisch gespuis, ook voor haar volstrekt juist bleken te zijn. Immers uit het door mij bij haar op 8 november 2005 overlegde overvloedig wettig overtuigend bewijs, blijkt onomwonden dat genoemde togacriminelen voor ruim dertig jaar gevangenisstraf, ter aanranding van een behoorlijke procesgang en in samenspanning ex art. 80 Sr, onder de verzwarende omstandigheid van art. 44 Sr, ernstige ambtsdelicten hadden gepleegd. Ondermeer:

Het herhaalde malen plegen van meineed. Het verduisteren van een complete kantongerechtzitting d.d. 17 augustus 2004, inclusief de openbare uitspraak. Het opmaken van een drietal valse formele documenten, op grond waarvan aan de politiecommissaris de heer Jelle Kuiper het bevel werd gegeven mij onrechtmatig van de mij rechtens toekomende individuele vrijheid te beroven. Vervolgens het gebruik van valselijk opgemaakte formele documenten onder ambtseed opgemaakt. Valse aangiftes.

Ernstige laster. Het op grote schaal verduisteren van formele documenten bij de centrale griffie van de rechtbank. Het opzettelijk uitbrengen van ondeugdelijke dagvaarding en het gebruik van de verboden Zaanse methode.

Psychische mishandeling van ernstig misbruik van de wachtcellen in de rechtbank aan de Parnassusweg en misbruik van de gewapende macht ter intimidatie bij de door mij met het OM gevoerde strafrechtelijke procedures. Tot op heden een veertiental, waarbij het OM altijd het onderspit moest delven, met name omdat zij daarbij door mij steeds weer op nieuw wordt vastgenageld aan haar eigen juridische zwijnenstal c.q. de door hen gepleegde ambtsmisdrijven zoals hierboven weergegeven.

Ter zitting bleek mij, dat er een nieuwe politierechter was ingeschakeld. Een oude lul, die kennelijk de opdracht had om voor zijn uittreden de Werd nog even een oortje aan te naaien, c.q. Vrouwe Justitia te verkrachten, te weten: mr. Kalf. De corrupte officier van Justitie H. Hoekstra had kennelijk na mijn openbaringen daarover het hazenpad gekozen.

Een nieuwe vrouwelijke griffier moest kennelijk griffier van Vliet vervangen, omdat ik op 8 november 2005 ter zitting er akte van had gevraagd, dat ik constateerde dat genoemde griffier bij gebrek aan vaardigheden zelfs bij benadering niet in staat was om een zakelijke weergave van het procesverbaal van de terechtzitting weer te geven, zoals wettelijk vereist.

Buiten de zittingzaal hadden zich inmiddels weer een viertal gewapende politiefunctionarissen geposteerd en dat maakte de sfeer meteen al grimmiger. Binnen wachtte ik op de publieke tribune af tot mijn zaak zou worden uitgeroepen. Toen dat het geval bleek te zijn ontstond er onmiddellijk afwijkend gedrag.

Politierechter Kalf, spoedde zich naar de bode en beide begaven zich naar de gang om onderling van gedachten te wisselen. Aldus begaf ik mij als direct belanghebbende ook naar de gang en richtte tot hen. Ik stelde mij aan politierechter Kalf voor als zijnde "de Werd" en vroeg hem, zijn er misschien problemen? Hij liet mij weten nee hoor! en spoedde zich vervolgens samen met de bode naar de raadkamer en overlegde daar in het geheim. Twee minuten later kwamen zij breedlachend weer de rechtszaal in. Zo van: dat varkentje zullen we wel even wassen. De rechter ging weer op zijn stoel zitten in de zittingzaal. Vervolgens verschenen de drie gewapende blauwhemden in de zittingzaal, waardoor een dreigende sfeer ontstond. Zij vielen de aanwezigen op de publieke tribune lastig, met de vraag of zij bandopname apparatuur in bezit hadden.

De angst daarvoor was begrijpelijk immers: Ik had op 8 april 2005 als wettig overtuigend bewijs een CD-rom bij politierechter mevr. mr. B.J. van Stoffelen overlegd, waarop de door de criminele organisatie ex art. 140 Sr verduisterde kantongerechtzitting d.d. 17 augustus 2004 in zīn geheel viel af te luisteren. Met name dat er door de kantonrechter nimmer een machtiging tot zeven dagen gijzeling werd afgegeven.

Politierechter mevrouw mr. van Stoffelen moet enorm geschrokken zijn toen zij na het afluisteren van de CD besloot zich onmiddellijk te verschonen. Kennelijk heeft zij, achter de schermen nog een pittig gesprek gevoerd met de corrupte officier van justitie H. Hoekstra over de verwoede pogingen tot mijn onrechtmatige vrijheidsberoving via het verduisteren van de complete kantongerechtzitting d.d. 17 augustus 2004, het opmaken van valse documenten en misbruik van de gewapende macht.

Want zo bleek mij op 7 april 2006 om 11.30 uur, dat ook de tot op het bot gecorrumpeerde officier van Justitie H. Hoekstra, die bij de centrale griffie van de rechtbank ter aanranding van een behoorlijke procesgang een tiental formele documenten had verduisterd, deze definitief het hazenpad had gekozen. Vervolgens maakte politierechter Kalf mij kenbaar, dat als gevolg van de betrokkenheid van gerechtelijke ambtenaren bij ambtelijke corruptie, politierechter mevr. mr. B.J. van Stoffelen zich had verschoond en dat de rechtbank in Amsterdam geen bemoeienis meer kon hebben met de affaire. De zitting zou worden aangehouden, dit om verdere berechting te laten geschieden door een Rechtbank in Haarlem, Alkmaar of elders in Nederland.

Nu het OM met haar ambtelijke corruptie in overtreffende trap terzake was gestruikeld over de moderne techniek, wenste de blauwhemden een razzia uit te voeren op de publieke tribune, uiteraard op zoek naar bandopname apparatuur, waarbij ondanks alle commotie die ontstond de politierechter gewoon door wenste te gaan. Omdat ik wenste dat de opnames van de zitting zo goed mogelijk en onvervreemdbaar op CD en in verschillende computers zou worden gearchiveerd, liet ik de politierechter Kalf weten: kunt u wat luider spreken? Ik heb twee hoorapparaten maar ben er één van verloren. Oh, zei mr. Kalf, dat komt dan mooi uit, want ik heb ook één hoorapparaat en toen werd het menes!

De blauwhemden namen op de publieke tribune een dreigende houding aan, door één van de aanwezigen waarvan zij het vermoeden hadden dat bij hem bandopname apparatuur aanwezig zou kunnen zijn in te sluiten. Aldus liet ik mr. Kalf het hiernavolgende weten.

Edelachtbare heer,

Als verdachte in de zin van art. 27 Sv als zodanig terzake aangemerkt door de officier van Justitie, heb ik blijkens de inhoudelijke strekking van de formele wet, grondwet en internationale verdragen het recht om mij verdediging zonder vrees voor intimidatie en/of misbruik van de gewapende macht te voeren; zodat ik u verzoek de politiefunctionarissen hier ter intimidatie aanwezig te bevelen, dat zij onmiddellijk deze zittingzaal dienen te verlaten.

Kalf liet daarop weten: Ik laat mij door dat soort omstandigheden totaal niet beïnvloedden; en wat de griffier opschrijft, of niet, dat gaat u geen pest aan ! Ik reageerde daarop door akte te vragen van het feit, dat Kalf niet aan mijn verzoek voldeed, te weten de blauwhemden te bevelen tot het onmiddellijk verlaten van de zittingzaal en vroeg nogmaals akte van de woordkeuze die Mr. Kalf als `politierechter`jegens mij meende te kunnen gebruiken. Met name omdat daaruit zijn onbeheersbare woedde en vooringenomenheid onomwonden bleek. Ik vroeg aan de griffier of zij alles keurig had genotuleerd en zij bevestigde mij dat door met haar hoofd ja te knikken. Tot zoverre de zitting bij de politierechter d.d. 7 april 2006, waarvan akte!

Geachte medeburgers,

Het doorverwijzen ter fine naar een andere rechtbank, waar dan ook in Nederland geeft natuurlijk geen enkele garantie dat er alsnog terzake deugdelijk recht zal worden gesproken. Daartoe is de situatie op Nederlands grondgebied wat Justitie en rechtspleging te ernstig ontwricht. Dit als gevolg van de illegale afspraken tussen de oppositie en de macht dat er met geen woord zal worden gerept in de Tweede Kamer over de genoemde ernstige misstanden - lees collusie met de macht. Nog daargelaten het feit, dat de malafide togadragers bij Zittende en Staande Magistratuur zich echt wel in clubs als Rotary, de Witte, etc. etc. weten te vinden en zelfs daarbuiten, waarvan akte!

Ik voorzie dat deze grootste juridische zwendelaffaire uit de Nederlandse rechtsgeschiedenis op sensationele wijze zal eindigen en dat is niet in de rechtszaal doch daarbuiten. Immers: alle betrokken togacriminelen zitten thans vanwege de technische middelen mijnerzijds gebruikt op een zeepbel, die nog slechts behoeft te worden doorgeprikt; en dat biedt uiteraard zakelijk perspectief. U mag dat chantage noemen en dat doet u waarschijnlijk ook, met mij. Welnu het zij zo! Chantage in het belang van Vrouwe Justitia c.q. tot behoud van het democratisch rechtstelsel voorzover nog aanwezig, ondanks de malafide activiteiten van genoemde togacriminelen ter verdediging van de mij rechtens toekomende individuele vrijheid en juridische belangen tegen grove aanranding, lijkt mij een geoorloofde zaak, waarvan akte.

Geachte medeburgers,

Met uw welnemen, ik houd U op de hoogte.

Hoogachtend, K.H. de Werd
Postbus: 36157
1020 MD Amsterdam.

c.c. Media, Sociale Databank Nederland, de politiek, Universiteiten en parlementen, binnen en buiten Europa.


Disclaimer